‘NOOD AAN EEN CONSTRUCTIEF LANGETERMIJNBEELD’
Rudi Pauwels heeft zijn plaats in de medische geschiedenisboeken al lang verdiend. Hij lanceerde de hiv-specialist Tibotec-Virco, waarmee hij aan de basis lag van drie van ‘s werelds meest gebruikte aidsremmers. Hij stond ook mee aan de wieg van het biotechbedrijf Galapagos en richtte het biotechbedrijf Biocartis op. Met Biocartis heeft de visionaire wetenschapper een mobiel apparaat ontwikkeld dat snel ziektes of zelfs de aanleg tot ziektes in een zeer vroeg stadium kan opsporen.
Hoe zal België evolueren?
“Ik hoop dat we evolueren naar een stabielere structuur, zowel federaal als regionaal, zodat een einde komt aan de achterhoedegevechten. De optimist in mij zegt dat er fantastische mogelijkheden zijn. We hebben fantastisch goede universiteiten met heel goede opleidingen. In wetenschapsbeleid hebben we enorme stappen gezet met de onderzoeksinstituten VIB en Imec, en met het concept IWT dat voor financiering van innovatie een van de meest vooruitstrevende is in Europa. Ik zie nieuwe generaties technologie ontstaan, en ik zie nieuwe ondernemers. Maar het grootste gevaar is het ontbreken van een langetermijnvisie, waar we naartoe willen met deze maatschappij, met dit land en met Europa. De ziekte van deze tijd is kortetermijndenken. Ik hoor spreken over bedreigingen, over pensioenen die onbetaalbaar zijn en over een gezondheidssector die in de problemen komt. Ik hoor ook statements over ‘we gaan naar crisissen en we zullen de verantwoordelijken aanpakken’, en ik hoor eindeloze debatten tussen links en rechts. Maar nergens zie ik een constructief langetermijnbeeld. Overal lopen mensen rond met heel goede bedoelingen. Maar op de een of andere manier wordt het gefnuikt door kortetermijndenken. We moeten 17 miljard euro besparen, maar nergens verneem ik waarvoor dat allemaal dient. Dat geldt ook voor Europa. Het ging er onlangs over benoemingen, maar er ontbreekt een houvast waaraan het ecosysteem zich kan optrekken. Aan bashing van politici doe ik evenwel niet. Ik heb er al veel ontmoet die iets willen doen, maar niet verder geraken, omdat er maatschappelijk geen constructief we’re all in this together-gevoel is.”
Wat stoort u nog?
“Ik maak me ook enorme zorgen over het extreem doctrinair denken in onze maatschappij, en over de hebzucht van het kapitalisme. En vandaag gaat het debat over duurzaamheid, vooral van grondstoffen. Maar het zou ook moeten gaan over de duurzaamheid van het eindeloos willen groeien. Groeien voor wat? Wat is het end game?
“Voorts mis ik hier ambitie. Vergelijk dat maar eens met Azië, waar je bij jongeren de ambitie ziet om vooruit te geraken. Dat mis ik hier. Het risico is dat we steeds meer in een soort negatieve confrontatiecultuur komen. Ik lees bijvoorbeeld ook dat 900.000 Belgen om economische redenen niet meer naar de dokter gaan en daarmee op termijn de gezondheidssector nog meer zullen kosten. In dat debat geraken we niet verder dan ‘hoe gaan we dat dan betalen?’. Terwijl de analyse moet zijn dat we fundamenteel moeten nadenken over de gezondheidssector. Hoeveel willen wij als maatschappij en individu uitgeven om gezond te worden? Blijkbaar willen mensen gratis gezondheidszorg, maar ze verwachten toch ook geen gratis auto, of gratis reizen?”
Hoe ziet u de gezondheidssector evolueren?
“We gaan verder richting gepersonaliseerde geneeskunde. We hebben die evolutie ook gezien in andere sectoren. Vandaag kunnen wij met onze smartphone gepersonaliseerd telefoneren en kunnen we gepersonaliseerd gps’en. Het is jammer dat we in de gezondheidssector nog niet dezelfde enorme stappen hebben gezet. We moeten kiezen tussen verder aanmodderen met kleine stapsgewijze veranderingen, of werken aan een groot doel dat door voldoende partijen wordt onderschreven.
“Gepersonaliseerde geneeskunde is trouwens niets anders dan geneeskunde waarin de patiënt opnieuw centraal staat. Nu heb ik het gevoel dat de patiënt een verbruiksgoed is. Het is jammer dat het belang van belangengroepen in geneeskunde vaak primeert op het algemeen belang. We moeten terug naar wat belangrijk is voor de patiënt, wat die nodig heeft om liefst lang, gelukkig en gezond te leven. Niet dat we allemaal altruïstisch moeten zijn, maar we moeten vertrekken van de essentie, niet van een ziekenhuis dat bedden moet vullen en winst moet maken.”
BE.L.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier