Investeren in een olifant
Hoe verkoop je hightech in een land als India, geen ‘tijger’ maar een olifant die met twee poten in de 21ste eeuw staat en met de twee andere nog in de Middeleeuwen? Barco mikt er onder meer op ‘electronic cinema’, en startte er onlangs zijn eerste Aziatische productievestiging.
Hyderabad, Delhi, Noida (India).
Het is zowat een uur rijden vanuit Hyderabad, India’s zesde grootste stad. Een uur over smalle, hobbelige wegen door het “achterland”, goeddeels onaangeroerd door de economische ontwikkeling. Maar dan, plots, draaien we een andere wereld binnen: Ramoji Film City, 1500 acres heuvelend landschap, groen geïrrigeerd, doortrokken met perfect geasfalteerde lanen waarlangs alle denkbare filmdecors levensecht in drie dimensies zijn nagebouwd. Met wijdopen ogen gapen we naar Indiase paleizen, tempels, immense villa’s, een stadje, een treinstation, een ‘jail’, een luchthavengebouw en nog veel meer. Voor binnenopnames zijn er veertig studio’s, in alle maten, en uitgerust met de allermodernste technologie.
Filmgek India
Het reusachtige Film City-project, gestart in 1992, vergde een totale investering van meerdere miljarden VS-dollar, in hoofdzaak gedragen door de Indiase mediamagnaat Ramoji Rao. Het steekt Mumbai en Chennai (zoals Bombay en Madras nu officieel heten) naar de kroon, de twee steden waarrond de Indiase filmproductie – qua omvang wedijverend met Hollywood – zich totnogtoe concentreerde. Hij krijgt daarbij de volle steun van Chandra Babu Naidu, de dynamische chief minister van de deelstaat Andra Pradesh, die er op enkele jaren tijd ook in geslaagd is van Hyderabad het snelst groeiende centrum van informatietechnologie in het land te maken, onder meer door er giganten als Microsoft en Baan naartoe te lokken.
Maar terug naar Film City. We worden meegetroond naar een projectiezaal. Eerst krijgen we dat typische beschadigde beeld van de filmrol die al te vaak over de bobijnen is gegaan. Dan volgt de ‘kraakvrije’ elektronische versie, getapt van een digital video disk (dvd) – al kan het net zo goed van een gecodeerde satellietverbinding of een ISDN-lijn komen. And the winner is…?
Barco onder meer. Want de specialist in visualiseringssystemen en automatisering uit het verre Kortrijk heeft niet alleen in de state-of-the-art-postproductiefaciliteiten in Ramoji Film City zijn high end-projectoren en monitoren aan de man kunnen brengen, maar ziet in electronic cinema een nieuwe afzetmarkt voor zijn apparatuur in India.
Dat land is immers filmgek. Johan Quartier, director market development van Barco: “Alles bij elkaar telt het land zeker 6000 cinemazalen. Maar filmrollen zijn te duur opdat de filmdistributeurs aan alle exploitanten tegelijk een kopie zouden kunnen bezorgen. Gevolg: in de kleinere steden komt een film pas uit nadat hij al maanden elders heeft gedraaid. De kopie die er wordt geleverd, is dan ook totaal versleten. De inkomsten zijn navenant. Daartegenover heeft electronic cinema diverse voordelen. De marginale kostprijs van elke bijkomende ‘kopie’ is verwaarloosbaar klein, zodat men wél alle exploitanten tegelijk kan bedienen. Bovendien: er treedt ook bij veelvuldig afspelen geen kwaliteitsverlies op. En er kan een beveiliging worden ingebouwd tegen illegaal kopiëren.”
Die technologie moet het de komende jaren gaan waarmaken op de markt. Rond de jaarwisseling was Ramoji Film City technisch klaar om speelfilms op dvd te dupliceren. En zo gauw een aantal films in dat nieuwe ‘formaat’ beschikbaar is, kan Barco zijn gesofisticeerde projectoren volop gaan commercialiseren in het cinemakanaal: de start is voorzien voor april eerstkomend. Maar ook concurrenten als JVC en Sony zullen niet stilzitten.
Eerste Aziatische productievestiging
Die ‘filmprojectoren’ – met een prijskaartje van om en bij 2,5 miljoen roepie (1,85 miljoen frank) – zijn import, vanuit België. Maar Barco assembleert sinds een viertal maanden ook projectoren in India zelf, in Noida, zo’n dertig kilometer ten oosten van Delhi. Barco Hotline is de allereerste productievestiging van het Kortrijkse bedrijf in Azië, en het is, zoals de naam aangeeft, een joint venture met Hotline, een lokale groep die voor 40% participeert. Die Indische producent van onder meer tv-toestellen en beeldbuizen fabriceerde voordien al videoprojectoren – Barco nam eigenlijk die divisie over – maar dan in het onderste segment van de markt, bestemd voor de vele Indiase video parlours (in kleine steden en dorpen het alternatief voor de bioscoop) én voor uitvoer naar Italië, waar ze onder de merknaam Maxi Video werden gecommercialiseerd naar thuisgebruikers. “Dat low end-product is inmiddels vervangen door de wat ‘hogere’ Barco Vision 508, die hier sinds september 1998 wordt geassembleerd,” vertelt Rakesh Vohra, de ingenieur die de joint venture leidt. “Die 508, de goedkoopste in het Barco-gamma, zou in Belgie niet rendabel kunnen worden geproduceerd, door de hogere arbeidskosten. Dankzij de fabricage hier kan Barco zich nu ook in dat minder dure segment van de markt bewegen,” weet hij. Een halfgeschoolde arbeider verdient in India een kleine 5000 roepie per maand (3750 frank), en doordat sociale zekerheid op een minimale pensioenregeling na zo goed als onbestaand is, is bruto voor hem plusminus gelijk aan netto. Een ingenieur haalt 15.000 roepie, een technisch directeur 40.000.
Ook de productontwikkeling van de 508 gebeurde voor een groot deel in India, wat bij de bollebozen in Kortrijk wel eens not-invented-here-gevoelens opwekte, commentarieert Johan Quartier. Maar deze markt vraagt nu eenmaal andere features. Het apparaat mag bijvoorbeeld niet met ventilatoren worden gekoeld, want die trekken te veel van het overvloedig aanwezige stof binnen. Het moet ook rat proof zijn. En: gelet op de wisselvalligheden van de Indiase elektriciteitsvoorziening, moet het onverstoord kunnen werken wanneer de stroom niet continu op 50 hertz zit, maar al eens op 47 of 52 hertz.
VÓOR DE PRODUCTIE
kon starten, heeft Barco toeleveringsproblemen uit de weg moeten ruimen: veel (kleine) Indiase leveranciers blijken hun kwaliteitsniveau niet constant te kunnen houden; andere (vooral overheids-) bedrijven benutten hun goede, geïmporteerde machines zo inefficiënt dat ze gewoon té duur zijn. Na maanden vergeefs zoeken, werd uiteindelijk beslist om zelf een componentenfabriek op te starten (100% Barco, zonder Hotline) aan de overkant van de straat in Noida. Daar worden nu sinds begin december 1998 de metalen body’s gefabriceerd – op tweedehandse machines van het Gullegemse LVD – en de printed circuit boards.
Sommige andere onderdelen moeten echter wel worden ingevoerd, en vallen dus ten prooi aan de torenhoge Indiase importheffingen. Eén geluk daarbij: als men uitvoerige documentatie en “bewijsvoering” kan voorleggen – qua bureaucratie is India moeilijk te overtreffen – dienen geen taksen te worden betaald op de onderdelen voor dat deel van de productie dat later wordt geëxporteerd.
De projectoren uit Noida zijn immers niet louter bestemd voor de Indiase markt, maar worden door Barco wereldwijd aangeboden. Ze blijken in het Westen trouwens een onverhoopt succes te kennen bij dubbingstudio’s, die de geruisloze – want ventilatorloze – werking ervan appreciëren. Maar als belangrijkste afzetmarkten noemt Johan Quartier China en Taiwan. Momenteel worden er maandelijks zo’n 150 stuks geproduceerd. Voor 1999 mikt Barco op een jaarproductie van 3000 stuks. Quartier: “Vergeet niet dat dit geen product is voor de massamarkt. Bovendien blijken commerciële projecten in India in het algemeen maar traag op gang te komen. En: we zijn ons distributienetwerk nog aan het uitbouwen, wat in zo’n immens land wel tijd vergt.” In de gebouwen in Noida is alvast nog veel ruimte vrij om te groeien.
RAF PAUWELS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier