Naar de zon
De Belg koopt zijn tweede verblijf liefst in Spanje of Frankrijk. Zon, zee en vakantiesfeer.
“Ik schat dat de Belgen verantwoordelijk zijn voor 25% van onze omzet. Elke maand ondertekenen we twee tot drie nieuwe contracten met Belgen.”
Voor Guy Frérot, manager van Précom Méditerranée, blijft ons land een uitstekende bron van inkomsten. Deze Franse vastgoedmaatschappij, opgericht door Générale des Eaux en Lyonnaise des Eaux, heeft een sterke commerciële politiek uitgebouwd die wordt gedragen door een vijftiental adviseurs, verdeeld over Frankrijk, België en Duitsland. “Ongeveer 80% van de vakantiewoningen aan de Azurenkust is eigendom van Fransen uit regio’s zoals Parijs en Straatsburg, en van buitenlanders. Van deze laatste groep zijn de Italianen het best vertegenwoordigd, maar ook Belgen en Duitsers laten zich niet onbetuigd,” aldus Frérot. “Deze vaststelling bracht ons ertoe onze prospectie-activiteiten ook buiten Frankrijk te ontwikkelen.”
Précom Mediterranée verkoopt appartementen in Cannes, Nice en zelfs in de Juangolf. In tegenstelling met de Italianen, die hun bestemming exact weten te kiezen – Nice en Menton – is de enige Belgische voorkeur de Côte d’Azur. De uiteindelijke keuze van de Belg wordt bepaald door zijn leeftijd, zijn band met een bepaalde stad en zijn financieel vermogen. De prijzen variëren tussen 2,135 miljoen frank voor een tweekamerstudio en 9,6 miljoen frank (en meer) voor luxe-appartementen. Nice en Cannes spannen hier uiteraard de kroon met astronomische bedragen van 100.000 frank per vierkante meter. Exclusiviteit wordt nog altijd zwaar betaald: de Azurenkust moet een kwaliteitsproduct blijven, beweert men in het zuiden van Frankrijk. De gemiddelde Belgische investering aldaar schommelt tussen de 5 en 6 miljoen frank.
Minder exotisch
en vooral dichter bij huis kent ook de Côte d’Opal een niet onaardig succes. “Het laatste appartementsgebouw dat we er commercialiseerden, is voor 30% naar Belgische kopers gegaan,” zegt Alain Sermann, directeur van het vastgoedkantoor Les Cottages de la Plage. Deze Franse maatschappij is begonnen met een project van 240 woningen, verdeeld over twaalf gebouwen. Ruimte is er zat, want het project ligt in de buurt van een natuurreservaat. “Onze klanten komen uit het Brusselse en de streek rond Doornik. Ontgoocheld door de Belgische kust, zoeken ze hier de rust en ongerepte natuur op,” verklaart Sermann. “Ze komen vaak naar hier, iets wat uiteraard te maken heeft met de korte afstand die ze moeten overbruggen.” De prijzen zijn minder exuberant dan in het zuiden en bedragen gemiddeld 2,4 miljoen frank per appartement. Dat komt overeen met met 51.000 frank per vierkante meter.
E viva España
Frankrijk mag dan nog steeds de voorliefde wegdragen van onze landgenoten, de Belgische vastgoedkantoren geven grif toe dat er zich een nieuwe tendens aftekent: Spanje is meer en meer in trek. Bij de uitverkoren bestemmingen voert de regio rond Alicante aan de Costa Blanca de hitparade aan. Voor de hoge prijzen aan de Italiaanse Riviera deinst de Belg nog wat terug, wat niet kan worden gezegd van zijn Duitse buur. Portugal dan weer wordt nog te ruig en te ver bevonden.
De redenen
voor het Spaanse succes zijn evident: het hele jaar door een aangenaam klimaat, sterk ontwikkelde luchtverbindingen waarvan de prijzen bovendien onvergelijkbaar laag zijn tegenover andere Europese bestemmingen. Elke dag landen er verschillende Belgische vliegtuigen in Alicante. “Over het algemeen kost een appartement of villa aan zee er 30% tot 40% minder dan in België. In vergelijking met Frankrijk of Italië zijn de prijzen hier zelfs 50% goedkoper,” verklaart Luc Dorz, directeur van Costamar Spanje. “Men vindt er makkelijk een villa met drie slaapkamers, twee badkamers en 1000 vierkante meter grond voor 4 miljoen frank. Een kleine villa met een woonkamer van 44 vierkante meter gaat er dan weer van de hand voor slechts 3,5 miljoen frank. Wie een zwembad wil, moet daar 1 miljoen frank bijtellen.” Luxepaarden stallen zich in villa’s van 7,5 miljoen frank. Deze extreem goede houding van de markt leidt wél tot speculatie: “Vandaag kunnen de prijzen in Marbella worden vergeleken met de tarieven in Cannes,” aldus Guy Frérot (Précom).
Ook de lage kosten van levensonderhoud in Spanje verleiden heel wat investeerders. Daarenboven werden enorme inspanningen geleverd op toeristisch vlak. “Ten slotte zijn ook de registratierechten en notariskosten in Spanje voordelig: in Spanje belopen deze 2,5%, in Frankrijk bijna 14%. Zelfs bouwen op Spaanse grond is BTW-voordeliger dan elders,” beklemtoont Jean-Jacques Deprez, bestuurder van het vastgoedkantoor Deal.
Weg van het platteland
De geestdrift heeft ook Belgen aangezet om zelf te investeren in Spaanse vastgoedprojecten. “Onze klanten willen zich in Spanje net zo installeren als in België. Belgen willen ruimere villa’s dan Spanjaarden. De Belg leeft nu eenmaal niet, zoals zijn Spaanse medemens, de hele dag buiten. Samen met enkele lokale firma’s zijn we dan ook begonnen met een promotie van 200 villa’s in de omgeving van Benidorm,” vertelt Luc Dorz (Costamar Spanje). Het lijkt er zelfs op dat de nieuwbouwmarkt interessantere perspectieven biedt dan de herverkoop. “De voorbije twintig jaar heeft de bouwsector hier een enorme sprong voorwaarts gemaakt. Momenteel zijn de gebouwen van een uitmuntende kwaliteit; ook de afwerking hoeft niet onder te doen voor de onze,” aldus Jean-Jacques Deprez (Deal).
Grosso modo kan men twee categorieën Belgen onderscheiden. Enerzijds de personen die tijdens de vakantie naar Spanje trekken. Het gaat dan vooral om jonge mensen (tussen 25 en 40 jaar oud), die voor een woning aan zee kiezen. Voor hen is het interieur van ondergeschikt belang. Anderzijds zijn er de – iets oudere – klanten die opteren voor een villa met karakter in het binnenland. Deze personen (gewoonlijk tussen de 40 en 50 jaar oud) kopen het goed omdat ze er – eenmaal ze gepensioneerd zijn – een groot gedeelte van het jaar willen verblijven. Aangezien de huurprijs van een villa aan de Spaanse kust tijdens het hoogseizoen kan oplopen tot 120.000 frank per maand, opteren de meeste bewoners voor aankoop. Dat stelt hen ook in staat hun goed te verhuren tijdens de zomervakantie en op die manier nog andere reisbestemmingen te ontdekkingen.
Statistieken uittekenen
over de favoriete bestemmingen van onze landgenoten is onbegonnen werk. Slechts weinigen zijn immers bereid toe te geven dat ze een tweede eigendom bezitten. De meesten vrezen voor een hoger belastbaar inkomen én zwaardere successierechten. Nochtans is het niet-aangeven van een tweede eigendom niet zonder risico’s. Sinds het in werking treden van de eengemaakte Europese markt vergelijken de verschillende nationale administraties hun gegevens. Bepaalde Zuid-Franse departementen bijvoorbeeld, sturen meteen de lijst van nieuwe Belgische eigenaars door naar de bevoegde diensten in België. Een verwittigd eigenaar is er twee waard.
Véronique Pirson
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier