Vakbonden mikken nog steeds op maximale loonstijging van 1,5 procent
De vakbonden mikken nog steeds op een maximale loonstijging van om en bij de 1,5 procent in de nieuwe loonwet.
Dat zegt ACV-voorzitter in het VRT-programma ‘De Markt’. Hij benadrukt ook dat de vakbonden, die dinsdag het overleg verlieten en een nationale staking aankondigden, niet opnieuw aan tafel zullen gaan zitten met de werkgevers ‘op basis van een slechte loonnormwet’.
Leemans acht het onmogelijk om tot een akkoord te komen ‘als de regering niet bereid is om die scheve wet recht te trekken en de werkgevers niet bereid zijn om verder te gaan dan een maximale loonstijging van 0,8 procent’.
De vakbonden mikken volgens Leemans op een loonstijging van 1,5 procent. Twee jaar geleden klokten de sociale partners af op een maximale loonstijging van 1,1 procent, ‘en toen ging het economisch slechter’. ‘We willen nu meer dan twee jaar geleden’, zegt hij. De werkgevers blijven, net als de regering, aan de loonnormwet vasthouden.
VBO-topman Pieter Timmermans wijst er zaterdag in ‘De Markt’ op dat in het voorstel dat op tafel lag, het inkomen de komende twee jaar met minstens 5 procent zou toenemen. Dat is onder meer het gevolg van de inflatie, een loonstijging met 0,8 procent en de laatste fase van de taxshift. De bonden zien de index niet als een loonsverhoging, reageert Leemans.
Timmermans benadrukt nog dat de deur voor de vakbonden blijft openstaan.
Nog in het Eén-programma stelt Vlaams minister-president Geert Bourgeois dat ons land nog competitiever moet worden. Zo is het verder verlagen van de brutoloonkosten een ‘topprioriteit’ voor de volgende federale regering.
Ook op vlak van flexibiliteit in de arbeidsintensieve sectoren kan het nog beter, merkt hij op. ‘Bij ons begint de nacht om 8 uur ‘s avonds, in de omliggende landen begint de nacht om middernacht.’ En ook de tewerkstellingsgraad in Vlaanderen – nu op 75 procent – moet nog hoger. Als het van Bourgeois afhangt, naar 80 procent.