INGENIEUS MENSEN INZETTEN

M arc Dorny (39) is de man achter de nieuwe divisie interim management van Arthur Andersen (AA), één van die nieuwe sectoren die sterk aan belang winnen. “De vraag komt van onze klanten, die na de consulting op zoek zijn naar mensen om nieuwe projecten concrete vorm te geven,” zegt hij. “Aangezien ze geen kaderleden te veel hebben, moeten ze externe mensen zoeken.”

Volgens Dorny biedt AA hiermee een complementaire service. “Het is geen bodyshopping, waarbij je persoon X vindt en hem ergens plaatst. Hij moet in het bedrijf worden geïntegreerd, we moeten hem hulp en omkadering geven, om hem zijn doelstellingen te laten bereiken.”

Marc Dorny (gehuwd, drie kinderen) beschrijft zichzelf als een atypische burgerlijk ingenieur. Toen hij in 1983 afstudeerde aan de KU Leuven, wilde hij geen zuiver technische functie. “Maar tijdens mijn postgraduaat aan de Vlerick School vertelde een prof mij dat een goede ingenieur altijd in een technische functie moet starten.”

Bij de Antwerpse Esso Belgium-raffinaderij komt hij er snel achter dat dit niet zijn cup of tea is. Hij stapt over naar Union Minière (1986-1996), waar hij alle reorganisaties van het bedrijf meemaakt.

“Eerst had ik een technisch-commerciële functie, als interface tussen de fabrieken van Metallurgie Hoboken-Overpelt en de Société Générale des Minerais. Daarna werd ik verantwoordelijke voor de leveringen van grondstoffen van SGM, later van de nieuwe business unit in Hoboken.”

In 1992 wordt hij marketing manager. “De directie zag goed in dat de non-ferrosector aan het veranderen was en dat je je ook op de recyclage moest richten.” Dorny stelt voor de unit Hoboken een marketingplan op, dat als basis zal dienen voor de modernisering van de fabrieken van de groep. In 1996 is zijn missie volbracht en keert hij zich naar de consulting en het interimmanagement. “Ik wilde een sector in crisis verlaten om in positiever klimaat te gaan werken, in een groei-omgeving. En ik kon studentendroom waarmaken, namelijk een eigen bedrijf starten: Marc Dorny Consultant.”

In 1998 werkt hij als senior consultant samen met Robert Half, om het interim management verder uit te bouwen in het noorden van het land. “Ik heb er veel bijgeleerd en heb er de wereld van de kmo’s leren kennen. Dat zijn de motoren van de economie. Zij vallen op door hun enthousiasme, maar ook door hun amateurisme inzake bedrijfsbeheer.”

In april 1999 stapt hij over naar het team van AA. “Ik droom er niet van om het grootste interimmanagementbureau te runnen, maar wel het beste.” De concurrentie is echter bikkelhard. Zes operatoren (AA, KPMG, Ernst & Young, PriceWaterhouseCoopers, EIM, Robert Half) verdringen elkaar op een markt van zo’n 200 contracten per jaar.