Gerecht onderzoekt eerste fraude met notionele intrest

Na de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) onderzoekt nu ook het gerecht zijn eerste fraudedossier over de notionele intrestaftrek, het controversiële belastingvoordeel voor bedrijven. Dat vernam De Tijd uit goede bron.

Het onderzoek is in handen van de centrale dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie van de federale politie.

Daarmee is de geest uit de fles nadat minister van Financiën Didier Reynders (MR) de tegenstanders van de notionele intrest steevast heeft uitgedaagd om op de proppen te komen met concrete misbruiken van het systeem.

Volgens de informatie van de krant is het eerste fraudedossier bij de politie nog maar een eerste modeldossier. Speurders en magistraten zijn ervoor beducht dezelfde fouten te maken als in de jaren 90 bij de fraudeconstructies met zogeheten ‘kasgeldvennootschappen’.

Die constructies zijn destijds hopeloos te laat onderzocht door het gerecht. Daardoor kwamen de meeste strafzaken pas recentelijk – soms 15 jaar na datum – voor de rechter.

De fraude met kasgeldvennootschappen liep op tot meer dan 1,1 miljard euro aan ontdoken belastingen. Het gerecht werd overladen met ruim 180 fraudedossiers, waarvan het gros is doorgespeeld door de BBI. De strafonderzoeken sleepten aan omdat de speurders en magistraten in de begindagen het fenomeen amper kenden.

Om niet dezelfde fout te maken met de notionele intrestaftrek is dus nu al een eerste fraudedossier geopend, amper vier jaar na de invoering van de notionele intrest.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content