“Het parlement is een koersfiets zonder ketting”
Fernand Huts hield het na vier jaar voor bekeken. Pierre Lano is geen kandidaat meer bij de komende federale verkiezingen. Bruno Tuybens zit in de regering. Peter Leyman en Bruno Valkeniers betreden de arena. Ondernemers in de politiek. Zijn ze uw stem waard? Maken ze het verschil?
Fernand Huts van Katoen Natie Groep heeft een blauwig stapeltje voor zich uitgestald met zijn politieke memoires: Door het oog van een spijbelaar. De Antwerpse liberaal hield het na vier jaar in het parlement (1995-1999) voor bekeken. Het belet niet dat hij het politieke bedrijf van nabij blijft volgen. Huts zal zijn geesteskind na het gesprek vrolijk signeren met aangepaste woorden van aanmoediging.
In het licht van de nakende federale verkiezingen van 10 juni 2007, riep Trends de patroons van de Wetstraat bijeen op de terreinen van Volvo Cars in Gent. Peter Leyman, die vanaf 1 mei 2007 zijn functie van CEO inruilt voor een politieke carrière bij CD&V (derde plaats Kamer Oost-Vlaanderen), trad op als gastheer. Zaten mee aan de discussietafel: Bruno Tuybens (ex-KBC, SP.A-staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, 3de plaats Kamer Oost-Vlaanderen), transportconsultant Bruno Valkeniers (ex-directeur Hesse-Noord Natie en 3de op de Antwerpse Kamerlijst voor Vlaams Belang), textielondernemer Pierre Lano (aftredend volksvertegenwoordiger Open VLD en niet herkiesbaar), Fernand Huts (Katoen Natie Groep/Open VLD).
TRENDS. Is er een verband tussen de kantoorpolitiek in grote bedrijven en de manier waarop de Wetstraat werkt?
FERNAND HUTS (KATOEN NATIE/Open VLD). “In de politiek moet je 90 % van je tijd bezig zijn met de klim naar de macht en het behoud van die macht, en 10 % met beleid. In het bedrijfsleven steek je 10 % energie – ik stel het karikaturaal – in intern lobbyen en strijd om je positie, en 90 % in werken en managen. Dat is een heel andere verhouding.”
PETER LEYMAN (VOLVO CARS GENT/CD&V). “Ik heb een totaal andere ervaring binnen het bredere Fordconcern en ik heb dat ook bij General Motors gezien. Daar woedt een machtsstrijd op topniveau die zich nu doorheen de hele organisatie weerspiegelt. Die 90/10-verhouding volg ik absoluut niet. Op een bepaald moment in 1999 heeft Ford de hele business uit het oog verloren, met het gevolg dat ze zes tot zeven jaar achterop- lopen met productontwikkeling en gigantische verliezen opbouwen. Ze anticipeerden niet op de lange termijn. En dat was het gevolg van een strijdtoneel binnen het directiecomité en de Raad van Bestuur: Jacques Nasser werd aan de kant gezet.”
BRUNO VALKENIERS (EX-HESSE-NOORD NATIE/VLAAMS BELANG). “In het bedrijfsleven heb je ook ellebogenwerk en interne machtspelletjes, maar als puntje bij paaltje komt, is er in elk bedrijf – zelfs waar de grootste teamspelers actief zijn – één baas. Dit staat in schril contrast met de politiek, waar bijna iedereen gekozen mandataris is en de baas de kiezer is. Vanaf het moment dat je op een lijst staat, is het ieder voor zich en wil iedereen zich profileren. Daarbij spelen de media een belangrijke rol.”
FERNAND HUTS (KATOEN NATIE/Open VLD). “Politiek is als een rij bomen: grote eiken met apen erin. Die apen willen allemaal naar de top. In elke boom, die voor partij X of Y staat, trekt de ene aap de andere aan zijn staart naar beneden om hogerop te geraken. En boven waait de ene boomkruin naar de andere toe, waardoor je af en toe een coalitie kan maken.” ( algemeen gelach)
Peter Leyman, u verlaat de machtspolitiek van het bedrijfsleven om in de Wetstraat van een betere wereld te proeven?
PETER LEYMAN (VOLVO CARS GENT/CD&V). “Ik durf het verschil tussen beide werelden te relativeren. Volvo Cars is inderdaad actief in de hoogtechnologische productie van wagens, tegenwoordig een 60 secondenbusiness. We maken elke minuut een auto. Maar het heeft me twee jaar lobbyen met fluwelen handschoenen gevraagd om een nieuw model naar Gent te halen. Uiteindelijk zijn we naar Detroit moeten gaan, omdat er daar op een haar na werd beslist om dit nieuwe model in Mexico te bouwen. Dergelijke belangrijke beslissingen zijn volgens mij niet altijd op economische of rationele fundamenten gebouwd.
Voorts is de problematiek van Ford die van België. Net als België zit Ford met gigantische pensioenschulden, een zware vergrijzing en een gigantische beslissingsstructuur. Ford is een kostengedreven en geen businessgedreven bedrijf meer.”
FERNAND HUTS (Open VLD). “De samenwerking tussen bedrijf en politiek is in België, in vergelijking met andere landen, heel beperkt. In andere landen is er een veel groter chauvinisme en ondersteuning van het politieke leven voor de bedrijven. Als je ziet wat de Duitse politici voor hun bedrijven doet … Idem dito voor de VS. Halliburton is daarvan een mooie illustratie ( nvdr – Halliburton levert onder meer diensten aan de gas- en oliesector, ook in Irak, en is omstreden wegens nauwe banden met Amerikaanse toppolitici). Kijk ook naar Frankrijk. In België zijn de twee milieus niet verweven.”
BRUNO TUYBENS (ex-KBC/SP.A). “Het voorbeeld van Fernand Huts is – als ik zo plastisch mag zijn – onthutsend. Halliburton vind ik een fout model.”
FERNAND HUTS (Open VLD). “Ik keur wat Halliburton doet niet goed.”
BRUNO TUYBENS (ex-KBC/SP.A). “Dat hoop ik toch, want de oorlog in Irak was veeleer een oorlog omwille van bedrijfsbelangen dan een politieke oorlog. De wapenhandel moest worden ondersteund, de olie- en nutsbedrijven konden hun winsten hierdoor opkrikken op de rug van de belastingbetaler. Dat is alleen de aandeelhouders van Halliburton, Dick Cheney in het bijzonder, ten goede gekomen. De discussie die de volgende jaren absoluut moet worden gevoerd, is de rol die ondernemingen spelen in onze samenleving. Sinds de val van de Berlijnse Muur in 1989 hebben bedrijven de kans gehad om over de sectoren heen in omzet en omvang maal drie te gaan, terwijl de overheden met enorme schulden en budgettaire krapte af te rekenen hebben. Voor geopolitieke problemen zoals de vergrijzing, de armoede, de extreme honger in ontwikkelingslanden, migratie en klimaatverandering wordt altijd eerst naar publieke of supranationale overheden gekeken. Terwijl bedrijven daar niet alleen een heel grote verantwoordelijkheid hebben, maar ook over een aantal hefbomen beschikken. Ik vind dat de politiek veel meer de verantwoordelijkheid van de bedrijven op de agenda moet plaatsen, zodat er effectief iets verandert in onze samenleving.”
PIERRE LANO (LANO/Open VLD). “We moeten de clichés van de Amerikanen niet gebruiken om de belangen van ons bedrijfsleven in vraag te stellen. Bedrijven moeten welvaart creëren en ervoor zorgen dat ze overleven, en de overheid moet zorgen voor een omgevingskader dat niet alleen goed is voor het ondernemen, maar ook sociaal gunstig voor de burgers. Dus de politiek moet naar evenwicht zoeken. Maar dit kan slechts als de welvaartstaat groter kan worden.”
BRUNO TUYBENS (SP.A). “Dat evenwichtspunt is er niet.”
Er zijn weinig succesvolle ministers die ooit ondernemer zijn geweest.
FERNAND HUTS (Open VLD). “Paul Vanden Boeynants was een voorbeeld ( algemeen gelach). Je kunt onmogelijk bedrijfsleider zijn én minister. De politiek is tijdsintensief en vraagt veel geduld. Vroeger leerde je op de schoolbanken dat het een eer was om de res publica te dienen. En de beste elementen vertrokken naar de politiek. Dat is niet meer zo. De beste elementen zoeken hun eigen weg. Velen van hen komen terecht in het bedrijfsleven. Vandaar dat rekrutering vanuit het bedrijfsleven zo fundamenteel is. Daardoor worden – zoals in een bedrijf – nieuw bloed en nieuwe ideeën in het politieke milieu geïnjecteerd. Er is wel een groot probleem: je moet mensen bereid kunnen vinden om een flink stuk materiële welvaart op te offeren. Je gaat financieel 30 % tot 40 % achteruit als je baas bent bij de KBC of bij Volvo Cars en daarna parlementslid wordt.”
Hebt u moeten inleveren, Bruno Tuybens, toen u overstapte naar de politiek?
BRUNO TUYBENS (SP.A). “Neen, omdat ik niet op het hoogste niveau bij KBC actief was.”
PETER LEYMAN (CD&V). “Ik zal toch 40 % van mijn loon moeten inleveren. Hier speelt een stuk idealisme mee, maar ik koppel die loonsvermindering aan diverse studies over arbeidsvoldoening. Die geven vaak aan dat salaris niet het belangrijkste is. Ik heb mij hier achttien jaar bijzonder goed gevoeld en het laatste jaar niet meer. Dus heb ik gezegd: dit moet stoppen, omdat het financiële die situatie absoluut niet meer compenseert. Ik heb uiteraard uitgerekend of ik met dit lagere loon zal rondkomen, en ik maak me daar geen zorgen over. ( glimlacht) Hoewel, ik moet nu een auto kopen voor de eerste keer in vijftien jaar.”
PIERRE LANO (LANO/Open VLD). ( lacht) “Kan Volvo u die niet cadeau doen?”
PETER LEYMAN (CD&V). “Je moet het financiële kussen waarover ik beschik, niet overschatten. Ik heb mijn eigen wedde vaak getoetst en zat aan de ondergrens van de Belgische topsalarissen.”
PIERRE LANO (Open VLD). “Politiek geeft een meerwaarde. Je wordt er maatschappelijk en intellectueel rijker van.”
FERNAND HUTS (Open VLD). “Maar er zijn ook veel verborgen kosten. Hoe je het ook draait of keert, Peter staat voor een verkiezingscampagne. Met de auto van hot naar her rijden, een pint betalen, u laten zien, … Campagne voeren is een dure zaak. Maatschappelijk wordt het niet aanvaard dat parlementsleden veel geld verdienen of dat je hun lonen min of meer afstemt op het bedrijfsleven. Nochtans zou je ze met hetzelfde budget, maar dan voor veel minder mandatarissen, veel beter kunnen betalen en op die manier meer goede elementen aantrekken. België telt 651 parlementsleden. Je zou dit politieke personeel kunnen inkrimpen.”
Bruno Tuybens, u profileert zich als een sociaaldemocraat met een liberaal gedachtegoed. U maakt overheidsbedrijven efficiënter met principes uit de privésector.
BRUNO TUYBENS (SP.A). “Ja, ik probeer zoveel mogelijk in anderhalf jaar tijd onafhankelijke bestuurders binnen te brengen bij overheidsbedrijven en ervoor te zorgen dat de top van die overheidsbedrijven met de onderneming zelf bezig is en zo weinig mogelijk met de politiek. Maar ik ondersteun de liberalisering niet op een blinde manier. Ik kom uit een Oost-Vlaamse regio waar zogenaamd sociaalliberale politici de sterkhouders zijn ( nvdr – een verwijzing naar Kamervoorzittter Herman De Croo (Open VLD). Als ze de auto nemen naar Brussel, blijft van dat sociale vaak niet veel meer over. Kijk naar de liberalisering van De Post. Is het niet hallucinant dat, ondanks het feit dat deze liberalisering het verlies van tienduizenden banen zal veroorzaken, de service naar de particulier en de kmo’s, goed voor 98 % van de klanten, duurder zal zijn?”
Een Louis Tobback of Willy Claes zouden toch nooit zover gegaan zijn in de herstructurering van overheidsbedrijven volgens een liberaal recept?
BRUNO TUYBENS (SP.A). “Dat is juist, maar ik ben ervan overtuigd dat als zij vandaag opnieuw als veertiger in de politiek mochten stappen, zij dat wel zouden doen.”
PIERRE LANO (Open VLD). “De vorige politieke generatie heeft veel te lang gewacht om de overheidsbedrijven in dit land te dynamiseren, met als gevolg dat hun kosten vandaag exorbitant zijn.”
FERNAND HUTS (Open VLD). “De politiek is zo belangrijk en dus moet je goede politici hebben. En als je die hebt, moet je ze bij hun kernbusiness laten. Een illustratie is ABX ( nvdr – de pakjesdienst van de spoorwegen), waarmee de Belgische overheid zich is gaan bezig houden. Met welk resultaat? Dit avontuur heeft de belastingbetaler miljarden gekost.”
BRUNO TUYBENS (SP.A). “Anderhalf miljard euro.”
Parlementsleden die zich op hun kernactiviteit terugplooien, oefenen nauwelijks reële macht uit. Eminente politologen zoals Wilfried Dewachter poneren die stelling.
FERNAND HUTS (Open VLD). “Het parlement is een koersfiets zonder ketting. Het beleid wordt gemaakt in de kabinetten van de ministers. De minister samen met zijn hofhouding, eventueel aangevuld met personen uit de administratie, stippelt de route uit van de tanker. Een bedrijf is een vliegmachine en de politiek is een olietanker. Je kunt een tanker maar geleidelijk van koers doen veranderen.”
BRUNO TUYBENS (SP.A). “De ene groep zegt dat de macht bij de kabinetten ligt, de andere wijst naar de partijbureaus en een derde groep verdedigt het parlement. Uiteraard worden de partijen gelegitimeerd door de kiezer, en zij die de kiezer naar voren schuift, zullen intern ook de zwaarste stem in het kapittel hebben. De waarheid over de machtsconcentratie ligt in het midden. Mijn kabinet heeft goede contacten met zowel de kamer- en senaatsfractie, als met de partij. Het is goed om een breed draagvlak te hebben.”
Hoe gaat u om met de vox populi als dienaar van de res publica?
BRUNO TUYBENS (SP.A). “Van de honderd mensen die ik courant ontmoette bij KBC – klanten, leveranciers, collega’s, perslui – zijn er zeventig die zegden: doe uw ding, doe verder, wij steunen u, en ten hoogste tien die zegden: wij remmen u af. In de politiek is dat anders, van de honderd die ik nu courant tegenkom zijn er tachtig die denken: hoe kunnen wij hem tegenhouden? Vroeger keek ik veel achterom om te zien of de mensen mij volgden, nu kijk ik zowel achterom, voor mij, naast mij als onder mij.”
FERNAND HUTS (Open VLD). “Een politicus moet in de eerste plaats zijn persrelaties soigneren. Als hij daarin faalt, schiet er niks van hem over.”
PIERRE LANO (Open VLD). “De pers in België bepaalt wat politiek correct is. Wie zich tot dat politiek correcte beperkt, miskijkt zich op wat er op ons afkomt. Soms moet je de moed hebben om dissonant te zijn, denk aan de discussie over de kerncentrales.”
BRUNO VALKENIERS (VLAAMS BELANG). “De grootste cultuurschok is de manier waarop je als nieuwe politicus op elke vraag binnen de vijftien seconden een antwoord moet hebben. Hoe alles gewikt en gewogen wordt. Voor politici zijn media levensbelangrijk. En voor media zijn politici van levensbelang.”
PETER LEYMAN (CD&V). “Professioneel en privé heb ik altijd een antihouding ervaren ten aanzien van de politiek en de Wetstraat, ook in werkgeverskringen. Als er een wetgeving is of kwam, werd en wordt dat als negatief gezien. Ik heb altijd geprobeerd om daar iets opbouwender mee om te gaan dan mijn relaties.”
Peter Leyman, bent u nu al niet bevreesd in een soort eunuchentoestand verzeild te geraken. U mag een en ander zeggen, maar veel zal daarvan nooit in de eerste vier of acht jaar worden verwezenlijkt.
PETER LEYMAN (CD&V). “Neen, absoluut niet. Ik probeer enkele oogmerken vast te leggen die ik nu met de partij bespreek. Ik wil mezelf blijven, ik wil gáán voor mijn prioriteiten. Misschien zal ik met mijn hoofd tegen de muur botsen. Eén persoonlijke doelstelling is dat de kiesuitslag die ik over vier jaar wil realiseren, veel belangrijker is dan deze van 2007. Nu zal ik vooral drijven op wat ik binnen het bedrijfsleven heb verwezenlijkt, over vier jaar wil ik afgerekend worden op wat ik politiek tot stand bracht.”
FERNAND HUTS (Open VLD). “Tussen Bruno Tuybens en Peter Leyman bestaat een groot verschil. Met de verkiezingen komt Peter in de vuurlinie te staan. Nadien heeft hij zitting in het parlement. Bruno zit van meet af aan in het beleid. Ik hoop voor Peter dat hij zo snel mogelijk in het beleid aanbelandt. Hij heeft talent en dat moet meteen in het beleid worden aangewend. Als bedrijfsmensen worden aangetrokken in de politiek, moet men hen inschakelen op beleidsniveau. Dáár ligt hun grote toegevoegde waarde.”
Frans Crols – Piet Depuydt
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier