Nog geen stap verder
De maatregelen die de westerse overheden tot nu toe namen om de crisis te counteren, waren alleen bedoeld om tijd te winnen. De conjuncturele draagkracht ervan is echter beperkt.
Volgens specialisten en hun volgelingen was het uitbreken van de crisis in augustus 2007 het gevolg van een liquiditeitstekort. Wie de cijfers echter nuchter bekijkt, weet onmiddellijk dat er hoegenaamd geen sprake was van een tekort aan geldmiddelen. Integendeel! Het is duidelijk dat het schijnbare tekort aan liquiditeit het gevolg was van een algemeen onderling wantrouwen bij de banken. Zij verleenden elkaar geen kredieten meer, waardoor de markten stilvielen.
Centrale banken hebben die markten sindsdien overspoeld met geldmiddelen, in plaats van de leegstaande posities van de banken in te nemen en als overblijvende tegenpartij te fungeren. Meer dan een jaar hebben ze dat spel gespeeld, zonder succes. De banken bleven elkaar wantrouwen. Maar hun weigerachtige houding verzwakte de banken zelf. Hun talloze (en vaak volkomen nutteloze) producten dankten hun bestaan aan de kapitaalstroom die kredietverleningen teweegbrachten. Toen die stroom stilviel, begonnen de banken te wankelen. Tot Lehman Brothers instortte. Dat bewees voor wie de zaken aandachtig volgde, dat de hoofdbekommernis een solvabiliteitsprobleem was.
Van banken naar economie
In 2008 sprongen de staten massaal in om hun banken overeind te houden. Ze lieten daarvoor hun schulden fors aanzwellen en vertrouwden het geld aan de banken toe. Ze verleenden bovendien hun waarborg voor de nieuwe leningen die de banken van dan af uitgaven. Zonder enige compensatie! Alle regeringsleiders hebben niets anders gedaan dan de onmetelijke bancaire schulden over te nemen. En dat heeft natuurlijk economische gevolgen. De bankencrisis ging over in een economische crisis.
Sindsdien pakken de meeste landen met tal van relancemaatregelen uit, die hun staatsschuld nog groter maken. Sommige landen zijn niet langer bij machte om de last ervan te financieren. Hun economieën hangen immers van de consumptie af (gemiddeld 70 % van het bbp is daarvan afhankelijk). Maar als de gezinsinkomsten door diverse maatregelen aangetast worden, valt de economie op haar beurt stil.
Sindsdien worden de rentetarieven laag gehouden, in de hoop dat het verbruik via goedkopere kredieten aangewakkerd wordt. De macro-economische cijfers verbeteren in sommige landen. Maar als we ze wat beter bekijken, stellen we vast dat ze op eenmalige factoren of op verwachtingen berusten. Zo blijken de investeringen in sommige landen gestegen te zijn, wat uiteraard positief nieuws is. Maar het betreft hoofdzakelijk vervangingsinvesteringen, geen uitgaven voor nieuwe initiatieven. De conjuncturele draagwijdte ervan zal van korte duur zijn en moeilijk voor herhaling vatbaar.
Kortom, alles wat tot op heden in het Westen gebeurde, doelde op het winnen van tijd. Zolang de ontwrichtende activiteiten in het bankwezen niet helemaal aan banden worden gelegd, zolang de onmetelijk schulden (meer dan 620.000 miljard dollar!) blijven ronddolen, kan er onmogelijk van beterschap gesproken worden. (C)
Door Jean-Pierre Avermaete
Zolang de ontwrichtende activiteiten van de banken niet aan banden worden gelegd, is er van beterschap geen sprake.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier