Fragiel Brazilië

De Braziliaanse beurs heeft zich de afgelopen twee maanden fors hersteld. Toch staat het land nog altijd voor grote uitdagingen. Die kan het niet alleen oplossen door de twee grootste sportevenementen ter wereld te organiseren.

Terwijl Brazilië zich opmaakt voor het Wereldkampioenschap Voetbal, beleeft het land sombere economische tijden, die grote vertragingen op de stadionwerven veroorzaken. Zelfs het stadion waar over een maand de openingswedstrijd wordt gespeeld, is nog niet volledig klaar. De afgelopen weken heeft de beurs van São Paulo geprobeerd die zorgen van zich af te schudden. Tussen half maart en half mei is de Bovespa-index in de hoogte geschoten met ruim 20 procent.

Big Mac-index

Een van de factoren die aan de basis liggen van de sterke prestatie van de groeimarkten in de voorbije twee maanden is de weerstand die de opkomende valuta’s bieden tegen de tapering van de Amerikaanse Federal Reserve (Fed). De aankondiging dat de Fed zijn monetaire steun zou afbouwen, had geleid tot een sterke terugval van die markten. Normaal gesproken zou de Amerikaanse rente door de tapering moeten stijgen, wat beleggers ertoe zou aanzetten hun kapitaal te repatriëren, aangezien de beleggingsvoorwaarden dan aantrekkelijker worden in de Verenigde Staten. Maar gezien de tekorten op hun lopende rekening en doordat geïmporteerde — en vaak primaire — goederen duurder worden, hebben landen als Brazilië en India behoefte aan die fondsen om hun munt in evenwicht te houden en een stijging van de inflatie te voorkomen.

Na het recente herstel van de beurs moeten beleggers zich nu buigen over de fundamenten van de opkomende landen, en die van Brazilië in het bijzonder. De waardering is ontegensprekelijk positief: de koers-winstverhouding van de Bo-vespa-index bedraagt de helft van de S&P500, de referentie-index op Wall Street.

Met de organisatie van het Wereldkampioenschap Voetbal dit jaar en de Olympische Spelen in 2016 mag de Braziliaanse economie hopen op een boost. De economen van JP Morgan Chase wijzen op het herstel van de indicator van de verwerkende industrie sinds begin dit jaar. Ze onderstrepen ook dat de opkomende landen over het algemeen robuuster lijken dan tijdens de crisissen van de jaren negentig, vooral door hun ruimere deviezenreserves. In 2013 heeft Brazilië zijn reserves maar weinig aangesproken, terwijl de Braziliaanse real volgens de Big Mac-index — een internationale vergelijking van de prijs van de beroemde hamburger — nog maar een zeer beperkte overwaardering vertoont tegenover de dollar.

Hollandse ziekte

Maar de uitdagingen voor Brazilië blijven groot. In de eerste plaats moet het land een oplossing vinden voor de daling van zijn primaire saldo — het verschil tussen de inkomsten en de uitgaven van de overheid, exclusief rentelasten. Dat is in januari teruggevallen tot 1,7 procent van het bruto binnenlands product (bbp), tegenover een doelstelling van 3,2 procent voor 2013. Het heeft de overheid ertoe aangezet de belasting op bier voor de start van het Wereldkampioenschap te verhogen.

Standard & Poor’s heeft de rating van het land verlaagd. Die rating is momenteel BBB-, de laatste stap voordat het land in de rommelcategorie belandt. Dat verschil is belangrijk, aangezien veel fondsen verplicht zijn rommelobligaties in hun portefeuille te beperken of te vermijden. Brazilië heeft in principe een beheersbare schuld van 58,5 procent van het bbp, maar het heeft hoge rentelasten. De Braziliaanse centrale bank zag zich genoodzaakt haar basisrente te verhogen naar 11 procent om de depreciatie van de real door de massale kapitaaluitstroom in te dijken.

De analisten van Morgan Stanley wijzen er overigens op dat “Rusland en Brazilië nog een remedie moeten vinden voor de Hollandse ziekte (de daling van de economische productie na de groei van ontginningsactiviteiten, nvdr), tenzij ze kunnen rekenen op een herstel van de grondstoffenprijzen. Maar dat is weinig waarschijnlijk, gezien de sterke conjunctuurvertraging in China.” Uit de cijfers van JP Morgan Chase blijkt bovendien dat Brazilië het opkomende land is dat het minst profiteert van het economische herstel in Europa, Noord-Amerika en Japan. De specialisten van de Amerikaanse bank verwachten dat Brazilië in de volgende twee jaar een zwakke groei van 1 à 2 procent haalt, tegenover nog 7,5 procent in 2010.

Financiële stabiliteit

Brazilië is het opkomende land waarvan de buitenlandse schulden op korte termijn het grootst zijn in vergelijking tot zijn deviezenreserves. De ratio bedraagt 145 procent, Turkije volgt als tweede met 97 procent. Het land is dus kwetsbaar voor elke monetaire schok, temeer omdat het tekort op zijn lopende rekening — het saldo van de betalingen aan en de inkomsten uit het buitenland — blijft stijgen. Daarmee bewijst Brazilië dat het terecht behoort tot de club van de ‘fragile five’, naast India, Turkije, Indonesië en Zuid-Afrika.

JP Morgan Chase wijst ook op een gebrek aan politieke wil om hervormingen door te voeren. Die bereidheid wordt zelfs nog kleiner, naarmate de verkiezingen van oktober naderen. Zo heeft de overheid beslist de stijging van de elektriciteitskosten door een grote droogte op zich te nemen. Het gros van de Braziliaanse elektriciteit wordt opgewekt met waterkracht.

Korte termijn

Veel adviseurs schrijven Brazilië mooie kwaliteiten toe, maar het is belangrijk voorzichtig te blijven. Het herstel op korte termijn gaat gepaard met verontrustende vooruitzichten op middellange termijn. In die moeilijke omstandigheden kan de beurs van São Paulo nog onaangename verrassingen in petto hebben, temeer omdat de twee zwaargewichten van de Bovespa-index niet echt blijk geven van een goede vorm.

Zo heeft de mijnbouwgroep Vale aangekondigd dat de verkoopprijs van ijzererts — zijn belangrijkste bron van inkomsten — in het eerste kwartaal is gedaald met 19 procent. De ijzerertsmarkt is volgens een van de bestuurders gekanteld en het aanbod overstijgt de vraag. Petrobras wordt geconfronteerd met de dure ontwikkeling van zijn offshore-olievelden, die zijn schulden hebben doen oplopen tot meer dan 100 miljard dollar. De autoriteiten gebruiken de groep om de brandstofkosten te subsidiëren, wat het bedrijf sinds 2011 al ongeveer 40 miljard dollar heeft gekost.

De meest onverschrokken beleggers kunnen hun gading vinden in ProShares UltraShort MSCI Brazil, een ETF met een hefboom van -2 tegenover de MSCI Brazil-index, die in vergelijking met de Bovespa minder is blootgesteld aan Vale en Petrobras. Door het hefboomeffect is het echter een belegging die alleen bestemd is voor de korte termijn. Op lange periode zal de volatiliteit de waarde aantasten.

Wij raden ook aan voorzichtig te zijn met aandelen die sterk zijn blootgesteld aan Brazilië, zoals AB InBev. De grootste brouwer ter wereld heeft er twee derde van de biermarkt in het land in handen. De groep moet kunnen profiteren van het WK-effect en van de massale toestroom van toeristen, maar daartegenover staat dat de lokale consumptie mogelijk te lijden krijgt onder de verhoging van de belastingen.

CÉDRIC BOITTE

De koers-winstverhouding van de Bovespa-index bedraagt de helft van de S&P500.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content