HET GEZICHT VAN DE EURO
Wim Duisenberg (61j.) wordt de Europese Fons Verplaetse. Hij krijgt de opdracht om uw euro te harnassen. Duisenberg en Verplaetse delen een karrenvracht vakmanschap. Daar stopt de broederlijkheid : de Nederlander is een aimabele man van de wereld en stapt door het leven met een indrukwekkend uiterlijk. Hij is geliefd in de bank, charmant in de salons en haantje de voorste op de golfbaan. Wim Duisenberg is een Nieuwe Socialist van het slag Tony Blair, Wim Kok en Karel Van Miert ; mannen met een rode kleur die de politiek van hun conservatieve en liberale tegenstanders omhelzen en daarmee triomfen oogsten.
In zijn thuishaven, de Nederlandse centrale bank, wordt Wim Duisenberg wel eens vergeleken met Ronald Reagan. Hij is agreat communicator, laat de details voor zijn staf, is geen uitslover en houdt zich immer flink. “Duisenberg kruipt niet weg als er iets aan de hand is en raakt nooit in paniek. Hij is een koele,” zei een medewerker aan NRC Handelsblad.
Wim Duisenberg streeft naar prijsstabiliteit en is onafhankelijk. Een Duitse typologie, wat de liefde voor hem hoog doet opvlammen bij de Bundesbank. De Nederlandsche Bank is statutair minder onafhankelijk dan de Belgische Nationale Bank, maar gedraagt zich trots en ongenaakbaar ten overstaan van politiek Den Haag. De kracht van haar chefs en de traditie van de Nederlandse centrale bankiers creëerden deze zelfstandigheid.
De Fransen lusten Wim Duisenberg veel minder. President Chirac heeft in Dublin laten horen van geen Nederlandse president van de Europese Centrale Bank te willen weten, zolang Nederland zijn drugsbeleid niet verhardt. Parijs verzint de onnozelste smoezen om een slaafse bankpresident te kunnen installeren in Frankfurt. Liefst een Fransman.
Zijn de Europese Muntunie en de euro onafwendbaar ? De schone schijn laat vooralsnog toe te stellen dat het antwoord positief kan luiden. Vanaf 1 juli 2002 wordt de euro het enige wettige betaalmiddel in de EU-lidstaten die zich kwalificeren voor de EMU. Wim Duisenberg en Alexandre Lamfalussy deelden de eervolle taak om de kleurrijke Europese bankbiljetten te presenteren. De Belg Lamfalussy is de huidige voorzitter van het Europees Monetair Instituut. De Nederlander met de bonkige kop en het streuvelige haar wordt zijn opvolger. Het Europees Monetair Instituut metamorfoseert medio ’98 in de Europese Centrale Bank, deze zal het muntbeleid voeren over de euro.
Wim Duisenberg leidt nog enkele maanden De Nederlandsche Bank. Hij wilde aanvankelijk dit jaar met vervroegd pensioen. Zijn stoel stond ter beschikking vanaf 1 juli ’97, datum waarop Nederland het voorzitterschap van de Europese Unie neerlegt. Zijn passie voor het werk bij De Nederlandsche Bank taande na vijftien jaar. Duisenbergs adieu werd doorkruist door het Comité van Gouverneurs, de club van de voorzitters van de centrale banken van de Europese Unie. Zij polsten in de herfst van ’95 de Nederlandse minister van Financiën over de kandidatuur van Wim Duisenberg voor het presidentschap van de Europese Centrale Bank. Hans Tietmeyer van de Bundesbank en bondskanselier Kohl deden persoonlijke demarches om de Nederlander naar Frankfurt te lokken.
Wim Duisenberg is een Fries uit het provincieplaatsje Herenveen. Thuis werd hij, wist voor kort het vrouwenblad Opzij te melden, de slûge, de trage, genoemd : “Ik was niet zo’n snelle, maar een beetje een bedachtzaam kind dat altijd zat te lezen,” bekende hij. In ’61 studeerde Wim Duisenberg af als econoom aan de Universiteit van Groningen. Vier jaar later volgde de doctoraatsverhandeling Economische gevolgen van ontwapening. Drie wetenschappelijke artikelen, het laatste in ’71, vormen zijn hele academische achtergrond. Hij noemt zich geen origineel denker. In zijn jongelingsjaren was de Nederlander zoals het leeuwendeel van de economen een keynesiaan.
Wim Duisenberg volgde de cursus honorum van veel centrale bankiers. Hij was vier jaar medewerker van het Internationaal Muntfonds in Washington en belandde nadien (’69) bij de Nederlandse centrale bank, benoorden Wuustwezel bekend als HetFrederiksplein. Op z’n 35 werd Duisenberg hoogleraar macro-economie aan de Universiteit van Amsterdam. De jonge prof trad als minister van Financiën in de regering van de PvdA’er Den Uyl (’73).
Minister Duisenberg was consequent met zijn keynesiaanse aanhorigheid. Zoals zijn leermeester geloofde hij in de verhoging van de bestedingen in een recessie. Tijdens de eerste oliecrisis de prijzen van het zwarte goud verviervoudigden en dus duikelde de koopkracht lanceerde de Financieminister zijn tientje van Duisenberg. Elk Nederlands gezin zou per postcheque tien gulden overgemaakt krijgen, dit om consumptiegeld in de nationale economie te persen. Het ideetje werd niet opgepikt door het kabinet- Den Uyl (dat weliswaar de overheidsuitgaven liet klimmen), het verhief zijn auteur wel tot Bekende Nederlander. Later verdedigde minister Duisenberg de eenprocentnorm, de toename van de collectieve uitgaven mocht niet boven de één procent stijgen per jaar. De desastreuze cijfers van het Centraal Planbureau lieten niets anders toe dan deze linkse bezuiningsnorm, zei Duisenberg, hierin niet gevolgd door het kabinet. Zeven jaar schipperen, honderdduizend werklozen meer plus een begrotingstekort van 10 % overtuigden Den Haag dat een beleidsombuiging levenszaak was. Wim Duisenberg zat dan bijna al opnieuw bij de centrale bank waar hij in ’82 Jelle Zijlstra verving als president. In de jaren tachtig werd de keynesiaan een overtuigde monetarist, in de jaren negentig een Europeaan, zonder laaiende passie. Zijn opvolger bij De Nederlandsche Bank heeft zich intussen ook leren kennen. Dr. A. Wellink heeft het niet begrepen op genereuze toetredingsvoorwaarden tot de EMU-club. We weten wat we opgeven, zegt hij, we geven de gulden niet zomaar weg. De monetaire buitelingen van de Belgische regering (zie ook blz. 22), verlustigen de zorgzame Nederlanders niet.
F. Cr.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier