Mét kleerscheuren gaat ook

Topmanager Edwin Vandermeulen gelooft in een rendabel Sofitex. Het hogere kader is vertrokken, producten met een te kleine marge gaan er ook uit en de verkoop van activa moet poen binnenbrengen. En komen er ook nieuwe investeerders? “We moeten praten met de bedrijven waarmee er overlappingen zijn.”

Met een gehalveerde omzet, de helft van de vroegere loonmassa (480 werknemers), drie vennootschappen tegen tien in de vroegere bedrijfsconstructie en nog maar twee sterk afgeslankte en gerationaliseerde fabrieken in plaats van zes, maakt chief executive officer Edwin Vandermeulen van de Waregemse textielgroep Sofitex zich sterk de operationele verliezen tegen de zomer te kunnen stelpen. 2002 wordt zelfs afgesloten met een gecumuleerde cashflow van 2,4 miljoen euro (als de uitzonderlijke kosten van 1 miljoen euro, verbonden aan de lopende gerechtelijke akkoorden, niet worden meegerekend).

Vandermeulen: “Met een omzet van 50 miljoen euro blijven we een sterke speler in Europa, maar zonder overtollig vet. We houden alleen het beste over: het meest beloftevolle productengamma, de beste managers en technici, en de klanten blijven ons trouw.” In een recente peiling komt de merknaam Sofinal ongeschonden uit de voorbije perikelen.

De drive ontbrak

Ooit de grootste voeringproducent van Europa met een duizendtal weefgetouwen – ongebreidelde groei was het motto, maar dat was buiten de voeringproducenten uit het Verre Oosten gerekend – spitst Sofitex zich nu toe op producten met een hogere toegevoegde waarde: “Producten met te kleine minimummarges gaan eruit. We zijn ook toeleverancier voor de kledingindustrie, die nu in Midden-Europa zit. Maar weg van de bulkmarkt zijn er genoeg niches waarin onze strategische ligging in Vlaanderen tegenover het Verre Oosten gevaloriseerd kan worden. In high-end fabrics ligt Turkije nog ver achterop.”

De helft van de Sofitex-omzet zal bestaan uit technische stoffen voor brandweer, civiele bescherming, leger en sportbeoefening; 30% is airbags voor de automobielindustrie en de rest onder meer specifieke toepassingen voor de medische sector. “Het vroegere Sofitex was die weg al ingeslagen, maar de drive ontbrak. Dat proces heeft hier een paar jaar stilgelegen. We hebben zonder enige twijfel degelijke knowhow in huis, maar de klemtoon moet nadrukkelijker liggen op de permanente evolutie van onze portfolio, in nauw overleg met de klant. We moeten toepassingsgericht gaan denken,” beklemtoont Vandermeulen. Het machinepark is up-to-date. “We houden 350 weefgetouwen over en door het onderbrengen van alle weverijactiviteiten bij Sofinal-Cotesa in Waregem en alle veredelingsprocessen in Kluisbergen wordt de groepsknowhow samengebald en kunnen we de logistieke kosten flink drukken.”

Vandermeulen noemt Sofitex in zijn niches “een belangrijke speler, ook op de wereldmarkt.” Overlappingen met bijvoorbeeld Sioen, UCO of Utexbel zijn “minimaal, we zijn veeleer complementair”. Wat bij de vraag naar potentiële investeerders de bedenking ontlokt dat “de Vlaamse textielwereld hopeloos versplinterd is.” Axa is komen kijken, andere namen kan hij niet noemen. Belangrijker vindt hij dat er zou worden nagedacht over de woorden van Philippe Vlerick, de voorzitter van de beroepsorganisatie Febeltex: “De vijand zit niet onder de dichtstbijzijnde kerktoren.”

Hierop inhakend zegt Vandermeulen: “Als we Vlaamse, mondiaal sterke textielgroepen willen overhouden, moeten navelstaarderij en familievetes plaats ruimen voor professionele samenwerking. Nieuwe investeerders? Waarom zouden we niet praten met de bedrijven waarmee er overlappingen of complementariteiten zijn in ons productengamma?”

Schuldafbouw geen probleem

Intussen staan de huidige aandeelhouders – Gimv en de zogenaamde groep- Vanmarcke ( Philippe Vanmarcke en Koen Buyse van textielveredelingsbedrijf Vanmarcke; Luc Geuten en Leon Seynaeve van Mitiska) borg voor de lopende verliezen, geraamd op 620.000 euro, tot augustus. Een borgstelling van 0,9 miljoen euro, waarin CEO Vandermeulen in eigen naam 100.000 euro inbrengt – een unicum in de geschiedenis van het gerechtelijk akkoord in ons land. En voor de vakbonden ACV-Textura en ABVV een bijkomende geruststelling: “De nieuwe aandeelhouders geloven er blijkbaar zelf in.”

Eindelijk staan de neuzen in eenzelfde richting. De laatste familiale aandeelhouder en gewezen gedelegeerd bestuurder, Benoît Devos, heeft het pand verlaten. Ook het hogere bedrijfskader van toen ruimde plaats.

Bij het ter perse gaan was het afwachten of de handelsrechter ook van de leefbaarheid van het nieuwe Sofitex is overtuigd. Dinsdag 19 februari diende de textielgroep in Kortrijk haar nieuwste plannen in. Hiermee zou Sofitex 2002 afsluiten met een ebitda (opbrengsten voor interest, belastingen en afschrijvingen) van 4 miljoen euro.

Samengevat verschilt dit plan van het vorige verzoekschrift tot gerechtelijk akkoord door de forsere afbouw van de 66 miljoen euro bankschulden. Ondanks de tegenvallende conjunctuur is de geplande verkoop van activa volgens Vandermeulen realistisch ingeschat en haalbaar. Zowel vastgoed als de doorverkoop van overtollige machines via gespecialiseerde traders moet in twee jaar tot 35 à 40 miljoen euro opbrengen, in plaats van de 8 tot 10 miljoen euro uit het eerste herstelplan. “Zo slinkt de totale schuld tegen 2004 trapsgewijs naar 25 à 30 miljoen euro, in overleg met het bankconsortium. De verdere schuldafbouw kan dan geen probleem meer zijn.” Want tegen die tijd ziet Vandermeulen Sofitex goed winstgevend draaien bij een omzet van 60 tot 65 miljoen euro.

Kordaat tegenover aandeelhouders

De vakbonden bevestigen dat er met Vandermeulen bij Sofitex nieuwe ideeën binnen waaien: “Human resources was een onbekend begrip en voor het eerst zit er achter de cijfers ook iets tastbaars. Tegenover de banken staat Sofitex met een ander plaatje. De financiële rapportering is transparant en er is versterking door iemand met ervaring in turnarounds.”

Ook tegenover de aandeelhouders – nu 37,5% Gimv en 62,5% groep-Vanmarcke – stelt Edwin Vandermeulen zich kordaat op. Vanuit zijn ervaring in Nederland bij Delft Instruments pleit hij voor strikte corporate-governanceregels: “We hebben het daar in Vlaanderen moeilijk mee, maar aandeelhouders, bestuurders en management moeten uit elkaars vaarwater blijven. Als ze niet akkoord gaan met het management, moeten ze consequent handelen. Geen gemekker of schoonmoederlijke bemoeienis.”

Erik Bruyland [{ssquf}], ebruyland@trends.be

“Aandeelhouders, bestuurders en management moeten uit elkaars vaarwater blijven.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content