Leve de evolutie!
Voor het eerst sinds de revolutie van 1959 zal Cuba geleid worden door iemand zonder de achternaam Castro.
De leider van de revolutie, Fidel Castro, heerste tot 2006. Zijn broer Raùl, die hem opvolgde als president, is van plan op 24 februari 2018 met pensioen te gaan.
De machtsoverdracht heeft een groot symbolisch belang. Fidel is in 2016 gestorven. Hij werd wereldwijd bewonderd en verguisd als een communist wiens revolutie overeind was gebleven zelfs toen het communisme in zijn bakermat Europa ineengestort was. De nu 86-jarige Raúl is in vergelijking saai. Maar als jonge revolutionair voegde hij zich bij Fidel die in het Sierra-Maestragebergte zijn kamp had opgeslagen voor een guerrillaoorlog tegen Fulgencio Batista. De volgende president heeft geen herinneringen aan die strijd.
De generación histórica zal geleidelijk afscheid nemen. Naar verwachting zal Raúl tot 2021 het hoofd van de Communistische Partij blijven. Maar voor het eerst sinds de revolutie zal de partijleider beroofd zijn van de uitvoerende macht en het militaire opperbevel.
In Cuba werden de beslissingen de afgelopen 59 jaar altijd door één persoon genomen. Vanaf 2018 zullen dat er twee zijn. Ze moeten een paar grote keuzes maken. Of ze de liberalisering versnellen, vertragen of terugdraaien, of ze critici van het regime meer ruimte geven en of ze met Amerika samenwerken of het op afstand houden.
Kom binnen, nummer twee
De meeste waarnemers denken dat de 57-jarige vicepresident Miguel Díaz-Canel de tweede beleidsman wordt. Er is weinig over hem bekend. Hij werd volwassen in de jaren tachtig, de welvarendste tijd van de revolutie, en “gelooft dus in het socialisme”, zegt een politiek analist in Havana. Toch werd hij naar Cubaanse maatstaven als een vrijdenker gezien. In 2013 verdedigde hij jongeren toen hun al te uitbundige universiteitsblog werd geblokkeerd. En hij kwam op voor de homoclub El Mejunje toen je daar nog moed voor nodig had.
Zijn liberale imago is nooit terecht geweest, zegt Jorge Domínguez, een politieke wetenschapper van Harvard. Hij vindt het nog niet zo zeker dat Díaz-Canel president wordt. Die baan kan ook naar een van de andere ‘jonge veteranen’ gaan die lid zijn van het 17-koppige politbureau.
Wie het ook wordt, hij zal een land met problemen leiden. Er komen geen ladingen gesubsidieerde olie meer uit Venezuela. De groeisectoren zoals toerisme, farmaceutica en IT brengen niet genoeg op om dat goed te maken.
De orkaan Irma liet in september enkele toeristenresorts leegstromen en schakelde de elektriciteit uit. Daardoor is de economie in 2017 waarschijnlijk gekrompen. De helft van de Cubanen lijdt “niet te onderschatten ontberingen”, zegt Domínguez. De oppositie is zwak en verdeeld en staat bloot aan onderdrukking. Maar de nieuwe leiders van Cuba “moeten veranderingen brengen. Anders komt er een tijd dat de mensen het niet langer pikken”, voorspelt Miriam Leiva, die kritisch tegenover het regime in Havanna staat.
De auteur is redacteur Amerikaans continent van The Economist
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier