MUNTBELEID. De zwarte kous van Verplaetse
De Nationale Bank laat dezer dagen 140 miljard frank ronddraaien in swapoperaties. Deze fondsen kunnen steeds gemobilizeerd worden om geruisloze steunoperaties voor de frank op poten te zetten, maar ze drukken intussen wel de rendabiliteit van de Bank.
Het zou kunnen dat de Agusta-perikelen de Belgische frank verzwakken. Wees in dat geval niet verbaasd wanneer de markten na enkele dagen verzwakking plots een “merkwaardig” herstel laten zien van onze nationale munt. De Nationale Bank haalde zich immers de voorbije maanden een aanzienlijke brok munitie in huis die haar moet toelaten enige opschudding rond onze munt tot bedaren te brengen zonder dat men direkt kan zien dat de Bank daar specifiek mee bezig is.
“Gewaardeerd tegen marktkoersen bedroegen deze swaps 143,1 miljard frank ultimo 1994, terwijl er aan het einde van het vorige boekjaar geen lopende swapverrichtingen waren, ” zo lezen we op pagina 185 in de Toelichting bij de Jaarrekening in het jongste jaarverslag van de Nationale Bank. De swapverrichting is een veel gebruikte financiële techniek die erop neerkomt dat kontant- en termijntransakties steeds aan mekaar gekoppeld worden.
HET SYSTEEM.
Hoe kon de Nationale Bank het afgelopen jaar een positie van ruim 140 miljard opbouwen in zulke swapverrichtingen ? In de periodes van 1994 dat onze munt sterk presteerde op de wisselmarkten, remde de NBB de koers van de frank af door bijvoorbeeld Duitse marken te kopen tegen franken. We houden het hier bij Duitse marken omdat die munt voor België het meest voor de hand ligt. Elke buitenlandse munt komt echter in principe voor swaptransakties in aanmerking.
Door de kontante aankoop van marken via de verkoop van Belgische franken, zwelt het aanbod van franken aan waardoor de likwiditeiten in de ekonomie verruimen en de rentevoeten normaal gezien wat naar beneden kunnen. De Nationale Bank liet het echter nooit zo ver komen daar ze, na de initiële aankoop van de Duitse valuta, deze marken onmiddellijk terug verkocht op de kontantmarkt en ze weder aankocht op de termijnmarkt. Bij afloop van het termijngedeelte van de swapverrichting kunnen er dan twee dingen gebeuren : ofwel laat men het aflopende swapkontrakt gewoon overgaan in een nieuw kontrakt met een nieuwe vervaldag ofwel laat de Nationale Bank de bij aanvang op termijn aangekochte marken gewoon binnenkomen.
In het laatste geval beschikt de Bank dan over een pakket marken die, indien de omstandigheden dat vereisen, kunnen worden aangewend om de frank op de wisselmarkten te ondersteunen : met die marken koopt men franken zodat de vraag opgeschroefd wordt en de koers van de frank ondersteuning krijgt. Van de aanvankelijke termijnverrichting en de daaropvolgende steunoperatie valt in de de balans van de Bank geen spoor te bekennen. Slechts de onmiddellijk betrokken traders en dealers weten van de interventie af en deze betrokkenen voelen zich zeker niet geroepen daarover kond te doen. Voor hun instelling betekent zulke transaktie immers kommissie-inkomen. Goeverneur Fons Verplaetse kan, zoals hij dat zo graag doet, in het kader van zulke konstellatie rustig peroreren over het spontane herstel van zijn frank.
KOSTPRIJS.
Moeten we het aangaan van die swapverrichtingen niet als een vorm van goed uitgekiende strategische beleidsvoering vanwege de Bank omschrijven ? Nee, want los nog van het duidelijk achterliggende objektief om via deze swaps kwasi-steunoperaties te kunnen verrichten, heeft deze taktiek op twee vlakken een duidelijke kostprijs. Eerst en vooral is er het feit dat men ruimte voor potentiële renteverlagingen met deze swaps onmiddellijk weg-benut. Een lager rentepeil zwengelt de binnenlandse bestedingen aan en vermits ook de Nationale Bank die haperende binnenlandse vraag als problematisch beschouwt, zit hier een ernstige kontradiktie in het Bankbeleid.
De tweede kostenpost treft de Bank zelf en haar aandeelhouders, zijnde, via de Belgische staat, wij met z’n allen. In dezelfde Toelichting bij de Jaarrekening lezen we, ditmaal op pagina 196 : “Het provenu van de verrichtingen met het buitenland vermindert van het ene tot het andere jaar met fr. 8.632 miljoen en bedraagt op 31 december 1994 fr. 13.876 miljoen. Deze vermindering wordt verklaard door een daling van het gemiddelde rendement en een inkrimping van het volume van de externe beleggingen. ” 140 miljard geïmmobilizeerd in swapverrichtingen geeft de Bank geen rendement.
JVO
FONS VERPLAETSE (NBB) De goeverneur houdt voor zijn frank een flink appeltje voor de dorst achter de hand.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier