Gewezen topadvocaat Louis Verbeke: ‘Vlaanderen transfereert zijn economie kapot’

LOUIS VERBEKE "Wat ik bij L&H heb meegemaakt, heeft me diep geraakt." © JONAS LAMPENS
Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

Gewezen topadvocaat Louis Verbeke is een van de grondleggers van het moderne Vlaamse bedrijfsleven als basis van een sterke economie. Zijn grootste professionele tegenslag is het falen van Lernout & Hauspie. De voorbije jaren uit hij zich als een fervente voorstander van meer Vlaamse autonomie.

Nu 2019 bijna voorbij is, selecteert Trends de artikels die vorig jaar het meest in de smaak vielen bij de lezers. Volgens gewezen topadvocaat Louis Verbeke moet er alvast een complete scheiding komen tussen de Vlaamse en de Franstalige Justitie.

De naam Louis Verbeke klinkt als een klok in het Vlaamse bedrijfsleven. De gewezen topman van het advocatenkantoor Loeff, Claeys, Verbeke, Lagae (nu Allen & Overy) reeg een keten van bestuursmandaten aan elkaar, onder meer bij Ter Beke, Sioen, NIM, Crops, Egemin, Mitiska en Recticel. De oud-voorzitter van de Vlerick Business School was een van de drijvende krachten achter de Vlaamse investeringsclub Lessius. Als advocaat was hij nauw betrokken bij Lernout & Hauspie. Momenteel is hij aandeelhouder en voorzitter van het Bulgaarse hightechbedrijf Transmetrics, dat de werking van transportbedrijven efficiënter maakt (zie kader Big data). Hij is ook de voorzitter van het bouw- en vastgoedbedrijf Maes.

Waarom blijft u uitgerekend bij Maes nog bestuurder?

LOUIS VERBEKE. “Omdat de familie dat vraagt. Ik heb het aannemingsbedrijf Maes in dertig jaar mee helpen uitgroeien tot Alides, een sterke vastgoedspeler in Vlaanderen. Dat gebeurde onder meer via een joint venture met Van Roey, dat nu met 60 procent de operationele leiding heeft en waarmee de samenwerking perfect is. De vastgoedpoot Alides bleef in handen van de familie.”

Rond vastgoedprojecten hangt soms een geurtje, ook in Gent, waar Alides actief is. Hoe kunt u zeker zijn dat op een of ander niveau van het bedrijf niet minder koosjere zaken gebeuren om bijvoorbeeld een vergunning te bekomen?

VERBEKE. “In die dertig jaar als bestuurder ben ik nooit met corruptie of ongeoorloofde praktijken geconfronteerd. Stichter Roland Maes of zijn opvolgers zouden dat nooit toelaten van medewerkers.

“Zodra men met corruptie begint, is het als een kanker die begint te groeien en onuitroeibaar is. Je kunt zoiets in een bedrijf niet verborgen houden, iedereen weet het. Gekwalificeerde, eerlijke mensen zullen het bedrijf verlaten. Net omdat bedrijfsprocessen dan abnormaal verlopen, worden beslissingen politiek, en niet strategisch genomen. Bovendien raken zulke zaken ook in de sector bekend en komen ze uit. Om corruptie definitief uit te roeien, moet je alle werknemers die op de hoogte waren, vervangen, inclusief de hele top. Zulke kosten en de reputatieschade wegen nooit op tegen enkele extra contracten.”

U zegt dat fraude in het hele bedrijf bekend raakt. Was U op de hoogte van de fraude bij Lernout & Hauspie? U bent op een bepaald moment ook verhoord.

VERBEKE. “Voor alle duidelijkheid: ik was geen bestuurder van L&H, ik was enkel advocaat voor de Belgische afdeling van het bedrijf. Ik had dus geen zicht op de naleving van de US GAAP, de Amerikaanse boekhoudregels voor beursgenoteerde bedrijven. Daar liep het fout.

“Wat ik bij L&H heb meegemaakt, heeft me diep geraakt. Ik kreeg een telefoon van de onderzoeksrechter uit Ieper met de vraag bij hem te komen. Of ik wist waar het gerechtsgebouw was, vroeg hij. Dat zal wel. Mijn vader was er jarenlang onderzoeksrechter. Het was vooral pijnlijk omdat de juridische molens zo traag malen. Pas drie jaar nadat het schandaal losgebarsten was, kreeg ik te horen dat ik buiten vervolging was gesteld. Al die tijd blijft de zaak etteren en ligt je reputatie in de lappenmand. Voor de andere betrokkenen, die even onschuldig waren als ik, heeft het tien jaar geduurd.

“Er zijn in de media vele indianenverhalen verschenen, maar uit het uiteindelijke arrest van duizend bladzijden blijkt dat slechts één zware fout is gemaakt, in de laatste zes tot acht maanden: er was valsheid in geschrifte gepleegd ‘om aan boekhoudkundige US GAAP vereisten te voldoen’.”

Verwijt u zichzelf iets?

VERBEKE. “Ieder eerlijk mens moet zich achteraf de vraag stellen: had ik dit kunnen helpen te vermijden? Mijn antwoord is ja, door US GAAP beter te bestuderen. De economische realiteit was irrelevant, als het juridische plaatje maar klopte. Toen bestond een hele industrie om in de boekhouding een fictieve omzet te genereren, met medeweten van de regulator. Alle Microsofts van deze wereld werkten met de constructies die L&H had. Zij zorgden er wel voor dat ze die volgens de regels van de kunst gebruikten. De regels zijn intussen wel veranderd.”

Had een efficiënte corporate-governancestructuur de fouten kunnen vermijden?

VERBEKE. “Neen. Geen enkel systeem kan bewuste fraude door het topmanagement vermijden.

“Corporate governance is trouwens aan het veranderen. De idee komt voort uit de globalisering. Een geglobaliseerd bedrijfsleven vergt transparantie. Maar de slinger van de globalisering zwaait terug. Kijk naar Trump, Erdogan, Poetin, China, de brexit en de ‘nationale’ weerstand tegen VN- en EU-regulering. Bilaterale onderhandelingen vervangen veel globale regels. The Economist noemt het de pauze van de globalisering.

“Vroeger doceerde ik dat er behoefte was aan een sterke corporate governance om bijvoorbeeld corruptie uit te sluiten. Wie dat niet deed, dreigde veroordeeld te worden in de VS. De rest van de wereld volgde de VS. Nu wil president Donald Trump vooral dat bedrijven sterk worden in het buitenland. Hoe ze dat doen, interesseert hem weinig. Het aantal uitspraken over de corruptie van Amerikaanse bedrijven in het buitenland is gedaald. Aziatische bedrijven halen tegenwoordig wereldwijd contracten binnen op een manier die voor Europese bedrijven niet toegestaan is. Nog niet!”

De globalisering staat dus onder druk. Die was nochtans hét argument bij het opgaan van uw kantoor Loeff, Claeys, Verbeke in Allen & Overy in 2000.

VERBEKE. “Dat klopt, maar de behoefte aan internationale advocatenkantoren is niet verminderd. Er is geen geglobaliseerd rechtssysteem, maar het werk heeft almaar meer internationale juridische aspecten. De kennis van de lokale rechtsculturen en internationaal recht moet in een geïntegreerd advies gebundeld worden. Dat kan een advocatenkantoor moeilijk leveren zonder een geïntegreerde management- en financiële structuur. Het vergt bijvoorbeeld reusachtige IT-budgetten.”

U vertrok in 2005 als vennoot bij Allen & Overy, op uw 57ste. Dat was vroeg. Waarom?

VERBEKE. “Wim Dejonghe leidde toen het kantoor. Ik was de oude leeuw die de jonge leeuwen voor de voeten liep. Als ik iets zei, leek het kritiek. Als ik zweeg ook. Bovendien was ik moegestreden door het L&H-verhaal. En er was nog zoveel te doen, bijvoorbeeld bij Vlerick.”

Daar bent u in 2014 opgestapt. Was er een conflict met decaan Philippe Haspeslagh, zoals de kranten meldden?

VERBEKE. “Het was de beslissing van de raad van bestuur. Philippe wou nog een paar jaar verder, maar kon niet 100 procent bezig zijn met Vlerick. Hij had zijn handen vol met de fusie van zijn bedrijf met Ardo, waar hij voorzitter werd. Toen was dat even moeilijk, maar intussen zijn de plooien gladgestreken.”

Door uw functie bij Vlerick had u een uitgebreid netwerk. De pers sprak drie jaar geleden van “de club van Louis Verbeke”, die elkaar mandaten toespeelde en mee verantwoordelijk was voor de moeilijkheden bij L&H, niet-bewezen misbruik van voorkennis door onder meer Ronald Everaert bij Ter Beke en de perikelen rond Jan Coene bij Picanol.

VERBEKE. “Over Picanol kan ik niets zeggen, omdat ik twee jaar voor dit dossier in de media losbarstte, advocaat was en toen alle relaties opzegde. Het dossier van voorkennis bij Ter Beke, waar ik niet bij betrokken was, ging over een som van nog geen 30.000 euro. Het eindigde met een zuivere vrijspraak, niet eens een verjaring. Tien jaar werd de reputatie van mensen besmeurd door de aanslepende rechtszaak.

“Ik werd bestuurder bij Sioen en Ter Beke toen ze nog een omzet van zowat 3 miljoen euro hadden. Nu is dat ongeveer een half miljard. Er was vooral veel jaloezie.”

U verwijst weer naar het trage justitiële proces in dit land. Wat moet veranderen?

VERBEKE. “Er moet een complete scheiding komen tussen de Vlaamse en de Franstalige Justitie. Laat Vlaanderen toe te investeren in eigen rechtbanken. Justitie heeft in België twee gezichten. De filosofie verschilt. Vlaamse juristen zijn eerder pragmatisch en minder gehecht aan heilige principes en lange debatten, die de Latijnse wereld zo graag voert. Het Vlaamse rechtssysteem zou sneller en efficiënter kunnen zijn, zoals in Nederland.”

Dat is problematisch in Brussel. Moeten ondernemingen dan een taalstatuut kiezen in functie van het rechtssysteem?

VERBEKE. “Dat doen ze nu in feite ook. Wees maar zeker dat ook Franstalige ondernemers voor de Vlaamse efficiëntie zullen opteren. Ik ben het trouwens beu dat het argument Brussel telkens weer de rem is voor meer Vlaamse autonomie. Raken we Brussel kwijt als we van Vlaanderen een onafhankelijke of confederale deelstaat maken? We zijn het al kwijt.”

Het ene moment verzet u zich als publicist tegen de staatshervormingen en wilt u dat Vlamingen het roer overnemen in dit land, het andere moment pleit u voor een doorgedreven confederalisme. En vrienden van u zeggen me dat u eigenlijk een orangist bent. Wat is dat?

VERBEKE. “De meest droevige dag voor Vlaanderen was de val van Antwerpen in 17 augustus 1585, die leidde tot het wegtrekken van de intelligentsia en de ondernemers naar het Noorden. Een tweede ramp gebeurde in 1830, toen Franse troepen ook tegen Belgische generaals vochten om ons land af te scheuren van Nederland. De meest absurde revolutie ooit. Dus ja, ik ben een orangist. Maar dat is louter romantiek, want er is geen weg terug.

“In principe betreur ik ook dat Vlaanderen sinds 1970 zijn meerderheid heeft verkwanseld in de opeenvolgende staatshervormingen, zoals Lode Claes ooit schreef. Bovendien wordt het land onbestuurbaar. Die klok zou ik graag terugdraaien. Maar ook dat is niet realistisch. Dus ja, ik ben een confederalist. Vlaanderen staat voor enorme uitdagingen, maar het transfereert jaarlijks nog 7 miljard euro naar Wallonië en draagt de volledige last van de staatsschuld. Samen 15 miljard euro. Dat is veel meer dan de transfer van West- naar Oost-Duitsland. En dat op een moment dat onze economie dringend investeringen nodig heeft en de vergrijzing op ons afkomt. Vlaanderen transfereert zijn economie kapot.”

LOUIS VERBEKE
LOUIS VERBEKE “Er moet een complete scheiding komen tussen de Vlaamse en de Franstalige Justitie.”© JONAS LAMPENS

Bio

· Geboren in Ieper op 20 oktober 1947

· Gehuwd, twee dochters

· Doctor in de rechten (Universiteit Gent, 1970), MBA aan de Vlerick Management School (1971) en Master of Laws (University of Virginia, 1972)

· Medewerker bij White & Case in New York, Parijs en Brussel (1972-78)

· Vennoot en voorzitter van het advocatenkantoor Loeff Claeys Verbeke (1978-2001), later Allen & Overy (2001-2005)

· Gewezen bestuursvoorzitter en professor van de Vlerick Leuven Gent Management School

· Voorzitter vastgoedgroep Alides (Groep Maes), Transmetrics

· Gewezen bestuurder bij Recticel, Ter Beke, Sioen, NIM, Egemin en Crop’s

· Vrije tijd: tennis, lezen, tweets (@louverbek)

Big data

Een van zijn Vlerick-studenten vroeg Louis Verbeke vier jaar geleden advies over het Bulgaarse technologiebedrijf Transmetrics, dat de transportsector adviseert. Hij besloot samen met enkele Vlamingen te participeren.


“Het is verbazend hoeveel logistieke capaciteit bij vervoer over de weg, het water en het spoor onderbenut blijft omdat de beheerder niet op voorhand weet waar materieel nodig is”, duidt Verbeke. “Transmetrics voorspelt waar welke mensen en welk materieel moeten worden ingezet. Vandaag beslissen vooral lokale agenten wat de onderneming op een plaats zal inzetten voor welke klanten. De toewijzing gebeurt niet altijd efficiënt en het gaat soms gepaard met vriendjespolitiek, corruptie en minder objectieve argumenten, zoals de maîtresse die men er al dan niet onderhoudt. Er is naast de optimalisering dus ook een objectivering. Het zwarte gat verdwijnt voor een stuk. De rationalisering via big data over een traject, de vervoerde goederen, de personeelskosten, het financiële plaatje ter plaatse en dergelijke, kan 15 tot 20 procent meer marge opleveren. Eén van de klanten kon met Transmetrics-technologie tot 10 procent minder containers inzetten.”


Door die investering ging voor Verbeke de wereld van technologie open. Er wordt volgens hem veel onzin uitgekraamd over big data. “Big data wordt een assetklasse, net als vastgoed of aandelen”, voorspelt hij. “De Europese Unie en de linkse jongens willen Google en Facebook beletten gebruik te maken van big data. Dat is een achterhoedegevecht. Dat een ondernemer er winst mee wil maken, ligt nu eenmaal in de aard van het beestje. Een regelgever spendeert zijn energie beter niet aan een verbod, maar beter aan controle op het gebruik. Zorg wel voor adequate transparantie.”

Marrakech

Het pact van Marrakech heeft geleid tot het einde van de Zweedse coalitie. Voor Louis Verbeke is het pact geen betekenisloze intentieverklaring. “Het gaat wel degelijk over soft law, die zich via de rechters in ons rechtssysteem nestelt. Het pact propageert een migratiebeleid dat haaks staat op dat van de regering-Michel I en van de vorige coalitie. Terwijl het toch aan de politiek is het beleid te bepalen, niet aan rechters en diplomaten. Ik heb de indruk dat de N-VA dat wat laat gezien heeft. Misschien heeft de partij gewacht tot er voldoende steun kwam uit andere EU-landen.”


Is haar harde houding niet gevaarlijk, want wie de regering laat vallen, krijgt achteraf meestal de electorale rekening gepresenteerd? Verbeke: “Dat was inderdaad meestal het geval voor de traditionele partijen. De N-VA is geen traditionele partij en haar kiezers zouden het pact niet accepteren.”

Partner Content