“Onze regio wordt gigantisch veel armer”
Licht aan het einde van de tunnel. De heropleving van onze economie. Baron Buysse, de voorzitter van de raad van bestuur van Bekaert, denkt het niet. “De Belgische economie zal het nog het hele jaar moeilijk hebben. Pas vanaf de tweede helft van 2010 kan er een frêle basis zijn voor een eventueel duurzaam herstel.”
Paul Buysse ontvangt ons in het kantoor van Bekaert in Brussel. De afspraak is nochtans om niet over Bekaert te praten, maar over de crisis, de toekomst van Vlaanderen, de bonussen, deugdelijk bestuur. Buysse verbindt in zijn persoon een ongelooflijk uitgebreide ervaring met zowel grote als kleinere, Belgische als internationale bedrijven. Om nog te zwijgen van het aantal topmensen dat hij kent en met de voornaam aanspreekt.
Het toekomstbeeld dat hij schetst, is niet bijster rooskleurig: het wordt hoog tijd dat Vlaanderen en België ingrijpende structurele maatregelen nemen die de prijs van arbeid goedkoper maken. Alleen op die manier kunnen onze bedrijven meer zuurstof krijgen en wordt deze regio weer aantrekkelijk voor buitenlandse investeerders.
“Ik weet dat ze mij weer een pessimist zullen noemen. Dat deden ze ook toen ik het einde van de technologiezeepbel voorspelde en toen ik bedrijven de voorbije jaren afraadde om de schuldfinanciering op te trekken. Maar ik ben liever te conservatief in mijn vooruitzichten dan nu als een vis op de oever naar lucht te liggen happen.”
TRENDS. Laat ons beginnen bij Fortis. Wat vindt een Belgische captain of industry ervan dat de grootste Belgische bank in Franse handen komt?
PAUL BUYSSE (BEKAERT). “Ik denk dat geen enkele Belgische bedrijfsleider dat toejuicht. Elk bedrijf dat zijn nationale eigenheid verliest, is een verarming voor dit land. Afgaande op hun andere activiteiten in het buitenland vermoed ik dat BNP Paribas de wijsheid zal hebben om de autonomie van Fortis Bank te behouden. Het zou in elk geval onverstandig zijn om de kredietevaluatie in Parijs te doen. Voor grote Belgische bedrijven zou dat onaanvaardbaar zijn.”
Hoe beoordeelt u de benoeming van Herman Daems tot voorzitter van Fortis Bank?
BUYSSE. “Ik hoop dat de bestuurders van Fortis Bank, en de twee bestuurders die België mag aanduiden in de raad van bestuur van BNP Paribas, voldoende daadkracht en persoonlijkheid hebben om de belangen van de Belgische overheid en de industrie te verdedigen. De benoeming van Herman Daems is een stap in de goede richting. Herman wordt een uitstekende voorzitter. Maar de vraag is hoeveel inspraak de raad van bestuur van Fortis Bank zal hebben. Het lijkt me belangrijker om mensen naar Parijs te sturen die in de raad van bestuur van BNP Paribas op een professionele en daadkrachtige manier de belangen van de Belgische economie vertolken.”
Klopt het dat men u ook heeft aangezocht om voorzitter van Fortis Bank te worden?
BUYSSE. (laconiek) “Ik heb dat ook gelezen. Maar mijn roeping ligt bij Bekaert. Ik hoop als bestuursvoorzitter nog drie jaar te kunnen doorgaan.”
Wat betekent het Fortis-debacle voor het Belgische establishment?
BUYSSE. “Ik kan daar niet op antwoorden. Ik ken te veel mensen die veel geld verloren hebben, aan beide kanten van de taalgrens. Eén ding is zeker: we zijn allemaal, alle Belgen samen, vermogend of niet, bediende of arbeider, onvoorstelbaar armer geworden.”
En we zijn na Petrofina, Tractebel en Electrabel nog maar eens een topbedrijf kwijt aan de Fransen.
BUYSSE. “De verarming aan Belgische bedrijven de voorbije tien jaar is schrijnend. Met alle gevolgen van dien. De prijzen die Electrabel aanrekent, rijzen echt de pan uit – op het onaanvaardbare af, dat hoor ik van verscheidene bedrijfsleiders. We moeten ons erover bezinnen of dat allemaal zomaar kan. Belgische bedrijven, die het al zwaar hebben, worden nog eens extra bestraft door een substantiële verhoging van hun energiefactuur. Dat is zeker geen duwtje in de rug. Het geld dat je aan duurdere elektriciteit moet uitgeven, kun je niet gebruiken voor investeringen of om je mensen beter te belonen.
“Daarom is het belangrijk om de Belgische bedrijven hier te houden. Ondernemingen als Bekaert, UCB, Solvay, Umicore, Omega Pharma moeten we eigenlijk heel hard koesteren. Als ik de eigenaar van de nv België zou zijn, zou ik er alles aan doen opdat die bedrijven zich hier goed voelen.”
Wat doen de echte eigenaars van de nv België?
BUYSSE. “Soms vraag ik me af of een economisch beleid voor de Belgische bewindsmensen een prioriteit is of het ooit was. De catastrofale budgettaire situatie van België dateert niet van gisteren, er is de voorbije acht tot tien jaar weinig aan gedaan, behalve door deze Vlaamse regering. De gevolgen zullen nochtans gigantisch zijn, zowel voor de gemiddelde Belg als voor het gemiddelde Belgische bedrijf. Ik ben dan ook zeer bezorgd over wat ons op politiek-economisch vlak op de middellange termijn te wachten staat.”
En op de korte termijn is er nog altijd de economische crisis die de bedrijven treft. Wie zijn in uw ogen de grootste slachtoffers?
BUYSSE. “De bedrijven die nu veel schulden op hun balans hebben en die veel geleend hebben om grote overnames te doen, zitten met een probleem. Ze proberen op alle mogelijke manieren om hun schulden te verminderen, in de hoop de schuldgefinancierde groei om te kunnen zetten in een meer duurzame groei.
“Bekaert heeft altijd veel cash op zijn balans gehouden. Tientallen bankiers hebben me daar de voorbije jaren over aangesproken: ‘Je moet meer schulden en bankkredieten aangaan’. Bekaert was veel te conservatief in hun ogen. Maar liever iets te conservatief dan nu happend naar lucht op de oever te liggen. Ik vrees dat er de komende maanden enkele slachtoffers komen bovendrijven.”
Hoezo? Veel mensen zien al licht aan het eind van de tunnel.
BUYSSE. (lacht) “U weet dat ik als een pessimist te boek sta. Maar ik voorzie dit jaar een uiterst moeilijke periode september-december. Ik vrees dat het tot de tweede helft van 2010 duurt voor er een frêle basis is om hopelijk weer in een duurzaam groeiproces terecht te komen. Tot dan zal het water ons aan de lippen staan en het water zal in bedwang gehouden worden door de Chinese groei die nu gelukkig weer aan het aanzwengelen is.
“Maar de vraag is hoe het Belgische bedrijfsleven die moeilijke periode doorkomt. Hoe overbruggen we een periode van bijna anderhalf jaar? Zeker voor de kleine ondernemingen is het essentieel dat ze op hun bankier kunnen rekenen. Mede daarom moet BNP Paribas dringend duidelijkheid scheppen over de modaliteiten van de kredietverlening die Fortis Bank zal hanteren.”
Wat kan of moet de overheid doen?
BUYSSE. “Wel, ik vrees dat we een historisch momentum gemist hebben. Eind vorig jaar was de wereldeconomie stilgevallen – ik had dat eerlijk gezegd nog nooit in mijn loopbaan meegemaakt. Er werden geen bestellingen meer geplaatst en de lopende werden geannuleerd. Dat was het ideale moment voor werkgevers, vakbonden en overheid om samen te gaan zitten en ingrijpende maatregelen te nemen. Sinds 1945 wordt bij elke cao de loondruk voor de bedrijven verhoogd en versoepelen de arbeidsmodaliteiten. Er komt een moment dat een economie die draagkracht gewoon niet meer heeft. Moeten wij niet dringend de arbeid goedkoper maken en op die manier onze welvaart proberen te consolideren? Het economisch bestel is fundamenteel veranderd. Sectoren verdwijnen en er komt te weinig in de plaats.”
Sectoren verdwijnen?
BUYSSE. “De hele sector van de tapijten, textiel en vloerbedekking is in een paar jaar herleid tot een schaduw van zichzelf. En dan zwijg ik nog van de automobielsector. Weet je, ik heb ooit nog de term ‘Vlaanderen, het Detroit van Europa’ bedacht. We hadden Ford, Opel, Volvo, Renault, Volkswagen. Opel telde in Antwerpen op een gegeven moment ongeveer 12.000 personeelsleden, nu zijn dat er minder dan 3000. Daar zijn in totaal al 9000 arbeidsplaatsen verdwenen. Hebben we daar conclusies uit getrokken?”
Oké, maar misschien moeten we daar onze energie niet meer insteken en op zoek gaan naar moderne, duurzame industrietakken die toegevoegde waarde en werkgelegenheid creëren?
BUYSSE. “Ja, maar wat heeft België vandaag nog te bieden aan buitenlandse investeerders? Gelukkig is er de notionele-intrestaftrek. Maar voor de rest? Akkoord, onze productiviteit ligt hoog, maar dat komt gewoon omdat ons machinepark het meest performante is.
“We hebben decennia verloren. Nu is het hoog tijd om dingen in de plaats te zetten. Biotechnologie? Nanotechnologie? Weet je, op dit moment is elke regio in Europa hetzelfde reconversieplan aan het schrijven. Elke regio zegt: we moeten de traditionele sectoren vervangen door moderne sectoren. Iedereen doet hetzelfde als Vlaanderen, dus komt het eropaan sneller of performanter te zijn. Zijn we dat?”
U maakt zich duidelijk zorgen over onze toekomst?
BUYSSE. “Niet over de mijne hoor, maar over die van mijn kinderen en kleinkinderen. Ik vrees dat het de komende decennia heel moeilijk wordt om onze welvaart te vergroten. Als we ze op peil kunnen houden, mogen we al tevreden zijn. Ik ben bang dat we overspoeld worden door een verarmingsgolf, met alle sociale gevolgen van dien. Dat is voor mij de cruciale vraag: is deze crisis voor Vlaanderen eenmalig of krijgt dit een staartje door de vele infrastructurele en structurele minpunten?
“Ik word bijna moedeloos als ik zie hoe Antwerpen omgaat met een vitaal project als de ontsluiting van zijn haven. Jaren heeft Antwerpen steen en been geklaagd dat de stad te weinig geld kreeg. Nu krijgen ze een pak miljarden om iets te doen en dan raken ze het niet eens over wat ze willen: een tunnel of een brug. Het is zo ver gekomen dat de vox populi zich erover gaat uitspreken en dat de burgemeester zich geroepen voelt om dat standpunt te vertolken. Verschrikkelijk!”
De vox populi is ook ontstemd over de hoge bonussen in het bedrijfsleven, crisis of niet.
BUYSSE. “De vox populi is één ding, het runnen van een onderneming een ander. De raad van bestuur moet zich verantwoorden ten opzichte van zijn aandeelhoudersvergadering, niet tegenover de vox populi. Vergeet ook niet dat 2008 een uitzonderlijk goed jaar was, tot september. We zijn pas in het laatste kwartaal naar beneden geduikeld. Het is dus begrijpelijk dat er bonussen toegekend worden, omdat bij bepaalde bedrijven de resultaten boven die van 2007 liggen en boven het budget uitkwamen.
“Ik kan u verzekeren dat Belgische bedrijven hun managers naar internationale normen zeker niet overdreven gul betalen. Dat heeft te maken met de dimensie van onze bedrijven. Zelfs de grootste Belgische bedrijven zijn op wereldschaal niet meer dan gezonde midcaps.”
En wat vindt u van de bonussen in de financiële sector?
BUYSSE. “Vooral in de Angelsaksische landen zijn bonussen toegekend die schabouwelijk hoog waren. Die bedragen stonden niet meer in verhouding tot de economische realiteit. Dat soort excessieve bonussen zijn een vergif, een kanker voor de gezonde evolutie van ondernemingen.
“Niettemin zijn bonussen een nuttig instrument om extra prestaties te stimuleren. Maar er moeten voorwaarden aan gesteld worden: een bonus mag de onderneming niet in gevaar brengen, moet door alle gezagsorganen goedgekeurd worden en kan alleen gelden voor een wezenlijke, zeg maar bovengemiddelde prestatie bovenop de normale prestaties. En de proporties moeten ‘normaal’ en ‘aanvaardbaar’ blijven. Iemand die na twaalf maanden met zes miljoen euro naar huis gaat, dat is niet meer normaal.”
Hoe toets je of iemand een bovengemiddelde prestatie geleverd heeft?
BUYSSE. “Het is van fundamenteel belang dat een bedrijf een duidelijk strategisch plan heeft en elk jaar een ambitieus budget opstelt zodat de bonussen voor het management pas in werking treden zodra ze dat budget overschrijden. Niet alleen op het vlak van de omzet, maar vooral op het vlak van de duurzame, winstgevende groei. Omzetgroei is vaak een te gemakkelijke doelstelling. En je moet de duurzaamheid vastleggen in een aantal strategische doelstellingen op middellange termijn, zoals het afsluiten van partnerships, vestigingen in groeilanden, de herschikking van productiefaciliteiten, enzovoort.
“Dat staat in schril contrast met de bonussen uit de financiële sector die op een zeer, zeer korte termijn werden uitgekeerd. Voor mij zijn kwartaalbonussen misdadig, dat is zoals doping voor sportmensen.”
Vindt u het normaal dat Fortis-baas Votron een bonus van 2,5 miljoen euro kreeg, louter voor de overname van ABN Amro?
BUYSSE. “Ik geef geen commentaar op dossiers die ik niet ken en ik zat niet in de raad van bestuur. Maar het is vrij vanzelfsprekend dat een overname moet gebeuren in het kader van het strategisch plan. Als het niet in je strategie staat, moet je ook geen overnames doen. En als je het doet, moet je zeker zijn dat je niet te groot hapt en dat je financieel conservatief blijft.”
Begin dit jaar werd de Belgische code voor corporate governance geactualiseerd. Zulke codes konden de excessen niet voorkomen en u weet wat ze over zelfregulerende codes zeggen: ze zijn te vrijblijvend, niet afdwingbaar.
BUYSSE. “Volgens mij is een code voor beursgenoteerde bedrijven wel afdwingbaar. Als je een code niet toepast, is dat nefast voor een onderneming. Vergeet niet dat institutionele beleggers veel belangrijker zijn geworden dan particuliere, zij hebben in bepaalde gevallen tot twee derde van het kapitaal van grote Belgische bedrijven in handen. Bij Bekaert weten wij dat 80 procent van het niet familiaal verankerde kapitaal bij institutionelen zit.
“Voor institutionelen is corporate governance heel belangrijk. Het is een toetssteen, een normenpatroon. Wie de regels niet naar de letter volgt of wie niet kan uitleggen waarom hij bepaalde afwijkingen toestaat, maakt geen goede beurt. In zulke gevallen is de kans groot dat een institutionele aandeelhouder zich afkeert van het bedrijf. Dat is voor een onderneming veel erger dan een ambtenaar die je komt controleren op deugdelijk bestuur, zijn lijstje afvinkt en je hoogstens een boete kan opleggen.”
Toch wil de overheid regels uitvaardigen om paal en perk te stellen aan de hoge lonen en de gouden parachutes.
BUYSSE. “Dat begrijp ik niet. Ik geloof in het basisprincipe dat de aandeelhouder eigenaar is van het bedrijf. Hij heeft het recht en de plicht zich te melden op de aandeelhoudersvergadering waar hij de raad van bestuur voor zijn verantwoordelijkheid kan plaatsen of tot de orde roepen. Dat is de basis van de besluitvorming in het bedrijfsleven. Als men dus vindt dat een remuneratiebeleid niet gestoeld is op degelijke normen, is het aan de aandeelhoudersvergadering om zich daarover uit te spreken.
“Indien de staat de verloningen gaat reguleren, wat is dan nog de rol van de raad van bestuur en van de aandeelhouder? Als de overheid denkt dat ze moet ingrijpen in de gezagsstructuren van een onderneming dan spelen we een gevaarlijk spelletje. Welke houding gaat de aandeelhouder dan aannemen: zijn geld terugtrekken?”
Maar als de publieke opinie bepaalde excessen niet aanvaardt, is het dan niet de taak van de politici om in te grijpen?
BUYSSE. “Politici zouden beter stoppen met de vox populi klakkeloos achterna te lopen. Zeker in Europa moeten ze meer op lange termijn denken en handelen in het belang van de maatschappij. Voor onze welvaart moet Europa dringend verstevigd worden.”
In uw visie kan alleen de aandeelhoudersvergadering het remuneratiebeleid evalueren. Maar als het over lonen en bonussen gaat, zijn de Belgische aandeelhouders toch helemaal niet mondig?
BUYSSE. “Mondigheid om de mondigheid is niet waar het om draait. Als het echt de spuigaten uitloopt, merk je dat aandeelhouders wel degelijk voor hun rechten opkomen. Kijk naar Picanol, waar Jan Coene toch aanzienlijke sommen heeft moeten terugbetalen en de voorzitter ontslag moest nemen. Ik geloof wel degelijk dat de aandeelhouder mondiger geworden is – en ik heb het nu allerminst over de schandalige, onaanvaardbare taferelen die zich bij Fortis afspeelden.”
Dat was toch een vorm van aandeelhoudersactivisme?
BUYSSE. “Ik houd niet van dat soort van ‘aandeelhoudersmilitantisme’, dat gedreven wordt door mensen die graag in de belangstelling staan. Ik vind dat vragen op een algemene vergadering niet vijandig en de antwoorden niet bits mogen zijn. Aandeelhouders mogen, neen, ze moeten degelijke en kritische vragen stellen en ze moeten daarop een bevredigend antwoord krijgen. Maar dat dient op een professionele en hoffelijke manier te gebeuren. Maar blijkbaar hebben we in Vlaanderen die cultuur nog niet.” (T)
Door Patrick Claerhout/Foto’s Jelle Vermeersch
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier