Kantelpunt Cornwall
Na de G7 in Cornwall is de koude oorlog tussen de Verenigde Staten en China zo goed als officieel. De Amerikaanse president Joe Biden kwam naar Europa om de wonden te helen die Donald Trump had geslagen. Cadeaus in de valies. Weg het conflict tussen Boeing en Airbus. Weg de sancties tegen Nord Stream 2, de pijpleiding die Russisch gas rechtstreeks naar Duitsland en Europa moet voeren. Weg het Amerikaanse veto tegen belastingen op Amerikaanse internetgiganten.
In plaats daarvan komt dialoog voor het grotere doel: de mobilisatie van Europa in de strijd tegen China. Daarom stonden ook India en Australië op de foto. Daarom wil Biden met de Europese Unie globale belastingen afspreken en een raad voor handel en technologie oprichten. Daarom krijgt de NAVO een levenslijn met een Agenda 2030 die de organisatie richting Azië keert. Daarom ontmijnt Biden het conflict met Poetin, opdat Rusland niet nog dichter tegen China zou aanschurken.
Biden staat aan de juist kant van de geschiedenis, maar hij heeft de tijd tegen. Hij is een bejaarde president van een verdeeld en met zichzelf worstelend Amerika. Donald Trump leeft niet meer in het Witte Huis, maar het trumpisme domineert de Republikeinse Partij en het identiteitsmasochisme verlamt de Democratische Partij. Biden is maar een tussentijdse verkiezing verwijderd van de chaos. Amerika is te labiel om opnieuw de vrije wereld te leiden. Biden moet niet willen leiden, hij moet verenigen.
Europa doet meer handel met China dan met de Verenigde Staten. Duitsland wil zijn economische en geopolitieke belangen verenigen. Frankrijk verlangt naar een Europese strategische en militaire autonomie onder Franse inspiratie. De Europese Unie wil de toon zetten in de regulering van de digitale economie. Amerika moet dat alles niet willen counteren. Het moet streven naar complementariteit en zo naar een soortelijk gewicht in de overheersende strijd om de toonaard van de wereldorde. Een sterker Europa aan de zijde van Amerika is beter dan een zwakker Europa onder Amerikaanse vleugels.
Zo Europa, zo de rest van de wereld. De grootste erfenis van het Marshallplan na de Tweede Wereldoorlog was moreel en cultureel. Amerikaanse generositeit voor het verwoeste Europa, weliswaar niet gespeend van zelfbelang, schiep Europese loyauteit aan Amerika. Onze tijd vraagt om een nieuw plan. In het klimaatverdrag van Parijs in 2015 beloofden de rijke landen 100 miljard dollar per jaar voor het klimaatbeleid van de arme landen. Die belofte werd nooit volledig ingelost. De Wereldgezondheidsorganisatie vraagt 11 miljard dosissen van de coronavaccins voor een mondiale vaccinatie. De G7 belooft er een schamele 870 miljoen.
Biden moet niet willen leiden, hij moet verenigen.
Amerika, Europa en de internationale instellingen kunnen het voortouw nemen in het mobiliseren van kapitaal ten bate van de globale volksgezondheid en ecologie. Dat vergt in verhouding een fractie van de kostprijs van de relanceplannen die ze voor zichzelf hebben afgesproken. Het zou een veelvoud aan goodwill opleveren en een netwerk van geallieerden. China beoefent volop doortrapte vaccindiplomatie en verknecht tientallen landen met infrastructuurprojecten die verzuipen in de schulden.
Biden beseft dat hij zowel de kracht als de invloed van China moet keren. Hij wil ook de wereld beter heropbouwen, maar dat blijft vooralsnog bij intenties. De Verenigde Staten kunnen leren van de Europese Unie. Wij hebben de militaire en economische machtspolitiek opgegeven. We geloven in de zachte macht van waarden en normen. Zachte macht zonder harde macht is machteloos. Maar harde macht zonder zachte macht is verdrukking. Dat doet China. De koude oorlog wordt gewonnen door wie zachte macht wint en harde macht maakt. Dat moet opnieuw Amerika zijn, maar dat kan Amerika niet meer alleen.
De auteur is decaan aan de Macquarie University in Sydney en visiting fellow bij de denktank Itinera. @devosmarc
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier