Lachen, je bent geherstructureerd
Na enkele moeilijke jaren durft de Spector Photo Group weer voorzichtig naar de toekomst te kijken. Een momentopname van een fotobedrijf dat ook een retailer is.
Tot eind 2007. Tot dan had de beursgenoteerde Spector Photo Group om de 41,8 miljoen euro aan te wenden om een van haar twee divisies naar het digitale tijdperk te leiden. Het geld haalde de Belgische groep eind 2005 op via een kapitaalsverhoging. De imagingdivisie, die vroeger instond voor de ontwikkeling van filmrolletjes, kreeg bij de opkomst van de digitale fotografie rake klappen. Ze had nood aan een grondige herstructurering en een nieuw productgamma. De retaildivisie, met de Photo Hall-winkels, mocht dezelfde koers blijven varen. Het was dus uitkijken naar de onlangs bekendgemaakte halfjaarresultaten van 2008. De toon van Spectors bericht was voorzichtig positief. “De omzet van de retail bleef met 102,6 miljoen euro in de eerste helft van 2008 op het niveau van 2007, de omzet van de imaging daalde met slechts 10,1 procent tot 32,6 miljoen euro, tegenover de -29,4 procent in 2007.” Het geconsolideerde nettoverlies duikt wel nog altijd 5,2 miljoen euro in het rood. De netto financiële schuld bedraagt na het afgelopen semester nog altijd meer dan 46 miljoen euro. Zijn die voorzichtige vreugdekreten dan niet wat voorbarig in deze periode waarin stilstaan meer dan ooit gelijk is aan achteruitgaan?
We vragen het in het hoofdkantoor van de groep in Wetteren aan gedelegeerd bestuurder Tonny Van Doorslaer. “Omzet verliezen is nog steeds erg. Maar ik denk dat het in ons geval belangrijk is naar de trend op langere termijn te kijken.” Hij tekent met zijn vinger een ‘u’, de vorm van een diepe put. De onzichtbare prent op de vergadertafel stelt een curve voor. De eerste top staat voor het hoogtepunt en meteen ook voor het einde van het analoge tijdperk. De tweede staat voor het moment waarop de imagingdivisie evenveel verdient aan de verkoop van producten die zijn aangepast aan de digitale fotografie als ze ooit verdiende aan de analoge fotografie. “De snelheid waarmee analoge fotografie verdwijnt en digitaal opkomt, kun je vergelijken met het smelten van een ijsblok. Naarmate het blok kleiner wordt, smelt hij sneller. Toen de omzet uit onze analoge activiteiten in drie jaar van meer dan 100 miljoen euro naar 10 miljoen terugviel, hadden we ook niet verwacht dat de omzet van onze digitale activiteiten even snel en even veel zou stijgen. Het diepste punt van de curve zijn we ondertussen wel voorbij. We zullen een van de komende kwartalen de omzet zien stijgen in vergelijking met het vorige jaar.”
Afromen, die moneymaker
Als dat werkelijk het geval is, liggen Van Doorslaer en zijn team voor op schema. Het businessplan uit 2006 voorzag pas het jaar 2010 als ankerpunt. Maar zelfs dat betekent dat de omzet van de fotodivisie nog maar op hetzelfde niveau als enkele jaren geleden staat. “Zodra het analoge segment volledig is verdwenen, zal de digitale fotografie bij ons een groeicurve kennen, terwijl de sociale en financiële problemen zijn doorgeslikt”, relativeert Van Doorslaer. Meteen verwerpt hij ook de vaak gehoorde kritiek dat de Spector te laat inspeelde op de opkomende digitalisering. “Analoge fotografie was een moneymaker, waar eigenlijk langer aan verdiend kon worden, maar de koe helemaal uitmelken, is nooit de juiste strategie. Te vroeg op een trein springen is dat ook niet. Wij hebben de room van de melk gebruikt om te investeren in de nieuwe technologie. We hebben tussen 2004 en 2007 niets anders gedaan dan geherstructureerd en we zijn nog steeds kicking and alive. In tegenstelling tot onder andere Agfa Photo of Konica, een andere multinational die actief was in het segment.”
Niet alle concurrenten van de imagingdivisie verdwenen uit het landschap. Oude concurrenten als CW en Fuji doorstonden de moeilijke tijden en nieuwkomers als het Frans-Engelse PhotoBox en het Nederlandse Album Printer begaven zich naast verscheidene kleinere spelers op de gedigitaliseerde markt. En niet te vergeten: ook het thuis afdrukken van foto’s werd populairder. Hoewel de herstructureringen en de beurskoers van Spector niet langer het hete hangijzer zijn, verwachten sommige waarnemers een nieuwe strategie of een verdere, voorzichtige inkrimping van de divisie. Om de kleinere fotozaken, met eigen afdrukinstallaties, te overleven, is schaalgrootte volgens hen geen voordeel.
Lage ticketprijs, hoge marge
In 2002 werden al elf fotolabo’s aan Kodak verkocht omdat de lokale aanwezigheid minder belangrijk werd door de opmars van de digitale fotografie en het internet. In 2006 werden nog eens twee van de vier overgebleven labo’s gesloten, met de nodige afvloeiingen tot gevolg. “Maar anders hadden we niet meer bestaan.” Spectors imagingdivisie heeft een belang van 49 procent in een Italiaans fotolabo en heeft daarnaast uitsluitend nog actieve fotolabo’s in Zweden en in Wetteren. En bij onze aankomst was het Van Doorslaer zelf die de deur, twee verdiepingen lager, kwam openen. Dat laatste was omwille van de uitzonderlijke afwezigheid van de receptioniste. Maar de vraag blijft waarin nog kan worden gesnoeid.
“Het is heel duidelijk gedaan met herstructureren. De markt van de digitale fotografie is al een hele tijd stabiel en op korte termijn zal er niet meer zoveel geprint worden als vroeger. Daarom moet het gewicht van nieuwe producten, zoals bedrukte fotoboeken of canvassen, een groter deel van de digitale omzet gaan uitmaken. We beogen zo’n vijftig procent ervan. Dat lukt waarschijnlijk dit jaar. Om foto’s op doek te printen, een dienst waarmee we vorig jaar startten, krijgen we bijvoorbeeld na een weekend soms 3000 opdrachten Het zal wel nog even duren voor de verhouding tussen de retail en de imaging gelijk is. De verhouding is vandaag 70-30. Photo Hall verkoopt ook duurdere elektronica en dat weegt zwaarder door. De marge ligt wel hoger bij de foto- dan bij de retaildivisie.” En daar lijkt sinds kort het schoentje te wringen bij de retaildivisie. Het ebitda ligt er 28 procent lager dan in dezelfde periode vorig jaar.
Vertraagde expansie
Photo Hall positioneert zich niet als prijsspeler waardoor de winkelketen het moeilijk heeft nu steeds meer consumenten prijsbewust kopen. “Photo Hall heeft het niet moeilijk, het doet het minder goed. Dat is een groot verschil, want we winnen wel nog marktaandeel.” Niet alleen de economische omgeving, maar ook het feit dat 2007 het beste jaar in Photo Halls geschiedenis was, zijn volgens Van Doorslaer de oorzaken van de gelijke verkoop. “Als je altijd vergelijkt met wat ooit het beste was, heb je het altijd moeilijk”, relativeert hij nog terwijl hij luidop hoopt dat het consumentenvertrouwen in 2009 weer stijgt. Intussen moeten het commerciële beleid – lees de productkeuze – en de kostenstructuur aangepast en onder controle worden gehouden. Geen eenvoudige opdracht in een jaar met verschillende indexsprongen. “De strategie aanpassen aan externe omstandigheden en bijvoorbeeld in het discountsegment actief worden, is geen optie. We zullen wel minder expansief zijn.”
De retaildivisie van Spector omvat vandaag 91 winkels in België, zestien in Luxemburg, twee in Frankrijk en 134 in Hongarije. Het is trouwens vooral aan de economische situatie in Hongarije te wijten dat de geconsolideerde omzet geen groei kende. De vijf nieuwe winkels die Photo Hall gemiddeld per jaar opent, zullen er in 2008 dus waarschijnlijk niet bijkomen. Ook al omdat vastgoedpromotoren voorzichtiger worden in het aanbieden van nieuwe panden. Waar Photo Hall in het verleden koos voor nabijheidswinkels in kleinere steden of grotere gemeenten, plant de retailer nu de uitbreiding naar grotere commerciële centra of naar panden die kunnen worden ingericht als baanwinkel. Daarmee knoopt de Spectorgroep de strijd steviger aan met concurrenten als Vandenborre, Krëfel, MediaMarkt en Carrefour. En dat liefst met eigen winkels in plaats van met franchisefilialen. Zo blijft de controle over onder andere de prijszetting en het marketingbeleid behouden. In Hongarije wordt de overgrote meerderheid van de winkels nochtans uitgebaat door franchisehouders. “Eigenlijk zijn die winkels gewoon klant bij ons. Sommigen onder hen verkopen ook producten van andere leveranciers. Dat is historisch gegroeid door de overname daar.”
Aandeelhouders in wildwaterbaan
Het fotobedrijf en het retailbedrijf zijn duidelijk twee verschillende ondernemingen. Daar koos Spector ten tijde van de herstructurering van de imagingdivisie voor. Aan Van Doorslaer rapporteren Stef De Corte, directeur imaging, en Christophe Levie, directeur Photo Hall. Levie komt uit de Brusselse familie die de keten oprichtte.
Waarom geen divisie verkopen en met de gewonnen centen de andere er voor eens en voor altijd bovenop helpen? “Het is geen kwestie van kiezen. We hebben nu eenmaal twee bedrijven en de belangrijkste aandeelhouders en de raad van bestuur hebben geen enkele ambitie om te verkopen.”
De medeoprichters van Spector, de familie Mussche, zijn niet langer actief in het bedrijf, maar ze bezitten wel nog een deel van de aandelen. Belangrijker als aandeelhouders en in de raad van bestuur zijn Philippe Vlerick en Christian Dumolin, die de groep nu al een hele tijd trouw blijven. Voor een dividend hoeven ze het niet te doen, want dat werd in 2003 voor het laatst uitgekeerd. “Ze moeten het hebben van een potentiële meerwaarde. Die komt er niet op korte termijn.” De beurskoers van de Spector Photo Group ging na de eeuwwisseling nog naar beneden als een steile glijbaan. Ondertussen is de koers eerder vergelijkbaar met een wildwaterbaan. “Ik zou liever zien dat de beurskoers drie keer zo hoog stond, maar de kortetermijnreflex van de individuele aandeelhouders mag bij het management en de referentieaandeelhouders niet bepalend zijn. Ik kan alleen maar hopen dat de buitenwereld zal snappen dat we voor een nieuw tijdperk staan waarin het alleen maar beter kan gaan.” (T)
Door Sjoukje Smedts/Foto’s Patje Verbruggen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier