874.000 jobs te weinig in België
Als België de werkgelegenheidsgraad van Duitsland wil evenaren, dan moet het maar liefst 874.000 extra banen scheppen.
Na de optimistische groeiverwachtingen van de Nationale Bank is de verleiding groot om de Belgische economie door een roze bril te bekijken. De groei van 2,6 procent voor dit jaar zou volgend jaar terugvallen tot 2,2 procent, maar daarmee zou België nog altijd beter presteren dan Duitsland, waar de economie volgend jaar 1,9 procent zou groeien. De Nationale Bank voorspelt bovendien 41.900 extra banen in 2011 en 37.400 in 2012.
Maar schijn bedriegt. De Belgische economische groei ligt boven het potentieel, dat is het niveau dat we op een normale wijze aankunnen. De rooskleurige cijfers van de jobcreatie maskeren ook dat de Belgische concurrentiepositie verder wordt aangetast.
Dat blijkt uit de nog altijd relatief lage tewerkstellingsgraad van 63,3 procent. Een stuk minder dat de 76,2 procent van Duitsland. “De tewerkstellingsgroei van de afgelopen jaren, net als de wijze waarop jobs in crisistijd konden worden gered met tijdelijke maatregelen, mag ons niet verblinden”, waarschuwt Geert Janssens, hoofdeconoom van de denktank VKW Metena. “Als België dezelfde werkgelegenheidsgraad als Duitsland wil halen, dan moeten er 874.000 jobs bijkomen.”
Wurgende loon-prijsspiraal
De structureel lage Belgische werkgelegenheidsgraad is in eerste instantie het gevolg van een almaar verzwakkende concurrentiepositie. En dat is op zijn beurt een gevolg van de hoge loonkosten in België. Boosdoener is het automatische indexeringssysteem, die een wurgende loon-prijsspiraal veroorzaakt. Resultaat: in vijftien jaar stegen de loonkosten in België 24,8 procent meer dan in Duitsland.
Als België de werkgelegenheidsgraad wil optrekken, moet er een verlaging komen van de loonkosten ten opzichte van de buurlanden. Dat kan door het automatische indexsysteem grondig bij te sturen of zelfs af te schaffen. Dat zal de vraag naar arbeid doen toenemen. Maar dat is niet voldoende. Er moet voldoende aanbod zijn om de vacatures in te vullen. En ook dat is in België een probleem.
Cijfers van de OESO leren dat we de Duitse werkgelegenheidscijfers niet eens benaderen als we alle Belgische werkzoekenden aan een baan helpen. De Belgische activiteitsgraad (het aantal werkwilligen) van 68,6 procent ligt daarvoor te laag. Reden is het hoge aantal inactieven op arbeidsleeftijd (bruggepensioneerden, oudere werklozen,…) dat zich gewoon niet ter beschikking stelt van de arbeidsmarkt.
In Duitsland bedraagt de activiteitsgraad 81 procent. Sinds de grote Hartz-hervormingen in 2005 is de Duitse arbeidsmarkt veel dynamischer. Er ontstond een symbiose tussen het economisch proces van jobcreatie en programma’s die gericht zijn op de activering van doelgroepen. België heeft hier nog een hele weg af te leggen.
A.M.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier