Inzetten op omzetgroei
Op een moment waarop de consumptie met moeite uit het dal klimt, ziet de voedingssector zich geconfronteerd met een stijging van de grondstoffenprijzen. Maar niet alle bedrijven zitten in hetzelfde schuitje.
Ondanks het woelige beursklimaat van de voorbije maanden hebben de reuzen uit de voedingssector hun defensieve profiel niet te gelde kunnen maken. Hun aandelenkoersen hebben min of meer de evolutie van de beurzen gevolgd. De redenen liggen voor de hand: ten eerste zijn de aandelen uit de sector over het algemeen redelijk hoog gewaardeerd en ten tweede doet de stijging van de graanprijs vrezen voor een toename van de kosten. In 2009 konden de groepen even op adem komen en konden ze hun marges verbeteren, maar de droogte in Rusland heeft opnieuw duidelijk gemaakt hoe kwetsbaar de markt van de landbouwproducten is.
Reddingsboei
De hogere grondstoffenprijzen hebben in het eerste halfjaar al een impact gehad op de sector. Dat is duidelijk te zien bij onder meer Danone: ondanks het kostenbesparingsplan is de operationele marge in die periode met 0,74 % afgenomen tot 15,30 %. Zoals u kunt lezen in het kaderstuk ‘Prijzen van landbouwproducten’, zal dat element in de toekomst blijven wegen op de marges van de voedingsgroepen.
Zelfs al zouden die groepen de kostenstijgingen kunnen compenseren met prijsverhogingen, dan nog zullen ze er niet meer in slagen om hun marges te verbeteren. Daarom geven we de voorkeur aan bedrijven die in staat zijn om een omzetgroei te realiseren. Die groei zal immers de belangrijkste motor van de winststijging zijn, hetzij rechtstreeks via een handhaving van de marges, hetzij onrechtstreeks door de vaste kosten over een bredere basis te verdelen.
In de tabel ‘Enkele cijfers’ zien we dat Danone en Nestlé – het grootste voedingsconcern ter wereld – zich duidelijk losmaken van de rest. Beide bedrijven profiteren van hun ontwikkeling in de opkomende landen (goed voor ongeveer een derde van hun omzet) en in winstgevende marktsegmenten, waaronder de markt van de alicamenten: Actimel en Activia voor Danone, Omega3:6 en Bifidus voor Nestlé. Dat laatste is er overigens ook in geslaagd om zich met Nespresso in het hogere marktsegment te profileren.
Na Danone en Nestlé volgt Unilever (ook sterk actief in producten voor lichaamsverzorging), waarvan de strategie eveneens gericht is op de opkomende landen (meer dan 40 % van de omzet) en dat streeft naar een sterke omzetgroei voor 2010, zonder zich te wagen aan gedetailleerde voorspellingen.
Nog te duur
De bedrijven uit Zwitserland, Frankrijk en Nederland zijn ongetwijfeld in staat om de hogere grondstoffenprijzen het hoofd te bieden dankzij de kracht van hun merken, hun strenge kostenbeheersing en hun organische groei. We kunnen onze ogen echter niet sluiten voor de hoge waarderingsratio’s van de drie groepen en wachten daarom liever op een koersterugval tot 14 keer de winst per aandeel voor 2010, hetzij 19 euro voor Unilever, 46 euro voor Nestlé en 37 euro voor Danone. (C)
Door Cédric Boitte
Danone, Nestlé en Unilever zijn ongetwijfeld in staat om de hogere grondstoffenprijzen het hoofd te bieden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier