“Ik zal me niet schamen als Exqi er niet komt”

Opschudding in het medialandschap. Terwijl verschillende mediagroepen op zoek gaan naar nieuwe bronnen van inkomsten omdat de reclamemarkt steeds minder opbrengsten verzekert, maakt Gabriël Fehervari bekend dat hij een nieuwe generalistische zender op de buis wil brengen. Analoog bovendien. Welke strategie hij daar precies voor heeft, vertelt hij aan Trends.

Om van aan de receptie van de Alfacam Group in Lint tot bij het kantoor van gedelegeerd bestuurder Gabriël ‘Fé’ Fehervari te komen, heb je een routeplan nodig. Op dat vlak kan de groep alvast met de VRT concurreren. Maar Alfacam gaat ook op andere terreinen de strijd aan met de openbare omroep en andere mediagroepen. Fehervari heeft namelijk het plan om dit najaar – tussen 20 oktober en 10 december, om toch íets preciezer te zijn – de generalistische zender Exqi analoog op de buis te brengen.

Wat eraan vooraf ging. Nadat zijn ouders hun geboorteland Hongarije hadden ontvlucht, zag Fehervari het levenslicht in Antwerpen. Omdat hij als jongeling werd geconfronteerd met het faillissement van Cockerill Yards, waarbij zijn vader zijn baan verloor, besliste hij na zijn studies op zelfstandige basis te gaan werken. Met een kaskrediet van 12.500 euro startte hij in 1985 zijn eerste bedrijf, Alfacam. De eerste opdracht dankte Fehervari aan een cafébezoek. De affiche van de Night of the Proms die hij zag in Den Doedelzak in Antwerpen, beloofde livebeelden op grote schermen. Fehervari trok zijn stoute schoenen aan, nam contact op met de organisatoren Jan Van Esbroeck en Jan Vereecken en schoot met enkele medewerkers, zeg maar vrienden, de aangekondigde beelden in het Sportpaleis. Nog altijd legt Alfacam evenementen vast voor productiehuizen en televisiezenders . De omvang van de opdrachten is wel geëvo-lueerd. De aanwezigheid op de Olympische Spelen in Peking, waar de onderneming met negentien televisiewagens het merendeel van de opnames in hoge definitie maakte, is daar een mooi voorbeeld van. Alfacam kreeg er ondertussen ook de zusterbedrijven Eurolinx, Eurocam Media Center en Euro1080 bij. Onder de koepel van deze laatstgenoemde firma wordt Exqi gelanceerd.

In een tijd waarin reclame-inkomsten steeds moeilijker te verwerven worden en internet de andere media in een ijltempo inhaalt, blijft er toch een vraag op de lippen branden.

GABRIËL FEHERVARI (ALFACAM GROUP). “Je kunt de vraag beter anders formuleren. Waarom starten wij er wel mee en andere mediagroepen niet? Alle omroepen beseffen dat de media de komende vijf jaar essentieel zullen veranderen en dat de grond onder hun voeten zal wegschuiven als ze zich niet aanpassen. Zeven mediaplatformen groeien de komende jaren naar elkaar toe: televisie, radio, print, internet, mobiele tv, packaged media (dvd, on demand…) en digitale cinema. Je bespaart allicht kosten indien je bij de aanmaak van programma’s tracht je content uit te baten op alle platformen tegelijk en zo een hoger rendement haalt. Internet is al de snelste informatieverspreider, de tweede snelste wordt de mobiele televisie die er binnen acht maanden tot een jaar aankomt. Dat laatste platform wordt nog serieus onderschat, terwijl het een serieuze revolutie teweeg zal brengen. Er bestaat ondertussen ook de mogelijkheid om live nieuws te brengen in bioscopen. De inhoud van televisiezenders moet aan die veranderingen en mogelijkheden worden aangepast. In die wirwar van zeven platformen zoekt de ‘mediaconsument’ houvast. Ons doel is om van Exqi meer te maken dan alleen maar een algemene zender: het wordt een verzameling van content die beantwoordt aan een aantal waarden, een soort kwaliteitslabel. En dit op termijn op alle zeven de platformen, dat vereist een totaal nieuwe aanpak. Ik geloof dat wij met weinig ballast kunnen starten en daardoor scherper op deze tendenzen kunnen inspelen. Het is gemakkelijker om van een compact bedrijf een dynamisch en snel varend schip te maken dan om van een Titanic een speedboot te maken. Wim Vanseveren, die we konden aantrekken als strategisch adviseur voor onze televisiezenders, wist dat ook al toen hij vorig jaar nog als algemeen directeur televisie bij de VRT werkte. Het was een enorme steun toen Wim toezegde. Het wil zeggen dat we in de goede richting gaan.”

Deed u onderzoek naar die tendenzen of gaat u af op uw buikgevoel?

FEHERVARI. “Jan Callebaut en Jan Bryssink, die vroeger bij het onderzoeksbureau Censydiam betrokken waren, hebben we gevraagd om een aantal onderzoeken te doen naar kijkgedrag, verwachtingen, actuele markt, tendenzen. Als het gaat om de analyse van een bestaand fenomeen is zo’n onderzoek vrij betrouwbaar, maar de analyse van een aanstormende trend en de omvang ervan zijn minder nauwkeurig te bepalen. Vooral het vinden van het tijdstip waarop je best op die tendens begint in te spelen is cruciaal, maar daar komt wat buikgevoel bij kijken. Wanneer een trend later doorzet dan je verwacht, terwijl je al investeert of je burn rate al optrekt, heb je een probleem. Omgekeerd is nog erger. Als je te laat komt, mis je een stuk van de trein en het is net helemaal aan het begin van de trein dat de grootste winsten te rapen zijn. Ik geloof dat de timing aan het einde van 2008 voor de lancering van Exqi daarvoor perfect zit.”

U bent in 1985 aangenomen als journalist bij de krant ’24 uur’, maar nog voor u effectief aan de slag kon, was het dagblad alweer opgedoekt. Vreest u niet dat Exqi hetzelfde lot beschoren kan zijn?

FEHERVARI. “Endemol startte in 1996 in Nederland ook met de zender Sport7, die niet veel later moest worden opgedoekt. Daar is veel geld aan verloren. Zulke scenario’s wil ik vermijden. Wanneer na enkele maanden zou blijken dat de ‘algemene’ zender niet rendabel is, zullen we er tijdig mee stoppen en ons ten volle toeleggen op de themazenders Exqi Sport en Exqi Culture, die ook nog hun Europese tentakels hebben en almaar meer kijkers halen in andere landen. Maar we nemen de beslissing om ermee te stoppen liever voor we op antenne gaan. Ik ben een realist. ( gedecideerd) Zijn niet alle kosten gedekt voor we de uitzendingen van Exqi starten, dan kiezen we tussen drie opties. Of we stellen de lancering uit tot september 2009, of we maken minder programma’s dan de voorziene tien uur per dag die in een intelligent herhalingssysteem moeten worden gegoten. Of we lanceren Exqi simpelweg niet. Ik ga daar niet beschaamd om zijn. Dat is op een verstandige manier ondernemen. De kans dat Exqi niet break-even kan draaien en we voor een van deze noodscenario’s moeten kiezen, is eerder klein.”

Een andere optie kan zijn om – tijdelijk – de cijfers van Exqi in evenwicht te houden met de cijfers van de andere bedrijven van de Alfacam Group.

FEHERVARI. “Dat doen we absoluut niet. Bepaalde projecten kunnen wel indirecte winsten genereren. Exqi zal ook voor alle andere delen van Alfacam Group een renderend verhaal worden, want we gaan geen werk creëren voor onze concurrenten. We gaan de programma’s voornamelijk zelf maken. Dat zal heel rigoureus gaan. De winst die Alfacam maakt dankzij bijvoorbeeld de Olympische Spelen, zullen we zeker niet gebruiken om de zender te laten bestaan. In onze resultaatverklaringen geven we altijd heel exacte en gesegmenteerde cijfers en dat zal zo blijven. Het is belangrijk om te spreiden. Wanneer je op honderd sporen rijdt, kan het minder kwaad als je op een spoor een verkeerde wissel neemt.”

Andere mediagroepen klagen over terugvallende reclame-inkomsten. Hoe wordt Exqi in zo’n klimaat gefinancierd?

FEHERVARI. “Roularta heeft eerder deze week aangekondigd dat zijn omzet net verhoogt, dus dat is niet helemaal correct, maar de marges zijn wel verlaagd door verhoogde kosten. Dat is waar wij het meest aan zullen werken: samenwerken met andere mediapartners, de content meer laten renderen, ook internationaal… Veertig procent van de inkomsten van het volledige Exqiproject zal in 2009 bestaan uit traditionele advertenties op de tv-zenders, zeg maar de gewone dertigsecondenspots. Zo’n twintig procent van de financiering komt van product placement, merchandising, het downloaden van programma’s of uit sms-inkomsten op alle andere platformen. De belangrijkste ontvangsten, ook zo’n veertig procent, zullen uit branding en partnerships komen. Met bedrijven die zich structureel aan een programma verbinden, kunnen we verbintenissen voor een jaar aangaan. Ik denk bijvoorbeeld aan een supermarkt die partner wordt van een wijnprogramma, waarbij wijn kan worden aangekocht via een e-shop, of telecomoperatoren die zich volledig kunnen koppelen aan spel- of informatieprogramma’s. Hierdoor zijn veel meer ondernemingen geïnteresseerd in het model van Exqi. De directe impact ligt immers veel hoger. “Het is natuurlijk niet bevorderlijk voor het project dat de conjunctuur de jongste twee maanden steil bergaf liep, al hebben we daardoor ook positieve reacties op de markt gevoeld. Er zijn firma’s die willen besparen op marketing en communicatie, maar er zijn er ook die in deze moeilijke periode voelen dat ze zich net door meer te communiceren kunnen onderscheiden van hun concurrenten, nooit tevoren zag je zo veel bankadvertenties in de straten en in de kranten als de voorbije weken.”

Zijn bedrijven in deze periode niet eerder geneigd te adverteren in media die hun bestaansrecht al hebben bewezen?

FEHERVARI. “Dat kan. Daarom proberen we vooraf te tonen dat er potentieel is. De presentatoren en de programma-inhoud kondigen we eind september aan, maar de mogelijke klanten die we al inlichtten, reageerden enthousiast. Omdat we niet kunnen garanderen dat we bijvoorbeeld een miljoen kijkers halen en we toch willen dat ondernemingen zich al aan Exqi verbinden, verkopen we momenteel advertentieruimte aan verlaagde tarieven. Doet de zender het dan beter dan wij vooropstelden, dan is de return voor de partners groter. Blijven de kijkcijfers onder een bepaalde limiet, dan zullen we hun investering compenseren.”

Op hoeveel kijkcijfers mikt u met Exqi?

FEHERVARI. ( smalend) “Tussen 100.000 en 1,5 miljoen.”

Kunt u specifieker zijn?

FEHERVARI. ( grijnst) “Dan neem ik het gemiddelde van de twee: 800.000. Nee, 100.000 is echt wel de ondergrens voor de programma’s buiten primetime. Met de programma’s die we rond acht uur plannen, denken we toch een behoorlijk deel van de koek naar ons te kunnen trekken. We willen alleszins hogere kijkcijfers halen dan SBS Belgium (de groep boven VT4 en VijfTV, nvdr).”

Het is niet vanzelfsprekend om in België een analoge televisiezender op te richten. Ziet u er daardoor niet tegen op om meer in eigen land te werken?

FEHERVARI. “Helemaal niet. RTL en SBS zijn al geen Belgische groepen. Het zou daarom belachelijk zijn om als Belgisch bedrijf niet graag in eigen land te werken. Je moet er alleen op toezien dat je er eerlijk voor wordt betaald.”

Wat bedoelt u daarmee?

FEHERVARI. “Het bedrag dat werd betaald voor de uitzendrechten van de Jupiler League ging van 16 miljoen euro over 36 miljoen naar 45 miljoen euro, terwijl er steeds minder geld wordt vrijgemaakt voor de nodige faciliteiten, die onder andere door Alfacam worden aangeboden. Voor de rechten wordt 300 % meer betaald, maar wij werden 30 % minder betaald dan tien jaar geleden. Alfacam werkt dan ook niet meer mee aan de uitzendingen van de Jupiler League. We zouden er serieus voor worden onderbetaald.”

Als het aankomt op het schieten van beelden op evenementen bent u met Alfacam een wereldspeler en kunt u zich dat permitteren. Met Exqi zult u opnieuw tegen grote jongens moeten opboksen. Bang?

FEHERVARI. “Neen, want ik kijk meestal niet naar anderen. Waarom zou ik ook? Ik heb het gevoel dat de bestaande zenders kopieën zijn van elkaar. Wij gaan proberen het anders te doen, met een model dat helemaal verschilt. Misschien lukt ons dat niet, maar ik denk van wel.”

Denkt u niet dat de andere zenders zullen proberen Exqi dood te beconcurreren?

FEHERVARI. “Ze zullen dat waarschijnlijk proberen. Dat vind ik geen reden om zelf tegen een zender te programmeren, al zullen we wel rekening houden met het medialandschap. Wij zijn niet tegen de andere zenders of mediagroepen, integendeel. Ik ben van nature uit erg soft, ik zoek geen conflicten. Ik blijf ook de handen uitsteken naar collega’s zoals Rik De Nolf van Roularta (dat net als De Persgroep de helft van de aandelen van VTM en 2BE in handen heeft, en de groep boven Kanaal Z, nvdr) en Aimé Van Hecke van Sanoma (de mediagroep boven tijdschriften als Humo en Flair, nvdr), maar ook naar Corelio en Concentra. Ook naar de VRT hebben we herhaaldelijk de hand uitgestoken, al zeker om rond cultuur samen te werken. In feite proberen we naar een samenwerkingsmodel te gaan, ook al omdat Exqi veel meer is dan alleen een zender en op de zes andere platformen zoekt naar allianties.”

Hoe ziet u een samenwerkingsmodel met andere mediagroepen?

FEHERVARI. “Dit land is al klein genoeg. In alle sectoren waarin we actief willen worden, kunnen we daarom beter samenwerken met een partner. Om er live nieuws uit te zenden, gaan we geen bioscoopcomplex openen, hé. We gaan zelfs de mobiele televisie technisch niet zelf uitbaten. Zelfs met de gedrukte media zoeken we allianties. Van de beelden die wij maken van de voetbalwedstrijden in tweede klasse kunnen we gemakkelijk foto’s maken voor bijvoorbeeld Het Nieuwsblad of een sportmagazine. Zolang we maar een synergiemodel vinden waarbij iedereen wint. Samenwerkingsverbanden op exclusieve basis gaan we liever niet aan, want dan maak je niet alleen een vriend, maar ook een vijand. Er is alleszins interesse vanuit de sector, we hebben al met iedereen kunnen praten. Momenteel zoekt iedereen nog hoe ze tot een winstsituatie kunnen komen, zonder dat daar noodzakelijk veel cash voor over tafel moet gaan.”

Bent u ook bevriend met de mediabonzen?

FEHERVARI. “De relaties met hen zou ik niet in termen van vriendschap omschrijven. Komen we elkaar tegen op recepties, dan zullen we wel een collegiaal praatje maken. Ook met artiesten en acteurs heb ik een goede band. Zij komen hier graag. Maar er zijn ook mensen die afgunstig zijn.”

Dat zal niet beteren nu u met een vermogen van 71,82 miljoen euro in Humo op nummer 100 eindigde in de top 100 van rijkste Belgen.

FEHERVARI. “Weet je wat mijn zoon zei? ‘Je bent dus laatste.’ ( lacht smakelijk) Die rijkdom is uiteraard puur berekend op de waarde van mijn vennootschap. De waarde van een aandeel is heel relatief (Bij het ter perse gaan schommelde het aandeel van de Alfacam Group rond 12,50 euro, terwijl het op de beurs werd geïntroduceerd tegen 15,75 euro, nvdr) en het is niet zo dat ik mijn aandelen ga verzilveren. Dat interesseert me ook niet, dat is absoluut onbelangrijk.”

Beweert u dat geld onbelangrijk is?

FEHERVARI. “De waarde ervan is heel abstract voor mij. Mocht dat geld effectief op mijn bankrekening staan, zou ik misschien anders denken. Ik doe nu inderdaad geen buitenissige investeringen. Ik zit liever tien uur lang minder comfortabel in een vliegtuig dan het vijfvoudige te betalen om in businessclass te vliegen. Ik vloog in tweede klasse naar de Olympische Spelen in Peking, voor 800 euro, net zoals de rest van mijn medewerkers.

“Op een vrije zaterdag gaan winkelen, gebeurt bij ons maar gemiddeld een keer per jaar. Ik voel me niet beter als ik geld heb kunnen opdoen. Dan zit ik nog liever aan mijn bureau te werken. ( lacht) Dat klinkt misschien ziekelijk, maar ach.”

Waaraan spendeert u uw vrije tijd dan wel?

FEHERVARI. “Ik wil nog graag een speelfilm maken. Het scenario – het gaat over vrouwenmishandeling – wordt momenteel geschreven en volgende zomer wil ik beginnen te draaien. “Ik lees veel boeken en vanaf september kan ik sporten in de eigen sporthal van het Eurocam Media Center. Die sporthal is er voor ons personeel, maar ze doet ook dienst als nooduitgang. Momenteel fitness ik, vanochtend om halfzeven bijvoorbeeld nog. En ik ski en speel tennis. Tot zes jaar geleden speelde ik minivoetbal, maar na de gewrichtsbanden van mijn beide enkels te hebben gescheurd, kan ik dat niet meer rechtvaardigen.”

De eerste tekenen van slijtage. Mocht het nodig zijn, kan de Alfacam Group morgen al zonder u?

FEHERVARI. “Daar wordt al aan gewerkt van voor de beursgang in mei 2007. Segment per segment heb ik een linker- en een rechterhand aangetrokken. Zij moeten mij kunnen vervangen. Ook nu al, want terwijl ik aan de zenders werk, moeten de andere divisies blijven draaien. Bij Exqi is Wim Vanseveren mijn rechterhand en heb ik een aantal linkerhanden. Ik ga ervan uit dat zij mijn verhaal verder schrijven mocht ik plots doodvallen.” (T)

Opinie. Naar een echt vrije markt in televisieland (blz. 8-9)

Focus. De strijd achter uw scherm (blz. 36)

Mensen. Interview met Wim Vanseveren (blz.86)

Door Sjoukje Smedts/Foto’s: Patje Verbruggen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content