IJZERERTS. Het Hof van Blijdschap
Wat hebben Sidmar-baas Paul Matthys, ex-koning Albert en slavendrijver Manoel Pedro Cotta gemeen ? Niets. Tenzij : Belgo-Mineira, ‘s werelds bijna grootste ijzerertsvoorraad.
Locatie : Belo Horizonte, Brazilië.
Zo’n vijf keer per jaar trekt Gentenaar Paul Matthys, bestuurder-direkteur-generaal van Sidmar, naar Brazilië. Te midden van de Braziliaanse staat Minas Gerais (Overvloedige Mijnen) trekt hij er naar de Fazenda da Alegria, het Hof van Blijdschap, een schitterende, achttiende-eeuwse koloniale hereboerderij.
De Portugese koning schonk die Casa-grande in 1711 voor bewezen diensten aan kapitein Manoel Pedro Cotta. Na een paar mislukte oogsten had die door dat de grond niet te bebouwen was, simpelweg omdat hij barstte van het ijzererts. Kapitein Cotta sloeg daarop aan het diversifiëren. In geen tijd was zijn smidse dé plaats waar nieuw gearriveerde slaven voorzien werden van hun belangrijkste werktuig : hand- en voetboeien.
ELKE BOOM HEEFT EEN NAAM.
De business van de capitao draaide dusdanig goed dat er al vlug een omwalde weide werd aangelegd om de slaven te verzamelen. Op die weide staan vandaag geen slaven meer. Wel boompjes, voorzien van naamkaartjes. Naar aloude Braziliaanse traditie planten belangrijke bezoekers er hun stammetje. Dat van Alphonse Helfen ziet er goed uit, dat van Réne Bruck staat in volle bloei. Maar dat van Paul Matthys, in de schaduw van dat van Bruck, heeft dringend, heel dringend, water nodig.
De weide staat vol met naamkaartjes van direkteurs van de Luxemburgse staalgroep Arbed. Niet eens verwonderlijk : Arbed is de eigenaar van de Fazenda, het pittoreske uithangbord van CSBM (Companhia Sidérurgica Belgo-Mineira).
Arbed bezit, samen met zijn Gentse dochter Sidmar, via Sidarfin NV, 40 % van de stemgerechtigde aandelen van de in Rio do Janeiro beursgenoteerde CSBM. Gentenaar Paul Matthys, de enige Belgische Arbed-direkteur, is verantwoordelijk voor de Braziliaanse operaties.
En die zijn niet mis. CSBM is naar omzet de zevende partikuliere onderneming van Brazilië. De 37 vennootschappen die CSBM rijk is, zijn goed voor een gemiddelde jaaromzet van 1 miljard VS-dollar.
MILJARDENIMPERIUM.
Matthys beheert een imperium dat aktief is in de mijnontginning en de bosbouw, de staalproduktie, de draadtrekkerij en de informatica. Vooral de tertiarizering van CSBM heeft de voorbije jaren reuzensprongen gemaakt. Tussen nu en 1998 investeert CSBM 430 miljoen dollar in haar aktiviteiten. Tweehonderdtwintig miljoen dollar pompt ze in haar staalfabrieken en draadtrekkerijen, 40 miljoen dollar in de bouw van een tweede staalkoordfabriek in Itauhna, een aktiviteit via Belgo-Mineira-Bekaert, een joint venture met het Zwevegemse Bekaert. De bouw van een hydraulische elektrische centrale in Guilman-Amorin, in samenwerking met de Companhia Energetica de Minas Gerais, kost 130 miljoen dollar. Naar de mijnbouw gaat tussen nu en 1998 een extra 40 miljoen dollar.
De investeringen moeten maken dat CSBM haar positie de grootste draadproducent van het Amerikaanse kontinent, de nummer twee op wereldvlak én Zuidamerika’s leider op het vlak van de bandenstaalkoord behoudt.
ONDERNEMER-KONING.
Aan de oorsprong van dit imperium ligt de voormalige koning der Belgen, Albert I. Die stuurde al in 1921 zijn advizeur Gaston Barbanson naar Brazilië, op zoek naar ijzererts voor de Waalse staalbedrijven. Barbanson ging, zag en werd prompt direkteur van het Luxemburgse Arbed. Arbed-direkteur Emile Mayrisch had hem ten andere op zijn tocht naar Brazilië vergezeld. Sindsdien zijn de betrekkingen tussen de Zuidamerikaanse (geografische) mastodont en de Europese lilliputter alleen maar versterkt.
Anno 1995 is Luxemburg met 750 miljoen dollar de vijfde grootste buitenlandse investeerder in Brazilië. In de woelige jaren dertig slaagde Arbed-man Louis Ensch erin de al vastgelegde sluiting van de eerste geïntegreerde staalfabriek van Zuid-Amerika te verhinderen. Dat bedrijf bevond zich in het Braziliaanse Sabara, en was gebouwd op de resten van een uit 1919 stammend staalbedrijfje.
DE ALLERGROOTSTE.
In 1943, midden in de Tweede Wereldoorlog, werden de Luxemburgse inspanningen verzegeld : de Companhia Sidérurgica Belgo-Mineira werd eigenaar van het domein van de Fazenda da Alegria. Belgo-Mineira was meteen één van de grootste ijzerertsproducenten ter wereld, aanwezig in het hart van de Quadrilatero Ferrifero, Braziliës meest staalproducerende regio. Alleen al de open groeve Alegria in Mariana genoemd naar Maria Anna van Oostenrijk, de vrouw van de Portugese koning Joao V is goed voor een geschatte reserve van minstens 100 miljoen ton hematiet(ijzer)erts. De al in 1939 opgerichte mijnbouwonderneming Samitri (SA Mineraçao da Trindade), momenteel de belangrijkste dochter van CSBM, ontwikkelde samen met de in 1977 opgerichte vennootschap Samarco waarin Samitri een belang van 51 % heeft een procédé voor de reduktie van het siliciumgehalte in ijzererts. Daardoor kan nu ook het massaal aanwezige itabiriet erts met hoog siliciumgehalte ekonomisch exploitabel worden gemaakt. Heel goed nieuws voor CSBM : alleen al in het mijnbekken van Alegria ligt er 17 miljard ton.
Het administratieve hoofdkantoor van CSBM, het Edificio Louis Ensch, ligt in Belo Horizonte, de in 1897 gestichte hoofdstad van de staat. Belo Horizonte is opgetrokken volgens een stratenplan dat werd afgekeken van de grote, Noordamerikaanse steden. Sinds de jaren veertig wordt de stad overheerst door de futuristische gebouwen van Oscar Niemeyer. Toenmalig burgemeester van Belo Horizonte, de Oekraïense migrant Juscelino Kubitschek, was er zo entoesiast over dat hij, twintig jaar later en intussen president, Niemeyer de opdracht gaf een geheel nieuwe hoofdstad te bouwen : Brasilia.
Rondom Belo Horizonte, verdeeld over de staten Minas Gerais, Sao Paulo, Rio do Janeiro, Espirito Santo en Bahia, zijn de twintig produktiecentra van Belgo-Mineira gelokalizeerd. Minas Gerais is rijk aan ijzererts, bauxiet, mangaan, chroom en andere mineralen. De deelstaat tekent voor 10 % van het Braziliaanse BNP. De industrie is goed voor 39 % van het bruto nationaal produkt van de deelstaat, diensten maken 46 % uit van het BNP.
AAN DE WERELDTOP.
In 1993 was Brazilië met 25,1 miljoen ton ‘s werelds achtste staalproducent. 41 % daarvan kwam uit Minas Gerais. Eén van ‘s werelds grootste draadtrekkerijen, de CSBM-dochter Contagem, in het industriegebied van Belo Horizonte, produceerde in 1994 400.000 ton draadprodukten. De staalfabriek van Joao Monlevade en de twee draadtrekkerijen van Minas Gerais halen een jaarproduktie van 1 miljoen ton. Via investeringen moet de kapaciteit van de kontinugieterij van Joao Monlevade tot 800.000 ton per jaar verdubbelen ; de modernizering van de staalfabriek moet tot 600.000 ton per jaar toelaten.
De kapaciteit van Cofavi, de elektrische staaloven van Belgo-Mineira in Vitoria, aan de Atlantische Oceaan én momenteel het suksesnummer van CSBM, verhoogt van 320.000 vandaag naar 600.000 ton in 1998.
Op amper 12 kilometer van Ouro Preto (Zwart Goud), in 1940 door de Unesco uitgeroepen tot “kultureel monument van de mensheid” de negentiende-eeuwse schrijver Richard Francis Burton was verzot op de in de stad geserveerde tutu a mineiro, een mijnwerkersmaaltijd van maniok, spek en bonen en omschreef de vrouwen van de stad als “exceptionally pure” ligt Mariana én de levensader van de mijnaktiviteiten van Belgo Mineira : Alegria. Alegria vormt één groot complex met twee mangaanmijnen van Belgo-Mineira, die van Miguel Congo en die van Conta Historia. In Rio Piracicaba, in de mijn van Morro Agudo, wordt arm erts naar boven gehaald, in die van Andrade en Corrego do Meio rijk.
Tussen 1989 en 1994 stak CSBM al 120 miljoen dollar, waarvan 80 % eigen middelen, in haar mijnen. Automatizering en produktiviteitsverhoging waren daarbij dé sleutelwoorden, zij het dat ook milieubescherming een hot item is. De produktie van 10 miljoen ton ijzererts zorgt immers voor 3 miljoen ton afval.
Sinds de bandeirantes, de gelukszoekers, in 1711 in Mariana het eerste goud vonden, is zowat de hele aardkorst van Minas Gerais omgewoeld en afgeschraapt. CSBM en ook de grootste konkurrent, het staatsbedrijf CVRD (Companhia Vale do Rio Doce), planten dan ook massaal bomen, een wettelijke verplichting voor elke mijnexploitant.
INLANDSE VRAAG STIJGT.
De ekonomische boom die Brazilië momenteel kent, maakt dat CSBM steeds meer op de inlandse markt afzet. De Braziliaanse én Argentijnse automobielsektoren zijn meer dan ooit vragende partij voor staalprodukten én bandenstaalkoord.
Voor dit jaar heeft Samitri al kontrakten voor 11,560 miljoen ton ijzererts, pellets (balletjes, kogeltjes) en/of koncentraten. Het exportaandeel is sinds begin dit decennium gedaald van 80 naar 74 %. Brasilux (Société Industrielle et Commercial Brasilo-Luxembourgeoise) en Samic (Samitri International Corporation), beide aktief vanuit Luxemburg, en het Newyorkse BSC (Brasamerican Ore Corporation) tekenen voor de wereldwijde verkoop van de CSBM-produkten. Hun grootste klanten zijn het Duitse Rogesa (1,8 miljoen ton) en de Belgen Cockerill (1,5) en Sidmar (1,8). Samitri, en dus CSBM, eist vijfjaarlijkse kontrakten van de sidérurgiens, maar deelt ze wel ieder jaar weer de nieuwe prijs mee. Ook voor Sidmar geldt geen vrienden- of familieprijsje. Dat ijzer kan zelfs een Paul Matthys niet smeden.
RON HERMANS
PAUL MATTHYS (CSBM) Geen vriendenprijs voor Sidmar.
COMPANHIA SIDERURGICA BELGO-MINEIRA Rond de hereboerderij Fazenda da Alegria (links boven) ligt Braziliës grootste ijzerertsbekken (rechts). Mijnexploitanten moeten, bij wet, jaarlijks tienduizenden bomen aanplanten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier