LIMBURG AAN ZEE

Lanaken-aan-Zee is géén nieuwe badstad. Siersteenfabriek Heylen haalt vrachtwagens van de weg en exporteert baksteen vanuit Limburg naar Engeland via de kustvaart. Zonder tussenstops, overladen of files.

Dat Brussel een zeehaven heeft, komt velen al ongeloofwaardig over. Maar het Limburgse Lanaken? Toch varen kruiplijncoasters, zeeschepen met beperkte diepgang en hoogte, via het Albertkanaal tot in Lanaken én verder. De Nederlandse rivieren, de Rijn tot voorbij Keulen, Scandinavië, IJsland, Rusland, de Noord-Europese havens, de Britse eilanden én de landen rond de Middellandse en de Zwarte Zee behoren tot de range van de kustvaart.

Marc Heylen, afgevaardigd bestuurder van Siersteenfabriek Heylen uit Lanaken is tevreden. Een transport van 1050 ton handvormgevelstenen per kruiplijncoaster – een Vlaamse primeur – naar de Engelse binnenhaven Mistley op de River Stour, twintig kilometer voorbij Harwich/Felixstowe, is vlot verlopen. “Ondanks de acht beaufort onderweg,” lacht hij. “De knoop is doorgehakt: voor onze export naar Engeland, goed voor 10.000 ton per jaar, halen wij vrachtwagens van de weg. Veertig wagens per schip of een tiental scheepsladingen per jaar. Gedaan met de files.”

Met kostenbeheersing heeft deze modal shift niet in de eerste plaats te maken. “Er is een prijsvoordeel, maar er was vooral een logistieke overweging bij onze beslissing,” legt Heylen uit. “Het belangrijkste probleem situeerde zich in de roll on, roll off-havens zoals Hoek van Holland, Zeebrugge of Dover. Er zijn nogal wat stakingen, net als in de Chunnel. Bij storm op zee zijn er onaanvaardbare beperkingen. Als ferry’s al uitvaren, krijgen toeristen en bederfbare waren voorrang. Vooral in het hoogseizoen van de bouwsector konden wij geen just-in-time-leveringsgaranties meer bieden. Een coaster vervoert dan wel veertig vrachtwagenladingen tegelijk, maar vaart – behoudens extreem slecht weer – steeds uit. De vaartijd, 2,5 dagen, ligt vast. Met inbegrip van het overbruggen van de drie kilometer tussen onze fabriek en het Albertkanaal en de laad- en lostijden is dat vergelijkbaar of sneller dan de tijd die het wegvervoer voor deze 450 kilometer nodig heeft.”

Door te kiezen voor een binnenhaven als Mistley kan Heylen ook een buffervoorraad aanleggen om van daaruit de verdere hinterland-distributie te organiseren. “De terreinen en de diensten in roll on roll off-havens zijn verschikkelijk duur,” weet Marc Heylen. En de overslagkosten? “Een trailer die in Dover aankomt, wordt met gewichtsbeperkingen geconfronteerd. Overladen is ook in dat geval een noodzaak. Alleen gebeurt dat nu elders.”