Het Takenaka-tijdperk

De Japanse Takenaka Corporation vervult een voorbeeldfunctie. Een blik op een onderneming die de toekomst een gezicht geeft.

Een half uurtje praten met Takenaka-directeur Fujio Nishikawa en men waant zich in een werk van Jules Verne. De man praat met een ontwapenende vanzelfsprekendheid over de voor een doorsnee westerling meest futuristische plannen. Alleen gaat het bij hem niet meer om plannen, maar om realiteit.

DENKEN EN DOEN.

Volgens Nishikawa is de Japanse ontwerp- en bouwonderneming Takenaka technisch en wat materialen betreft klaar voor het ontwerpen en bouwen van een stad op de zeebodem. En voor een heuse metropool op de maan. Voorlopig ontbreken alleen de budgetten voor en de noodzaak aan zulke leefgemeenschappen. Maar het kán.

Dit is kenmerkend voor de Japanse groep. Het denk- en ontwerpproces is van primordiaal belang. Takenaka is immers geen bouwondernemer in de traditionele betekenis van het woord. Het ondernemen beperkt zich bij Takenaka tot het uitdenken, ontwikkelen en ontwerpen van projecten. Het onderzoeken van nieuwe technieken en materialen. Klaar zijn voor de toekomst en zo de concurrentie een stapje voor blijven.

Een moderne bedrijfsfilosofie. Die wordt ook weerspiegeld in het personeelsbestand van de groep. Takenaka heeft een kleine 10.000 mensen in dienst. Meer dan de helft ervan zijn architecten en ingenieurs, de rest is administratief personeel. Bij Takenaka ontwerpt men. Het eigenlijke bouwen laat men aan anderen over. Een vreemde strategie ? Misschien. Vast staat dat het de groep geen windeieren heeft gelegd. Takenaka is na 300 jaar nog steeds een winstgevend familiebedrijf, geleid door Toichi Takenaka, afstammeling van de stichter.

Het bedrijf heeft vestigingen over de hele wereld, ook in België. Aanvankelijk waren de buitenlandse kantoren volgens Haruo Watanabe, belast met de internationale contacten, vooral bedoeld om bouwopdrachten uit te voeren voor Japanse ondernemingen. Takenaka tracht echter hoe langer hoe meer een plaats te verwerven op de plaatselijke bouwmarkt. Het Westen blijkt echter soms een hardleerse leerling. Westerlingen zweren nog vaak bij de traditionele aanpak van een bouwopdracht.

Maar geleidelijk dringt het besef door dat het ook anders kan. En wordt het streven naar kwaliteit op alle vlakken (materialen, bouwprocédés, technische uitrusting) van Takenaka gewaardeerd. In Japan is dat laatste al langer het geval. Gedreven door pure noodzaak (de onstabiele ondergrond en de weerbarstige natuur dwongen Takenaka op zoek te gaan naar duurzamere materialen en alternatieve bouwtechnieken) investeert Takenaka al sinds mensenheugenis enorme kapitalen in onderzoek en ontwikkeling. Hun eigen Research & Development Institute is in feite een laboratorium annex testsite voor de nieuwste ontwikkelingen. Het gaat om een perfect in het landschap geïntegreerde laagbouw van 37.000 vierkante meter. De gebouwen staan in een soort geometrische constructie op een centrale cirkel die de aarde en het leven symboliseert. Hoofdactiviteiten in het gebouw zijn enerzijds het onderzoek naar bestaande materialen en bouwtechnieken, en anderzijds de zoektocht naar nieuwe technologieën en stoffen.

KUNSTMATIG EILAND.

De Japanners gaan hierin erg ver. Ze bouwden zelfs een toren waarin aardbevingen worden gesimuleerd, een imitatie-concertzaal (met een simulatie van ‘s werelds meest befaamde ruimten op akoestisch vlak) en een testlabo voor krachtmetingen.

De bevindingen van het research-center worden in de praktijk toegepast. Met succes. Zonder de vruchten van het jarenlange speurwerk zou bijvoorbeeld de Kansaï-luchthaven van Osaka er nooit zijn gekomen. Die bevindt zich midden in de Stille Oceaan, ongeveer één kilometer van de kust van Japans drukste industriestad.

Het luchthavengebouw is van de hand van de befaamde ontwerper Renzo Piano. Inderdaad : een Italiaan. Takenaka Corporation, het grootste ontwerpbureau ter wereld met in Japan alleen al 1200 architecten in dienst, deed voor deze opdracht een beroep op een architect van buiten de onderneming. Voor ons een ongerijmdheid, voor de Japanners de normaalste zaak van de wereld. De Takenaka-top voert kwaliteit immers hoog in het vaandel. En als die het best kan worden aangeleverd door externen, dan moet dat maar. Piano is trouwens niet de enige externe architect die met de groep heeft samengewerkt. Een aantal van ‘s werelds grootste architecten ontwierp reeds voor Takenaka. Meermaals werkte de groep al samen met Tadao Ando, de vermaarde (en om zijn temperament ook beruchte) Japanse architect. Ando tekende zowel het Japanse paviljoen voor de wereldtentoonstelling in Sevilla in 1992 als het Suntory Museum in Osaka.

Even terug toch naar de Kansaï-luchthaven. Toen het luchtverkeer naar Osaka in de jaren zeventig en tachtig steeds drukker werd en de stad steeds meer hinder ondervond van de opstijgende en landende vliegtuigen, vatte de plaatselijke overheid het plan op om de luchthaven voor de kust te leggen, in zee dus.

In 1991 begonnen de werken. De Takenaka-ingenieurs ontwierpen een procédé voor landcreatie één kilometer voor de kustlijn. Nauwelijks 38 maanden na het heien van de eerste paal in de zeebodem landde het eerste vliegtuig. Een huzarenstukje. Er werd niet alleen een kunstmatig eiland gecreëerd van 4,4 kilometer lengte en 1,25 kilometer breedte, ook wat erop staat, is niet mis. Het luchthavengebouw en de aanpalende winkelpanden en ruimten voor andere activiteiten vormen een geheel van 370.000 m². Het eiland is bovendien druk bestraat. De landingsbaan alleen al is 3 kilometer lang.

BLAAS HEM OP.

Het luchthavencomplex is eveneens een staaltje van geniaal ontwerp en dito uitvoering. Het centrale gedeelte van de ontvangsthal is 25 meter hoog. De gebogen stalen palen en het golvend dak geven het geheel iets frivools en soepels. Een project waar het nieuwe luchthavengebouw van Zaventem op allerlei vlakken (ontwerp, uitstraling, budgetbeheer en respect voor tijdslimiet, functionaliteit) een heel scherp puntje aan kan zuigen.

Het Procter & Gamble-gebouw net buiten Tokyo spreekt heel wat minder tot de verbeelding. Heeft de opdrachtgever te veel inspraak gehad ? Of werd al te veel aandacht besteed aan het veiligheidsaspect (aardbevingen) waardoor de creativiteit afzwakte ? Feit is dat het P&G-gebouw niet de uitstraling heeft van het gemiddelde Takenaka-ontwerp.

Denken we bijvoorbeeld aan het eerder genoemde Suntory Museum of aan het aanpalende Osaka Aquarium. Of, en vooral, aan de Namihaya Dome, een enorm zwemcomplex aan de rand van Osaka. Deze koepelvormige sporttempel is ‘s werelds eerste voorbeeld van de Panta Dome-techniek. Professor Kawaguchi ontwikkelde in opdracht van Takenaka een techniek waarbij een dakconstructie op de grond kan worden gemonteerd en achteraf opgedrukt.

Voordeel van deze techniek is de veel soepelere manier van werken (men kan alles op de grond monteren), de grotere veiligheid (niemand hoeft op grote hoogte risicovolle handelingen te verrichten) en de lagere kostprijs (het gaat veel sneller, dus veel goedkoper). De koepel is 43 meter hoog. Aan het sportcomplex werd drie jaar gebouwd. Het omhoogduwen van de dakconstructie duurde welgeteld 10 uur. De bouw van de Namihaya Dome omvatte 2 miljoen mandagen, er werd geen enkel ongeval gemeld tijdens deze periode.

AFSPRAAK IS AFSPRAAK.

Complexen als de Kansaï-luchthaven en de Namihaya Dome zijn niet alleen staaltjes van Takenaka’s technische kunnen. Ze tonen ook aan hoe gedisciplineerd het Japanse bedrijf een project leidt. De timing werd in beide gevallen nauwgezet gerespecteerd, net als het budget. Dat kan alleen als het gebeuren zeer goed wordt voorbereid en er tussen de uitvoerders een uitstekende communicatie bestaat. Hetgeen ook het geval moet zijn geweest bij het bouwen van technische hoogstandjes als de Tokyo Dome (het membraandak wordt strak gehouden door een hoge luchtdruk), de Fukuoka Dome (met verstelbaar dak) en de Umeda Sky Building (het verbindingsstuk tussen de twee torens werd op de grond voltooid en later met een kabelsysteem omhooggetrokken en vastgemaakt).

Discipline en strakke organisatie zijn trouwens de kernbegrippen bij Takenaka. Ze zorgen ervoor dat elk bouwwerk garant staat voor kwaliteit en degelijkheid. Ze zijn verder ook de reden waarom het bedrijf na 300 jaar overeind blijft, ook in moeilijker bouwtijden.

Dat Takenaka klaar is voor de toekomst, maakten we reeds in de inleiding duidelijk. De plannen van de groep voor bouwwerken onderzee of op de maan spreken voor zich. Het verst gevorderd zijn echter de plannen voor een heuse Sky City. In de zoektocht naar een oplossing voor het probleem van ruimtegebrek in Japan, werkte Takenaka een plan uit voor een verticale stad.

Concreet komt het hierop neer. Takenaka is technisch klaar om een complex te bouwen met een grondomtrek van zowat 2 kilometer (vier zijden van elk ongeveer 500 meter) en een hoogte van één kilometer of nog een beetje meer. Een gebouw dat de toren-in-aanbouw in Singapore, de Sears Tower in Chicago en Donald Trumps droomtoren op de oever van de Hudson River op Manhattan zou doen verzinken in het niets.

THE SKY IS NO LIMIT.

In de Sky City kan, de naam zegt het zelf, een hele stad worden ondergebracht. Voor elke etage een winkelcomplex, sport- en recreatiefaciliteiten, scholen, enz… De vlucht in de hoogte is Takenaka’s antwoord op het Japanse probleem van de overbevolking. Van het Japanse grondgebied is immers slechts een fractie geschikt voor bewoning. Concreet : het overgrote gedeelte van de Japanse bevolking leeft op niet eens een kwart van het land. Gevolg is een enorm verstedelijkt gebied langs de kust tussen Osaka en Tokyo.

De plannen voor Sky City zijn af, het woord is aan de Japanse overheid. Maakt die de nodige financiële middelen vrij om het project te realiseren, dan kan Takenaka daags nadien aan de slag. Maar de groep kan wachten. Zodra de tijd er rijp voor is, komt men toch bij Takenaka aankloppen. Dat was in het verleden zo. Dat zal in de toekomst niet anders zijn. Een sky-stad in 2005 ? Een stad op de maan in 2010 ? Een stad onder water in 2015 ? Takenaka is er klaar voor. Wie volgt ?

Geert Wellens

JAPANS PAVILJOEN EXPO ’92 Een ontwerp van Tadao Ando, uitgevoerd door Takenaka.

KANSAI-LUCHTHAVEN (OSAKA)

TOYOTA-GEBOUW (EVERE)

CHRIS JANSSENS (TAKENAKA BELGIUM) We proberen de voordelen van de Japanse en de Europese manier van werken te combineren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content