Moeilijke week
Vorige week was een bewogen week voor de financiële markten, met een terugval van 3,5 % voor de Eurostoxx 50-index en een nieuw sterke stijging van de Griekse rentevoeten.
Het rendement van een Griekse obligatie op twee jaar bedraagt momenteel meer dan 18 %, dat is zelfs 6 % meer dan dat van een Pakistaanse obligatie met dezelfde looptijd. De aankondiging dat Griekenland 110 miljard euro hulp zou krijgen, was geruststellend, maar van euforie was er zeker geen sprake.
Een andere belangrijke gebeurtenis vorige week was de olievervuiling in de Verenigde Staten nadat het olieboorplatform Deepwater Horizon in de Golf van Mexico ontplofte. Dat platform wordt geëxploiteerd door BP, maar is eigendom van Transocean. Hoe dichter de olievlek Louisiana naderde, hoe dieper de aandelenkoers van de wereldleider in boorplatforms zonk. De markten vrezen uiteraard dat Transocean de slachtoffers van de explosie en van de olievervuiling zal moeten schadeloosstellen. De milieuramp zou Barack Obama er trouwens toe kunnen brengen zijn plannen voor de herlancering van de offshoreolieontginning langs de Amerikaanse kust te herzien. Wij zijn echter van mening dat het verlies van meer dan 6 miljard dollar aan beurskapitalisatie overdreven is in verhouding tot de mogelijke verliezen in verband met de ramp.
Toch was niet alles vorige week kommer en kwel. Zo kon Tessenderlo aankondigen dat het in het eerste kwartaal opnieuw met winst kon aanknopen. De chemiegroep zag haar recurrente bedrijfsresultaat tussen januari en maart met 4,2 miljoen euro in de positieve cijfers gaan. Het nettoresultaat blijft echter in het rood, met een nettoverlies per aandeel van 0,18 euro. Ondanks de bijzonder koude wintermaanden januari en februari – bouw en openbare werken zijn goed voor 30 % van de verkopen van Tessenderlo – ging de omzet er met 4 % op vooruit tot 567,3 miljoen euro. Dat wijst erop dat de economie en de landbouw herstellen. De verkopen van meststoffen en fosfaten voor voedingsmiddelen namen in de eerste drie maanden van het jaar inderdaad toe.
UCB maakte vorige week ook resultaten bekend. De cijfers van de biofarmagroep beantwoordden over het algemeen aan de verwachtingen, maar werden toch koel onthaald door de markten, die de vraag van de FDA om Neupro te herformuleren (zie portefeuille week 17) nog niet verteerd hebben. UCB bevestigde overigens opnieuw dat het op termijn blijft mikken op een jaarlijkse verkoop voor 3,1 miljard euro voor Cimzia, Vimpat en Neupro (dat laatste zou alleen al goed zijn voor 400 miljoen euro). Dit jaar en 2011 zullen voor UCB ongetwijfeld geen memorabele jaren worden wat de cijfers betreft, maar met de commercialisering van de drie eerder genoemde middelen zullen ze wel cruciaal zijn voor de toekomst van de groep. De progressieve stijging van de verkopen zal ervoor zorgen dat het aandeel opnieuw kan stijgen. (C)
Door Cédric Boitte
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier