Gebakken of zuivere lucht?
Op de zesde VN-klimaatconferentie, van 13 tot 24 november in Den Haag, wordt een internationaal systeem van verhandelbare emissierechten uitgewerkt. Een beurs voor vervuilde lucht?
Hoofdschuddend kijkt Jean-Pascal van Ypersele de Strihou, professor Klimaatkunde aan de UCL, naar buiten. Niet het miezerige klimaat, maar het enkelvoudige glas in zijn kantoor in Louvain-la-Neuve baart het lid van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) zorgen. Als voorzitter van de werkgroep Energie & Klimaat binnen de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling (FRDO) maakt hij zich ongerust over de politieke wil van de paars-groene regering in de strijd tegen het broeikaseffect.
Zucht hij: “Het nationaal programma ter vermindering van de CO2-uitstoot uit 1994 is ontoereikend. In 1996 bedroegen de emissies 146,8 miljoen ton of 16% meer dan het vooropgestelde maximum in 2010. Bovendien stijgt dit percentage nog jaarlijks én ontbreken concrete maatregelen om de Belgische doelstelling van 7,5% CO2-reductie tegen 2010 te halen. De betrokken administraties zijn schromelijk onderbemand.”
Warmer en natter
Gemiddeld bedraagt de uitstoot van CO2 in de atmosfeer 4 ton per persoon per jaar. In de geïndustrialiseerde wereld liggen deze emissies veel hoger dan in ontwikkelingslanden: 20 ton in de VS, 12 ton in België en nauwelijks 200 kg in Haïti.
Bij ongewijzigd beleid ontstaat het broeikaseffect, wat tot een gevoelige opwarming van de aarde en een stijging van de zeespiegel leidt. Het pessimistische scenario van het IPCC raamt de temperatuurswijziging in ons land op 1,5 °C in 2025, 2,9 °C in 2055 en 4,5 °C in 2085. Hierdoor zal de regen in de winter toenemen met respectievelijk 8% in 2025, 15% in 2055 en 23% in 2085.
Commentarieert Van Ypersele: “Elke dag telt. Van de 25 miljard ton CO2, die de mensheid jaarlijks uitstoot, wordt slechts de helft geabsorbeerd door de oceanen en vegetatie. Dit betekent dat we met een cumulatief effect kampen.” Eind 1998 stelde de FRDO een lijst met 50 concrete aanbevelingen op om de Kyoto-norm te halen. Behalve enkele sensibiliseringscampagnes, zoals de maand van energiebesparing in oktober 2000 ( Vlaamse Instelling voor het Rationeel Energiegebruik) en subsidies voor zonnepanelen heeft de regering daar nog weinig of niets aan gedaan.
“Er ontbreken concrete maatregelen,” klaagt Dirk Van Evercooren, adviseur van de socialistische vakbond ABVV. “Zo is het onbegrijpelijk dat er nog altijd geen isolatienormen voor kantoorgebouwen bestaan. Dat bespaart heel wat energie en kost de overheid geen frank.” Hij pleit voor energie-adviesdiensten. ” Electrabel biedt dergelijke audits aan bedrijven aan, maar je kan deze monopolist moeilijk een neutrale speler noemen. Bovendien blijven de privé-gebruikers in de kou staan. Ook dienen de intercommunales voor energiebesparingen beloond te worden. Nu verdienen ze meer bij hoger gebruik.”
Energiebelasting
In haar Groenboek van 8 maart 2000 stelt de Europese Commissie voor een systeem van verhandelbare emissierechten ( VER) in te voeren. Hierbij krijgen de landen volgens de overeengekomen CO2-reducties een beperkt aantal certificaten, die recht geven om één ton koolstof te verbranden. Deze vergunningen kunnen op hun beurt op een internationale beurs volgens het marktmechanisme verhandeld worden. Licht professor Paul Koutstaal ( Universiteit van Groningen) toe: “De overheid kan de rechten volgens een eigen verdeelsleutel gratis uitdelen met een absoluut plafond voor de energie-intensieve sectoren, wat het voorstel politiek meer haalbaar maakt dan welke energiebelasting ook. De controle blijft dan beperkt tot de importeurs en de producenten van fossiele brandstoffen.”
De oude kritiek dat de VER een handel in gebakken lucht is, lijkt weerlegd. Johan Eyckmans, medewerker van het Centrum voor Economische Studiën aan de KU Leuven: “Deze visie gaat voorbij aan het feit dat de emissierechten ook daadwerkelijk tot een vermindering van de broeikasgassen leiden. Of de reducties nu in België, Vuurland of Siberië plaatsvinden, maakt voor het klimaat geen verschil uit. Het netto-effect van de VER voor het milieu is nul. Bovendien is handel in zuivere lucht geen privilege voor de rijken, maar een voorbeeld van fair trade. In het Kyoto Protocol winnen de armen ook. Door de rechten zo te verdelen dat de ontwikkelingslanden of het voormalige Oostblok meer vergunningen krijgen, winnen ze dubbel. Omdat ze niet zelf moeten reduceren en omdat ze goedkope reducties met winst kunnen verkopen. Ten slotte verminderen de VER de kostprijs voor het Kyoto Protocol met meer dan een kwart. Zonder dit systeem zou België tussen 50 en 150 miljard frank moeten ophoesten om zijn doelstellingen te halen.”
ERIC POMPEN
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier