Groeien met sterke merken
Hoe belangrijk sterke merken in de kledingsector zijn, bewijzen de cijfers van VF Europe. De Belgische vestiging van de Amerikaanse kledinggroep VF Corporation in Bornem boert goed. In vijf jaar klom de gecreëerde toegevoegde waarde naar 140,8 miljoen euro, een stijging met bijna 70 procent.
VF Europe is een dochteronderneming van de Amerikaanse beursgenoteerde groep VF Corporation, ‘s werelds grootste confectiebedrijf. De kleding- en schoenengroep is wereldwijd actief met een dertigtal merken. De bekendste zijn Eastpak, Lee, Kipling, Timberland, The North Face, Vans en Wrangler. In 2015 boekte VF met 64.000 werknemers een omzet van 12,4 miljard dollar, een groei met 1 procent tegenover 2014. Naast Azië is ook Europa een belangrijke groeimarkt voor het Amerikaanse concern. VF heeft de ambitie zijn internationale business jaarlijks te doen groeien met 13 procent. Tegen 2017 wil de groep 43 procent van de wereldwijde omzet buiten de Verenigde Staten boeken, in 2015 was dat 36 procent.
Winstgevendheid bewaken
De Europese organisatie wordt aangestuurd vanuit het Zwitserse Stabio. VF heeft in Europa zo’n 7000 werknemers. Het Belgische hoofdkantoor, VF Europe bvba, is gevestigd in Bornem en beschikt over twee grote distributiecentra in Sint-Niklaas. De Belgische dochter boekte in 2014 met 800 medewerkers een omzet van 508,9 miljoen euro. De kledinggroep zag de verkoop stijgen met 9 procent in vergelijking met 2013. De groeiende omzetcijfers zorgden ook voor een toename van de bedrijfswinst, die klom van 37 miljoen in 2013 naar 49,7 miljoen euro in 2014. “De winstgevendheid van onze winkels wordt goed bewaakt en waar nodig worden winkels gesloten of overgedragen aan partners”, stellen zaakvoerders Curtis Holtz en Patrick Willems in het commentaar op de jaarrekening.
Ook de toegevoegde waarde zit bij VF Europe in de lift. Tussen 2010 en 2014 steeg die van 83,3 miljoen euro naar 140,8 miljoen euro, goed voor een stijging van 68,9 procent. De motor achter die groei zijn de distributiecentra in Sint-Niklaas. De kledinggroep nam er in 2012 een gloednieuw distributiecentrum van 30.000 vierkante meter in gebruik, een project van Decebra, een firma van de transportondernemer Gilbert De Clercq uit Sint-Niklaas. Binnen de EMEA-regio zorgen die logistieke centra voor de distributie van verschillende merken.
Logistiek met toegevoegde waarde
VF Europe investeerde de jongste jaren sterk in de uitbouw van de logistieke centra. Uit de jaarrekeningen van 2012 en 2013 blijkt dat er in die jaren voor meer dan 26 miljoen euro is geïnvesteerd. De kledinggroep werkt met sterk geautomatiseerde magazijnen waar bestellingen verzameld, verwerkt en gedistribueerd worden naar externe klanten, eigen winkels en e-commerceklanten. De kledinggroep breidt haar klassieke handelsactiviteit uit door in te zetten op groei in verschillende distributiekanalen. VF heeft het over een actieve strategie van diversificatie. Vooral van e-commerce wordt veel verwacht, voor 2016 rekent de groep op een omzetgroei van 20 procent in dat segment.
De hoge graad van automatisatie zorgde voor een sterke productiviteitsboost bij VF Europe. Als we de personeelskosten in verhouding tot de toegevoegde waarde bekijken, dan zien we deze ratio evolueren van 72 procent in 2010 tot 49 procent in 2014. De distributiecentra van het textielconcern in Sint-Niklaas zijn heel actief in toegevoegdewaardelogistiek. In de hoogtechnologische magazijnen wordt niet alleen met producten geschoven, er wordt ook toegevoegde waarde gecreëerd. Een voorbeeld daarvan is het klantspecifiek labelen van de collecties. Zo ontvangen de winkels verkoopklare producten die meteen in de winkelrekken kunnen.
Kurt De Cat
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier