HET JAAR IN 12 BEELDEN.
JANUARI. Jean Gandois
Heil, driemaal heil voor de suksesvolle patron van Cockerill. In zijn gekende strijdlustige stijl toonde Gandois de mensheid hoe een kwasi-failliet bedrijf tot een top-staalaandeel te boetseren. Als klap op de vuurpijl werd later in ’94 de overname van het Duitse Eko-Stahl versierd. Alweer een bewijs dat het voormalige krisismanagement “versie Gandois” plaatsmaakte voor een solied management zonder meer.
FEBRUARI. Alan Greenspan
Vrijdag 4 februari 1994… het einde van een (beurs)era. Die dag kondigde de Amerikaanse Federal Reserve bij monde van voorzitter Greenspan de verhoging aan van de Fed Funds Rate of korte-termijnrente. De beslissing sloeg de hoera-stemming in en om de financiële markten aan diggelen. En de Fed, hij ploegde voort. In de loop van ’94 zou de Amerikaanse “centrale” nog tot vijf keer toe overgaan tot een dergelijke korte-renteverhoging.
MAART. Philippe Maystadt
Hoe de geldhonger van de Belgische overheid te stillen ? De uitgifte van staatsobligaties was tot dusver een maat voor niks. Geen zinnige onderdaan die viel voor de extreem lage rentebeloning. Minister van Financiën Maystadt had één en ander in de mot en lanceerde de staatslening met variabele rente. De publieke respons was dermate overweldigend, dat de gewiekste excellentie later in ’94 nog twee “sequels” op de Belgen afvuurde. Met dito sukses.
APRIL. George Soros
Soros, de anti-held. Zolang de beurs omhoog ging, lukte álles wat de geestelijke vader van “Quantum” ondernam. De beursgoeroe beschikte en geen mens die de goede afloop van zijn bokkesprongen in twijfel trok. Tot hij met zijn hedge fund de limiet van het spekulatieve overschreed en een klap van jewelste inkasseerde. De slip van Soros was overigens geen fenomeen op zich. Bijna-faillissementen à la “Metallgesellschaft” bevestigden de dubbele bodem van een buitensporige belegging in afgeleide produkten.
MEI. Nelson Mandela
In mei rolde het eerste eksemplaar van het weekblad “Cash ! ” van de persen. Maar dit volkomen terzijde. Figuur van de maand was ons aller Nelson Mandela, de grote triomfator van de eerste demokratische verkiezingen in Zuid-Afrika. Het land, voorheen synoniem van apartheid, doorbrak het internationale isolement. Mandela’s zege vormde de lang verwachte ouverture tot een beweeglijke handel, een stabiele beurs, een sterke stijging van de industriële waarden en een stroom van fondsinvesteringen.
JUNI. Jean-Luc Dehaene
We waren hem bijna kwijt, het Brugs/Brabants trekpaard. “Gelukkig” voor ons land lagenMajor en co dwars, zodat uiteindelijk Luxemburger Santer tot EU-kommissievoorzitter gebombardeerd werd. Het belang van Dehaene moet zowel federaal als internationaal worden benadrukt. Zo beschouwen valutahandelaren hem als het gedroomde bindmiddel van het Belgische kaartenhuis. Dat de frank ondanks alles overeind blijft, is een teken aan de wand. Beleggers betuigen dan ook en masse hun ode aan JLD.
JULI. Pierre Suard
Juli staat voor vakantie en zomerrust. Tijd noch ruimte voor wereldschokkende beursverwikkelingen. Een figuur van de maand ? Bestaat niet, tenzij we de poetsvrouw van de “clearing room” in aanmerking nemen. In Parijs werd deze jaarlijkse komkommertijd verstoord door de arrestatie van Pierre Suard, topman van Alcatel-Alsthom. Na de fraude-aantijgingen en de aanhouding van Suard kelderde het aandeel op de Franse beurs. Dit soort scandalitis was zeker niet vreemd aan de barslechte prestatie van Palais Brongniart in Europees verband.
AUGUSTUS. Daniël Janssen
De stabiele rente bracht zowaar een sprankeltje hoop op de beurs. Chemie-reus Solvay was de katalysator van die hoop. Gedelegeerd bestuurder Janssen kwam met onverwacht positieve semestercijfers voor de dag, wat de markt opnieuw enige moed inpompte. De al “vergeten” zomerrally werd alsnog op gang gefloten. Solvay zat inmiddels niet stil, en tracht nu zelfs de Amerikaanse beleggerszielen voor zich te winnen.
SEPTEMBER. Johan Mussche
De Franse overname van een Belgisch bedrijf maken we wel vaker mee. Spector ging precies omgekeerd te werk. In september legden Johan Mussche en kompanen de hand op het Franse Racine, waardoor hun bedrijf de op één na grootste onafhankelijke foto-ontwikkelaar in Europa werd. De operatie bekroonde de blitz-carrière van het prille Spector. Het aandeel pas enkele jaren beursgenoteerd boekte over “baaljaar” ’94 een stijging van liefst 40 %.
OKTOBER. Karel Vinck
Met de ruil Bekaert/Union Minière tekende Karel Vinck voor de transfer van het jaar. Zijn taak is niet licht : na zijn uitermate geslaagde herstrukturering van de Zwevegemse gigant, trekt hij bij de Generale-dochter met eenzelfde opdracht het pad op. Mission (im)possible ? De “warrant”-soap en andere “ja/misschien/nee”-verkopen van Zweedse zinkmijnen maken de uitdaging extra gekruid. Maar wie weet leidt de goede afloop ooit tot een absolute toppositie bij moeder Generale.
NOVEMBER. Elaine Garzarelli
Dame tuimelt van voetstuk in New York. Aldus het trieste lot van Elaine Garzarelli, tot voor kort “chief executive strategist” bij top-broker Lehman Brothers. Sinds de crash van ’87 hingen zowat alle analisten aan haar bevallige lippen. Garza’s wil was wet en wie haar orakel in twijfel trok, kreeg een fors Amerikaans vierletterwoord om de oren. Waar Garzarelli momenteel vertoeft, weet niemand. Maar ex-werkgever Lehman huldigt voortaan de strategische inzichten van ene Katherine Hensel, bevallig over heel de lijn.
DECEMBER. Silvio Berlusconi
Italië onthaalde nieuwbakken premier Berlusconi op feestgedruis en handgeklap. Het land werd al jaren geteisterd door politieke versnippering, korruptie en ekonomische malaise. “Forza Italia, ” riep de mediamagnaat. De redding nabij. Eind ’94 beseft Berlusconi dat de gebruiken op het politieke platform in niks overeenstemmen met de praatjes in de AC Milan-loge. Exit grote redder, welkom grote pineut. En de lire… die staat nog zwakker dan een jaar geleden.
Jean-Pierre van Gimst
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier