La vie professionnelle de Roland Duchâtelet
In de nieuwste film van Jan Bucquoy speelt Roland Duchâtelet zichzelf: een politicus. Maar Duchâtelet haalde de voorbije weken ook als ondernemer het nieuws. Meer bepaald omdat de beursgenoteerde chipspecialist Melexis bankier speelt voor Elex, de moederholding van Duchâtelets elektronica-imperium. En dat pikken de institutionele minderheidsaandeelhouders niet langer.
Actie. Roland Duchâtelet duikt op voor de camera. De stichter van de politieke partij Vivant tracht zijn publiek te overtuigen van een basisinkomen voor iedereen. Het is niet in scène gezet, Duchâtelet speelt gewoon zichzelf in ‘La vie politique des Belges’, de nieuwste prent van de Harelbeekse filmmaker Jan Bucquoy. Tot Westraatkei zal de ingenieur het wellicht nooit schoppen, tenzij een waslijst ideeën zou volstaan om Vivant over de kiesdrempel van 5% te tillen.
Geen nood echter, er is nog meer actie. Roland Duchâtelet onderneemt. Hij fabriceert met X-Fab halfgeleiders in Duitsland, bedenkt met Melexis geïntegreerde schakelingen in Ieper en Tessenderlo, bouwt met Epiq elektronicatoepassingen in Diepenbeek, en brouwt met Tvlokaal.com internettelevisie. Actie. Roland Duchâtelet investeert. Centen beleggen is zijn belangrijkste professionele bezigheid. Melexis, X-Fab, Epiq en Tvlokaal.com zijn evenveel jongen uit het investeringsnest Elex, de holding van Duchâtelet en Rudi De Winter, de chief executive officer van Melexis.
Liever in een rijwoning
De marktwaarde van de activa van Elex is volgens het jaarverslag van Melexis ruim 500 miljoen euro. Duchâtelet duikt daarom sinds kort op in de hitparades van de rijkste Belgen, maar weigert zijn rijwoning in te ruilen voor een dure villa. Tegendraads eigenwijs is hij. In internettelevisie gelooft hij nog steeds, al slorpt Tvlokaal.com handenvol geld op. Duchâtelet: “De interneteconomie heeft wel degelijk toekomst. Internet is een medium én een distributiekanaal. Het wordt een grote markt. Niemand gelooft er nog in, behalve ik.”
Actie. Roland Duchâtelet vergadert met zijn aandeelhouders. Om de geldzaken van zijn elektronica-imperium te regelen, moet Duchâtelet steeds vaker het Kanaal over, naar de Londense City. Dat komt omdat Duchâtelets oogappel, Melexis, voor 15% in handen is van institutionele aandeelhouders. Investeringsfondsen als Fidelity kochten de helft van de vrij verhandelbare aandelen van Melexis op Nasdaq Europe. Elex controleert dus nog altijd 70% van Melexis. Maar de wil van deze minderheidsaandeelhouders is wet, ook voor de zakenman die in mei 1968 nog opstapte in semirevolutionaire betogingen en flirtte met extreem links. Roland Duchâtelet: “De minderheidsaandeelhouder stelt de wet, ja. Omdat het voor het aandeel Melexis zeer belangrijk is dat de institutionele belegger zich gelukkig voelt. Deze belegger bepaalt de waarde van het aandeel. Luister je niet, dan kom je beter van de beurs af.”
En met de koers van het Melexis-aandeel zat het niet lekker. Sinds de beursintroductie in oktober 1997 maakt Melexis vijf keer meer omzet (102 miljoen euro vorig jaar) en drie keer meer winst (20,2 miljoen euro bedrijfswinst vorig jaar), maar het aandeel noteert niet hoger dan de introductieprijs (zie grafiek). De Duitse concurrent Elmos bijvoorbeeld mag rekenen op een koerswinstverhouding van 40, het dubbele van Melexis.
“Melexis is nooit populair geweest bij het brede Belgische publiek, zoals Option, Innogenetics of Ubizen Het ligt misschien aan het charisma van de bedrijfsleider,” roept Duchâtelet half grappend als verklaring in. En dan ernstiger: “De algemene beursmalaise speelt ons ook parten, maar toch. We vroegen in elk geval de institutionele beleggers, analisten en bankiers om raad.” Met het charisma van Duchâtelet bleek niets mis, maar de rondvraag leverde wel een inventaris pijnpunten op. Om die uit te gommen, gaat heel wat geld aan het rollen binnen de Elex-groep. En hoewel de koers laag is, koopt Duchâtelet geen aandelen van Melexis in. Integendeel, Elex gooit een pakket Melexis-aandelen op de markt. Moet meer aanbod meer vraag opleveren, of zit Elex verlegen om geld?
Melexis als stut onder Elex
Heeft Duchâtelet het beste voor met Melexis, of is Melexis de stut onder Elex? Die twijfel is de voornaamste grief van de institutionele investeerders. Het vermoeden van belangenvermenging tussen Elex, Melexis en X-Fab is ze een doorn in het oog. Melexis leende bijvoorbeeld via Elex 28 miljoen euro aan X-Fab. Duchâtelet steekt niet onder stoelen of banken dat hij op de eerste plaats een investeerder is: “Elex is een investeringsmaatschappij. Als we X-Fab volgend jaar naar de beurs brengen, is de kans groot dat het belang van Elex onder de 50% zakt. De taak van Elex is te investeren en dan te desinvesteren. Vergelijk ons met de investeringsmaatschappij Gimv, met dat verschil dat Elex sterk geconcentreerd is op micro-elektronica en internet.”
Maar investeerders die Melexis-aandelen kopen, willen aandelen van een onafhankelijk Melexis, en niet van de depanneur van de Elex-groep. Melexis mag dan een solide investering zijn, als onderdeel van Elex wordt het risico voor de belegger de hoogte ingejaagd. X-Fab en Epiq boekten in het moeilijke jaar 2001 een verlies van respectievelijk 12 en 6,1 miljoen euro. Als het slecht zou gaan met X-Fab, dan dreigt Melexis de lening van 28 miljoen euro te moeten afboeken. Duchâtelet verwijst naar de onafhankelijke bestuurders van Melexis die waken over het belang van Melexis. “Maar het is beter dat Melexis geen aandeelhouder heeft die meer bezit dan 50%. Dan verdwijnt het vermoeden van belangenvermenging.”
Duchâtelet wil het dus spelen volgens de regels van de City. Elex brengt 8,65 miljoen Melexis-aandelen op de markt, zodat zijn belang in Melexis daalt van 70% naar ongeveer 50%. Tegen de huidige koers van 7,5 levert dat bijna 65 miljoen euro op. Vandaag 16 mei wordt de inschrijving afgesloten en de prijs bepaald. Duchâtelet knipt met het opgehaalde geld banden door binnen de groep. Zo betaalt Elex de lening van 28 miljoen euro terug aan Melexis. Elex had die lening afgesloten om er X-Fab mee te financieren. Maar Melexis stort 22 miljoen euro van dat geld terug aan haar aandeelhouders, via de uitbetaling van een dividend van 0,5 euro later dit jaar na de publicatie van de halfjaarresultaten. Elex keert dus een deel van het geld dat het ophaalt bij investeerders, opnieuw aan hen en zichzelf (voor 50%) uit. Elex zelf houdt dus bijna 50 miljoen euro over aan de kapitaaloperatie.
Ingewikkelde manoeuvres
Met deze behoorlijk ingewikkelde manoeuvres komt Duchâtelet tegemoet aan de grieven van de aandeelhouders van Melexis. De zet moet dus logischerwijs de honger naar Melexis-aandelen van Fidelity & co. aanscherpen en aldus de koers opdrijven. Al weet je op de beurs nooit.
Maar naadloos zit de deal niet in elkaar. “De vaststelling dat de grootste aandeelhouder 20% van de aandelen verkoopt tegen een lage prijs is niet meteen een teken van vertrouwen op lange termijn,” zegt Philippe Rochez, analist van Puilaetco. Roland Duchâtelet countert: “Wat is het meeste waard: 70% van de aandelen tegen een koers van 8, of 50% van de aandelen tegen een koers van 12? Gezien de grote interesse bij institutionele beleggers, is een koers van 12 realistisch.”
Het is echter ook nog niet zeker dat het belang van Elex onder de 50% zakt, en zelfs als dat het geval is, blijft de controle grotendeels bij Elex. Het vermoeden van belangenvermenging wordt dus niet helemaal ontmijnd. “Een vos verliest misschien zijn haren, maar niet zijn streken,” zegt een analist. Maar de kans dat Duchâtelet nog meer van Melexis wil verkopen, is klein, omdat het de kaskoe van de Elex-groep is. Dat Duchâtelet toch 20% van Melexis verkoopt, kan er daarom op wijzen dat de druk van de minderheidsaandeelhouder wel heel groot werd voor Elex om een deel van de controle van Melexis te verkopen. Maar evengoed is het mogelijk dat Elex geld nodig heeft om andere projecten te financieren. En dan kwam de vraag van de minderheidsaandeelhouders dus heel gelegen. Het kapitaalintensieve X-Fab bijvoorbeeld heeft veel geld nodig omdat het beursplannen heeft. Duchâtelet zelf blijft vaag over wat Elex met het geld zal aanvangen: “Het zal wel opgeraken.”
Bovendien, zodra ook X-Fab beursgenoteerd is, worden de financiële banden tussen X-Fab en Melexis meteen een stuk transparanter, en is niet langer Elex maar de beurs de schoonmoeder van X-Fab. Het vermoeden van belangenvermenging lost zich op die manier voor een stuk vanzelf op.
Banden tussen de dochters
Is de eis van de institutionele investeerders om een onafhankelijker Melexis terecht, of reageren de beleggers overgevoelig na al hetgeen ze de jongste jaren hebben meegemaakt?
Het jaarverslag van Melexis vermeldt dat Elex dienst doet als clearing and netting house van de groep om de financiële posities van de verbonden ondernemingen te optimaliseren. Met andere woorden, het particuliere Elex controleert de kasstroom van het beursgenoteerde Melexis. Tussen begin 2001 en maart 2002 daalde de kaspositie van Melexis van 65 miljoen euro naar 10 miljoen euro, hoewel de eigen cashflow uit de bedrijfsuitoefening positief is (ruim 21 miljoen euro in 2001). Dat kwam grotendeels omdat Melexis vorig jaar 53 miljoen euro had gespendeerd aan ‘related party financing’. Melexis leende dus ongeveer een bedrag ter waarde van de helft van de omzet uit aan X-Fab & co. Komt halfgeleiderproducent X-Fab in de problemen, dan zit Melexis meteen met een pak dubieuze vorderingen opgescheept. Beleggers houden niet van dergelijke risico’s.
Op het actief van Melexis stonden eind maart 2002 voor 46,5 miljoen euro tegoeden op verbonden ondernemingen, terwijl de schulden aan verbonden ondernemingen daalden tot 11 miljoen euro. Bovendien zorgt dat geschuif met geld voor bokkensprongen in de boeken van Melexis. De niet geauditeerde cijfers over de cashflow uit de operationele activiteiten tonen voor 2001 een negatieve cashflow van ruim 12 miljoen euro. De door Andersen geauditeerde cijfers tonen echter een positieve cashflow van 21,3 miljoen euro. De nettowinst van Melexis bleek geauditeerd 20,3 miljoen euro, tegenover 5 miljoen euro niet-geauditeerd.
Duchâtelet: “We hadden verkeerdelijk de leningen aan Elex geboekt bij de operationele cashflowcijfers. Met dergelijke leningen binnen de groep is niks mis, op voorwaarde dat ze worden bekendgemaakt. Melexis heeft dat steeds gedaan.”
De Elex-dochters leveren ook aan elkaar. X-Fab maakt wafers, de bouwblokken waarvan Melexis schakelingen maakt. Epiq op zijn beurt bouwt op basis van deze chips hele systemen. Daar is op zich niks mis mee en zakendoen met verwante bedrijven is gemeengoed. Duchâtelet: “De drie opereren onafhankelijk van elkaar. X-Fab levert ook aan concurrenten van Melexis. Epiq is goed voor een paar procent van de omzet van Melexis, en Melexis is goed voor 28% van de omzet van X-Fab.”
Melexis plant geen overnames
Door Melexis-aandelen op de markt te gooien, verzacht Duchâtelet ook een oud zeer van vele Belgische aandelen: de te lage free float of te weinig vrij verhandelbare aandelen. Institutionele beleggers willen een diepe markt zodat ze pakketten kunnen kopen en verkopen zonder de koers te ontwrichten. Duchâtelet: “De vuistregel voor een goede verhandelbaarheid is een marktkapitalisatie op de beurs van 150 miljoen euro.” Melexis heeft op dit ogenblik een marktkapitalisatie van 350 miljoen euro. Met straks de helft van de aandelen vrij verhandelbaar op de beurs – het pakket van bijna 20% dat Elex verkoopt, noteert al op Nasdaq Europe – zou het aandeel voldoende liquide moeten zijn. Voorts doet Duchâtelet ook een geste naar de kleine belegger door eveneens een notering op Euronext Brussel aan te vragen.
De bedrijfsleider-politicus heeft trouwens ook de optie overwogen om zelf aandelen in te kopen, maar dat zou botsen met de politiek om de institutionele beleggers te paaien en de free float op te voeren. Duchâtelet: “Een beursnotering heeft bovendien heel wat voordelen: je wordt verplicht het bedrijf kort op te volgen. Zonder beursnotering waren de resultaten van Melexis niet zo goed, zeker weten.” Maar Melexis heeft de beurs dus niet nodig om geld op te halen. “Tenzij om overnames te financieren, maar die zijn niet gepland. De helft van de acquisities loopt slecht af. Wat betreft distributiesystemen kunnen we eventueel nog wat doen, al is het distributienetwerk behoorlijk uitgebouwd. Melexis heeft een politiek van eigen productontwikkeling. We bezitten de beste producten en hebben al 200 ingenieurs in dienst. Dat is het maximum om te managen. We houden het dus liever op interne groei. Melexis kan dit en de volgende jaren 20% groeien wat betreft omzet en winst,” zegt Duchâtelet.
Het solide karakter van de business van Melexis bleek vooral vorig jaar. Terwijl de chipsector in dat rampjaar de verliezen opstapelde, steeg de omzet van Melexis met 20% en werd er 20,26 miljoen euro bedrijfswinst gemaakt. De goede cijfers dankt Melexis aan het feit dat 70% van de omzet geleverd wordt aan de producenten van auto-elektronica. De wereldautomarkt – Melexis levert aan bijna alle merken – blijft ook in recessieperiodes behoorlijk overeind. Terwijl de totale halfgeleidermarkt volgens het onderzoeksbureau Dataquest in 2001 met liefst 31% terugviel, blijven producenten van halfgeleiders voor de automobielindustrie rekenen op 12% tot 13% groei.
Heilige koe
Melexis zit ook stevig verankerd in deze markt omdat de ontwikkelde producten een vrij lange levensduur hebben en de klanten van Melexis daarom op langetermijnrelaties staan. Melexis verkoopt zijn chips aan bouwers van subsystemen voor de automobielindustrie, zoals Delphi, Bosch, TRW, Brose, Magneti Marelli en nog een aantal andere. Zeven klanten tekenden in 2001 voor 52% van de omzet, al waren er in totaal 250 afnemers. Ook qua productengamma zitten de Ieperlingen comfortabel, met zo’n 140 items in productie en meer dan 50 in ontwikkeling. Geografisch komt nog 71% van de inkomsten uit Europa (vooral Duitsland en Frankrijk), maar de VS en Japan winnen aan belang. Een onzekere factor is de concurrentie, nu een heleboel producenten zich recycleren van de wispelturige telecom- naar de betrouwbaarder (maar ook moeilijker te veroveren) automobielindustrie.
Elmos, de ongeveer even grote Duitse concurrent van Melexis, schat (op basis van een Dataquest-rapport) de wereldmarkt voor halfgeleiders voor de automobielindustrie op 20 miljard dollar in 2004, waarvan ongeveer 7 miljard dollar klantspecifieke chips zouden zijn, de niche waarop Melexis (en Elmos) zich vooral richten. Andere concurrenten zijn STMicroelectronics, Siemens, Motorola, National Semiconductor, Texas Instruments, Hitachi, NEC en – niet te vergeten – AMI Semiconductor, zeker sinds het de ‘mixed signal’-activiteiten van Alcatel in Oudenaarde heeft overgenomen.
De heilige koe bolt ook steeds meer met behulp van chips. “De auto kan niet meer groter, dus moet het comfort omhoog,” zegt Duchâtelet. “De voornaamste evolutie is nu naar veiligheid. Meer airbags, actieve remsystemen, actieve motorsystemen (tractiecontrole), elektronische stuurbekrachtiging met elektrische motoren, of een achteruitkijkcamera met nachtvisie zijn straks de snufjes van de auto. Houd er rekening mee dat uw auto straks ook automatisch afstand houdt van de voorligger. Veiligheid wordt zeer belangrijk, omdat naarmate mensen ouder worden en de gezondheidszorg verbetert, het minder aanvaardbaar wordt dat iemand sterft in een auto-ongeval.”
Daan Killemaes, Bruno Leijnse [{ssquf}], dkillemaes@trends.be
Komt halfgeleiderproducent X-Fab in de problemen, dan zit Melexis meteen met een pak dubieuze vorderingen opgescheept.
Dat de grootste aandeelhouder 20% van de Mexexis-aandelen verkoopt tegen een lage prijs, is niet meteen een teken van vertrouwen op lange termijn.
Investeerders die Melexis-aandelen kopen, willen aandelen van een onafhankelijk Melexis, en niet van de depanneur van de Elex-groep.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier