Nova herleeft… in Wallonië

Nova Electro werd aan Vlaamse zijde beduusd ter aarde besteld. Net over de taalgrens tooit de Waalse kmo Dalcq zich nu fier met de pluimen van datzelfde Nova.

In de anders zo rustige rue de la Bruyère in het rurale Orp-Jauche nabij Jodoigne kwamen de voorbije twee weken meer vrachtwagens dan gebruikelijk het geluid van de stilte doorbreken. Oorzaak van dat alles : de verhuis van een flink deel van de inboedel van Nova, de failliete Tongerse producent van kleine, huishoudelijke elektro-apparaten, naar het Waalse familiebedrijfje Dalcq. In Orp-Jauche steekt het gerei uit Tongeren voorlopig nog in kartonnen dozen of zit het onder plastiek verpakt, maar het moet daar binnen de kortste keren uit komen. “Om onze omzet heel snel tot het dubbele te laten groeien,” weet bedrijfsleider Denis Dalcq. Zijn assistente Veronique Lessuisse knikt : “Vijf jaar terug hadden we hier weinig omhanden, nu zit alles in een stroomversnelling.”

ENKEL ASSEMBLAGE.

“Vergelijk ons kleine bedrijfje vooral niet met het grote Nova,” opent Denis Dalcq zonder omwegen. “Nova deed letterlijk alles in eigen huis, wij zijn gewoon een assemblagebedrijf dat het momenteel erg goed doet. En, toegegeven, door het failliet van Nova steeds beter : klanten van hen komen nu naar ons.”

Midden de jaren tachtig startte Dalcq het bedrijfje dat zijn naam draagt. Jarenlang had hij bij een Vlaams bedrijf ( Van Houdt in Mol) het commerciële klappen van de zweep geleerd. Tussen 1985 en 1988 mocht de Waalse kmo zich bezuiden de taalgrens de vertegenwoordiger noemen van het Brusselse Le Chauffage, invoerder van de Zwitserse friteuses Frifri. Na het failliet van zijn opdrachtgever in 1988 besloot Denis Dalcq “haast bij wijze van hobby” zelf friteuses te gaan assembleren. In 1988 begonnen met 4000 exemplaren, maakt het bedrijf nu met veel handenarbeid 120.000 stuks per jaar, goed voor een omzet van om en bij 200 miljoen frank (prognose voor ’97), met 12 werknemers. Dalcq produceert vandaag het hele huishoudelijke friteuse-gamma (voor de wereldwijde markt) van Frifri, dat zich in Zwitserland uitsluitend nog toelegt op de productie van “industriële” friteuses.

“Natuurlijk is er veel concurrentie,” zegt Denis Dalcq, die zo’n vijftien verschillende types friteuses op de markt brengt. “Maar ik durf zeggen : de onze zijn zowat de Rolls-Royces van de sector. Hier, bekijk de lijst met de 20 best verkochte friteuses in België : van de eerste elf types zijn er zeven van ons. Dat zegt toch wel iets ?”

Het net onder de taalgrens gefabriceerde aanbod vindt voor 60 % zijn weg in Vlaanderen, 20 % in Wallonië en 20 % in het buitenland. De Waalse friteuses, onder het logo Frifri, worden in ons land verspreid langs de elektrowinkels en -ketens als Hugo Van Praag, Vandenborre of Eldi. Vanuit het buitenland komt een hele grote naam uit de huishoudelektro die echter niet genoemd mag worden en een aantal minder bekende spelers als het Duitse Apexa, het Nederlandse Prosup of het Zwitserse Rotel bij Dalcq aankloppen met de vraag of ze hun logo op zijn friteuses mogen aanbrengen. Wat dan ook gebeurt.

“Als u een vergelijking met Nova wil horen, dan denk ik dat we hier veel efficiënter werken,” zegt Dalcq. “Wij kopen alle onderdelen aan bij derden en bouwen de verschillende deelstukken uit tot een afgewerkt product. Nova deed álles zelf, maar had dan ook 450 werknemers waarvan de productiviteit op het einde niet langer bewezen was.”

HET HART.

Omdat het hem met de friteuses zo voor de wind ging, begon Dalcq te dromen van meer : hij ging de voorbije maanden aan de praat met de curatoren van Nova Electro en kwam begin oktober, vóór de neus van een rij andere kandidaten, tot een akkoord. Drie vroegere toppers uit het Nova-aanbod een wafelijzer (in twee uitvoeringen), een fonduestel voor huishoudelijk gebruik en een roosterplaat zullen nu aangemaakt en gecommercialiseerd worden vanuit het Waalse no man’s land. Dalcq ziet er een sterke complementariteit in : “Ik wil volgens ons beproefde procédé tewerk gaan : onderdelen worden aangemaakt door derden, wij assembleren in de eindfase en verkopen vervolgens. Zowel de roosterplaat, het fonduestel als elk van de twee wafelijzers zullen vanaf volgend jaar goed zijn voor 20.000 stuks. Ik schat dat onze omzet tegen eind 1998 naar het dubbele van vandaag klimt.”

Denis Dalcq gaat bepaald niet zweven, nu hij naar eigen zeggen “het hart” van de Nova-fabriek heeft gekocht. “Je moet het elke dag opnieuw waarmaken,” weet de zakenman die tevens voorzitter is van de in derde nationale uitkomende voetbalploeg FC Namur. “Dat is in de sport zo, en in de business eveneens.”

Wanneer we hem een artikel uit De Morgen voorleggen, waarin de Vlaamse minister Eric Van Rompuy op de korrel wordt genomen omdat hij onder meer Nova compleet liet vallen, smeekt Denis Dalcq om één gunst : “Laat de politiek, en alle politieke overwegingen, hier vooral buiten.”

K.C.

DENIS DALCQ (DALCQ) Kocht het hart van de vroegere Tongerse Nova-productie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content