Gediplomeerd makelaar

Het beroep van vastgoedmakelaar is wettelijk beschermd. Welke schoolbanken of diploma’s leiden tot deze titel ?

Vroeger kwam je met wat ondernemingszin al een heel eind in de vastgoedwereld. Voelde je de microbe van het makelaarschap tintelen, dan kwam het eropaan de daad bij het woord te voegen en je als immobiliënagent te vestigen. Bestaande cursussen konden je een hart onder de riem steken, maar waren strikt genomen niet levensnoodzakelijk om aan je trekken te komen als handelaar in onroerend goed.

Anno ’96 liggen de kaarten anders. Het beroep van vastgoedmakelaar is sinds 13 oktober ’93 beschermd. Elke persoon die deze titel ambieert, moet een aanvraag tot erkenning indienen bij het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars (BIV). Met de titel wordt nu niet langer gespeeld. Een verplichte stage van één jaar en een opleiding die overeenkomt met een graduaat (middelbaar onderwijs +3) zijn conditio sine qua non geworden.

Momenteel geven 21 diploma’s recht op een inschrijving op het tableau van beoefenaars bij het BIV. Bij wijze van voorbeeld : een burgerlijk ingenieur, een licentiaat in de rechten, een architect, een accountant, een handelsingenieur of nog een gegradueerde in de topografie kunnen in de beroepswereld van de vastgoedmakelaars stappen.

VOLTIJDSE GRADUATEN.

In het kielzog van de bescherming van de beroepstitel traden de hogescholen in actie. Zij boetseerden avant la lettre of op het laatste nippertje een driejarig graduaatsprogramma dat erkend wordt voor het voeren van de gegeerde titel Erkend makelaar BIV. In Vlaanderen kon de Katholieke Hogeschool Sint-Lieven met de primeur weglopen. Sinds ’90 loopt daar een specifiek vastgoedprogramma. “Wij hadden al het gevoel dat het beroep van vastgoedmakelaar wettelijk erkend zou worden. We wilden tijdig klaar staan. Momenteel telt ons vastgoedprogramma zo’n 50 tot 60 studenten, gespreid over de drie jaren. Dit aantal zat altijd in de lift, maar nu hebben andere hogescholen zich ook op de markt gegooid. Het is dus een beetje de kat uit de boom kijken,” weet advocaat Schellekens, verantwoordelijk voor het programma vastgoedopleiding.

Intussen stoomden nog twee andere Vlaamse Hogescholen hun programma bouwoptie vastgoed klaar, meer bepaald de Hogeschool Antwerpen (campus Mechelen) en de Hogeschool Gent. In deze scholen dien je na het eerste jaar te kiezen tussen optie meten of optie beheer.

Het Institut Communal d’Enseignement Technique in Cuesmes en het Institut Reine Astrid in Mons verzorgen de graduaatsprogramma’s in de vastgoedkunde langs Franstalige kant.

Deze driejarige graduaatsprogramma’s beogen naast het verwerven van technische, economische en juridische kennis, ook het aankweken van menselijke, organisatorische en administratieve kwaliteiten.

IN DE PRAKTIJK.

De toekomstige houders van de titel vastgoedmakelaar kunnen hun grijze cellen ook in vormingscentra bijschaven. Deze avondcursussen zijn een interessant alternatief voor de graduaatsopleidingen die een voltijds dagprogramma presenteren. De vormingscentra spreiden hun lessen over drie jaar en richten zich hoofdzakelijk tot een werkend publiek dat zich een paar avonden per week wil bekwamen in één of ander beroep. Een diploma volledig secundair onderwijs is vereist om in aanmerking te komen. Bovendien wordt van de deelnemers verwacht dat zij “werkzaam zijn in de immobiliënsector, een aanverwant beroep uitoefenen of in ieder geval bereid zijn de praktijkstages te voeren”. Acht Vlaamse en zeven Franstalige vormingscentra bieden een erkende specialisatie-opleiding tot vastgoedmakelaar. Het inschrijvingsgeld schommelt rond de 7000 à 8500 frank per studiejaar.

De graduaatsopleidingen en de programma’s van de vormingscentra richten zich voornamelijk tot het vormen van het toekomstige middlemanagement van de immobiliënsector. Hun leerlingen zouden zich voornamelijk als zelfstandige of als medewerker binnen een groot bureau profileren.

Het aankomende jonge geweld van de vastgoedwereld kan ook andere studiewegen bewandelen. De universiteiten zitten niet stil en zien er wel brood in om postuniversitaire opleidingen in de vastgoedkunde te lanceren. De Katholieke Universiteit Leuven en de IPO Management School (Universitaire Faculteiten Sint-Ignatius Antwerpen) sprongen al op de kar. Franstalig België kijkt de kat nog uit de boom.

GEEN ERKENNING.

Leuven lanceerde zijn programma twee jaar geleden. Voor de ronde som van 90.000 frank hebben de maximum 40 deelnemers recht op een programma op “universitair niveau gegeven door professoren en praktijkdocenten”. Deze postuniversitaire cyclus is voorbehouden aan titularissen van een universitair diploma of van een diploma van het hoger onderwijs van het lange type. Enkele jaren praktijkervaring vormt een pluspunt tijdens de selectie. Vaak zijn het bedrijven die één of meer werknemers voor een postuniverstaire opleiding inschrijven. Het programma dat loopt van december tot februari (zaterdagmorgen en donderdagavond) lijkt alvast een succes. “We zitten al met een wachtlijst voor volgend jaar,” weet Claudine Van Volsem van de KU-Leuven. “Momenteel bestuderen we of we het programma in de toekomst ook niet op onze campus in Kortrijk kunnen organiseren.”

Het geraamte van dit postuniversitair programma bestaat uit vijf grote delen, namelijk financiële aspecten (50 u.) ; bouwtechnische aspecten (30 u.) ; juridische aspecten en fiscaliteit (60 u.) ; vastgoedbeheer en -beleid (60 u.) en actuele problemen en praktijkvoorbeelden (20 u.). Voor zij die met dit certificaat de vastgoedwereld zorgeloos willen instappen, zit er echter een addertje onder het gras. De opleiding leidt immers niet automatisch tot de erkenning als vastgoedmakelaar. Momenteel zijn hieromtrent wel onderhandelingen bezig tussen het BIV en de universiteit.

Zelfde klok in Antwerpen waar de erkenning ook nog dode letter is. DeBrabostad wierp zich een jaar na de bierstad op de vastgoedmarkt. Hun opleiding, die luistert naar de ronkende naam Real Estate Management volgt het ritme van een academiejaar. De lessen gaan door op vrijdagnamiddag en zaterdagvoormiddag. De inschrijvingsprijs bedraagt 133.000 frank. Het programma steunt op vier pijlers : vastgoedrecht ; markt en omgeving ; management, product en technologie ; financiering, accountancy en software. Het aantal deelnemers is beperkt. Het academiejaar ’95-’96 telde 21 deelnemers. Drie jaar bedrijfservaring en een diploma hoger onderwijs van het lange type of universitair onderwijs zijn primordiale factoren in de selectieprocedure.

Het Antwerpse programma is op een iets praktischer leest geschoeid dan het Leuvense. Terwijl in de bierstad tweemaal examens worden georganiseerd, is het in de Scheldestad de scriptie die de doorslag geeft.

FRANSE STILTE.

Franstalig België houdt de boot nog af. “Enkele jaren geleden speelde HEC Saint-Louis in Brussel met de idee een vastgoedprogramma te lanceren. Momenteel is alles nochtans erg kalm,” betreurt Christian Lasserre, directeur van CLI, een consultancybureau in vastgoedbeleid. Hijzelf gaat nog een stapje verder en droomt van een Europees postuniversitair programma dat de studenten toelaat om respectievelijk 3 maanden in Spanje, Groot-Brittannië, Frankrijk en België te studeren. Een opleiding die ontegensprekelijk de professionalisering van de vastgoedwereld een extra duwtje in de rug zou geven…

EVELYNE HENS

VASTGOEDMAKELAAR Wie het beroep wil uitoefenen, heeft voortaan een diploma nodig.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content