VVSG wil dat producenten meer hun verantwoordelijkheid nemen voor zwerfvuil
Producenten moeten een grotere verantwoordelijkheid opnemen in de strijd tegen zwerfvuil. Als dat niet lukt via preventie, dan moeten ze de financiële consequenties dragen. Zo reageert de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) op de studie van OVAM, waaruit blijkt dat de gemeenten in 2015 17.739 ton zwerfvuil opruimden.
Het opruimen van het afval kostte de gemeenten, en de dus de belastingbetalende, meer dan 155 miljoen euro. Daarmee betalen de lokale besturen 95 procent van alle kosten in Vlaanderen.
‘De maatschappelijke kost van zwerfvuil wordt nog steeds onderschat. Ondanks alle opruiminspanningen van talloze vrijwilligers, gemeenten en intercommunales is Vlaanderen verre van proper. Om dat doel te bereiken zouden met de huidige wegwerpcultuur nog veel meer inspanningen nodig zijn, met nog veel hogere kosten tot gevolg’, aldus VVSG-voorzitter Wim Dries.
‘Bovendien houdt de studie van de OVAM geen rekening met verborgen kosten. Een voorbeeld daarvan is de milieuschade die ontstaat door plastics in rivieren en oceanen, dat daar deels terechtkomt via het zwerfvuil op straat.’ Zwerfvuil is een rechtstreeks gevolg van het voortdurend groeiende aanbod aan wegwerpverpakkingen en een marketing die zich richt op consumptie buitenshuis. VVSG vindt het dan ook vanzelfsprekend dat de producenten van die producten die we vaak op straat vinden, zoals verpakkingen, sigaretten en kauwgum, hun verantwoordelijkheid nemen.
‘Fost Plus, die namens de verpakkingsproducenten instaat voor de organisatie en financiering van de inzameling van het huishoudelijk verpakkingsafval in België, betaalt sinds 2016 jaarlijks 9,6 miljoen euro in de strijd tegen zwerfvuil. Dit bedrag staat niet in verhouding tot hun verantwoordelijkheid voor de problematiek’, aldus VVSG. ‘De financiële bijdrage van de sigaretten- en kauwgomfabrikanten is al helemaal een peulschil.’
De VVSG roept de Vlaamse overheid ook op te blijven investeren in de zwerfvuilproblematiek. ‘De steden en gemeenten voeren het beleid in de praktijk uit, voeren de communicatie met de burger en sturen vele duizenden vrijwilligers aan die zwerfvuil opruimen’, aldus Dries, die benadrukt dat de nood aan ondersteuning bij de steden en gemeenten groot blijft.