“Hollywood weet ons wonen”
Met filmsoundtracks, residenties in buitenlandse concertzalen én een intense samenwerking met het bedrijfsleven wil de Brussels Philharmonic internationaal een sterk merk worden. Zowel op concertpodia als in Holly- en Bollywood. “Brussels is een merknaam”, zegt Gunther Broucke. Aan de vooravond van het Filmfestival in Gent praat de intendant van het orkestover zijn ambitieuze plannen.
Het Filmfestival van Gent – van 7 tot 18 oktober – legt steeds nadrukkelijker de klemtoon op filmmuziek. Op zowel de uitreiking van de World Soundtrack Awards (18/10) als het tributeconcert met muziekfilmcomponist John Williams (12/10) is hetzelfde orkest te horen: de Brussels Philharmonic, het vroegere Vlaams Radio Orkest. Waarom net zij? “Sinds we in 2005 een GoldenGlobe wonnen voor onze soundtrack bij The Aviator, weet Hollywood ons wonen”, zegt intendant Gunther Broucke. “En zopas sloot ik een belangrijke deal met een groot Frans-Egyptisch filmproductiehuis. Die dromen er blijkbaar al drie jaar van om met ons samen te werken. Onlangs namen we een cd op met de bekende filmcomponist Mychael Danna. Hij was zo enthousiast dat hij zijn volgende soundtrack uitsluitend met ons wil doen. Zulke momenten doen deugd.”
TRENDS. Toch doen veel mensen smalend over filmmuziek: het is geen muziek die voor de eeuwigheid is geschreven.
GUNTHER BROUCKE (BRUSSELS PHILHARMONIC). “Alle respect voor een solist die een aartsmoeilijke solo uit een bekende symfonie kan spelen. Maar een soundtrack opnemen is minstens even zenuwslopend werk. Niet elk orkest kan dat. Onze muzikanten speelden de soundtrack van The Aviator in, terwijl regisseur Martin Scorsese via videoconferentie live zat mee te luisteren en terwijl componist Howard Shore in de zaal zat. Ik kan je verzekeren: de zenuwen gieren dan door ieders keel. Zeker als je weet dat elke seconde een paar honderd dollar kost.”
Valt er eigenlijk geld te verdienen met filmsoundtracks?
BROUCKE. “Voor ons zijn dat momenteel prestigeprojecten die break-even draaien. Maar er is een immense potentie om er veel geld mee te verdienen. De soundtrack bij The Aviator heeft ons veel geld opgebracht. In Hollywood nemen ze ons serieus. En de budgetten voor filmmuziek liggen daar stukken hoger dan de uitkoopsommen die Belgische zalen ons kunnen betalen voor een concert. Door het Filmfestival van Gent zijn we zeer goed geïntroduceerd in de Amerikaanse filmmuziekbusiness. We hebben de contacten, de knowhow, de opnamefaciliteiten en de reputatie om onze filmmuziekspecialiteit verder uit te bouwen. Het enige obstakel is de flexibiliteit: ons concertprogramma ligt jaren op voorhand vast, terwijl een filmsoundtrack vaak nogal lastminutewerk is. Als de draaidagen of de montage niet volgens schema verlopen, dan verschuift per definitie ook de filmmuziek-opname. Daardoor hebben we bijvoorbeeld de blockbuster King King moeten laten schieten: we waren niet beschikbaar.”
Hoe wilt u zulke missers in de toekomst vermijden?
BROUCKE. “Ik wil een schaalvergroting, zodat we flexibeler op vragen uit de markt kunnen inspelen. Sowieso wil ik naar 90 personeelsleden, idealiter naar 120. Ten tweede zouden we permanent aanwezig moeten zijn in Hollywood. Bijvoorbeeld met een kantoortje, dat constant contacten onderhoudt met de productiehuizen. We mogen niet vergeten: we hebben een groot concurrentieel voordeel op Amerikaanse orkesten. Die zijn te duur geworden, wij kunnen goedkoper filmsoundtracks inspelen omdat wij overheidssteun genieten. Vroeger haalden Hongaarse, Poolse of Tsjechische orkesten wel eens grote deals binnen, maar de prijs ervan ligt intussen even hoog als de onze. En vergeet niet dat Brussels Philharmonic mooier staat dan bijvoorbeeld Brno Philharmonic. Brussels is een merknaam.”
U wilt de internationale zichtbaarheid van het orkest zelf ook uitbreiden.
BROUCKE. “Daar ben ik al mee bezig sinds ik in 2003 intendant werd. Vele orkesten trappen in dezelfde val: ze willen meteen toeren in het verre buitenland. De internationalisering van de Brussels Philharmonic wou ik bewust stapsgewijs aanpakken: eerst moest het buitenland interesse tonen voor wat hier gebeurt. Dat huiswerk is af: solisten en dirigenten staan te trappelen om voor ons te werken. Daarna wou ik vaste samenwerkingsverbanden aangaan met grote concertzalen in naburige steden: Parijs, Londen, Amsterdam, Rotterdam, Luxemburg en Keulen. In Parijs zijn we vanaf dit seizoen al residentieorkest in Salle Pleyel en in Cité de la Musique. En ik merk dat de internationale interesse nog aan het groeien is. Vanaf nu wil ik aan grote tournees denken. Vier jaar geleden hadden we een Amerikaanse tournee in de pijplijn die ons 400.000 euro zou kosten. Dat had toen geen zin. Nu we internationaal veel bekender zijn en buitenlandse zalen ons vragen, kunnen we vanaf 2010 onze tournees in Zuid-Europa, China en de Verenigde Staten betaalbaar houden.”
U wilt ook het bedrijfsleven betrekken in projecten van de Brussels Philharmonic. In de vorm van sponsoring?
BROUCKE. “Bedrijf X geeft 4000 euro en mag daarvoor 30 klanten sturen die elk een glas champagne krijgen: ik geloof niet meer in dat bedelmodel. Ik zou graag het orkest weer in het centrum van de samenleving plaatsen, zoals in de achttiende eeuw. Nu zijn orkesten een luxeproduct geworden – noem het een dure klankinstallatie – waarvan de relevantie bij elke kabinetswissel ter discussie staat. Wij willen weer maatschappelijk relevant worden, als muzikaal, diplomatiek en economisch visitekaartje van ons land. Zo zijn we geen parasiet, maar een partner van het bedrijfsleven. Het probleem is: onze bedrijfsleiders denken voorlopig nog niet in termen van good citizenship, zoals de Amerikaanse mecenassen in de cultuursector.” (T)
DE BRUSSELS PHILHARMONIC ONDER LEIDING VAN DIRK BROSSé SPEELT OP 12 OKTOBER EEN CONCERTAVOND ROND JOHN WILLIAMS EN OP 18 OKTOBER OP DE UITREIKING VAN DE WORLD SOUNDTRACK AWARDS.
www.filmfestival.be OF TEL. 0900 00 600www.brusselsphilharmonic.be
Door Thijs Demeulemeester
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier