Fabrieken voor verbeelding, creatie en innovatie
Onder het goedkeurende oog van onze premier zijn in het Paleis voor Schone Kunsten twee tentoonstellingen geopend die vijf eeuwen kunstgeschiedenis overbruggen. We kozen ervoor om beide circuits in elkaar te laten overlopen. Lucas Cranach de oudere (1472-1553) en Wim Delvoye de jongere (1965), hun beeldentaal en hun zakelijke houding sluiten naadloos bij elkaar aan.
Nadat je de vervormde Christusfiguren van Delvoye hebt gezien, beelden die het lijden ruimtelijk rekken, kijk je anders aan tegen de kruisingen bij Cranach. De uiterst fysieke, maar ook afstandelijke schilderijen van Cranach – een coole Judith die het bebloede hoofd van Holofernes onder haar handpalm houdt, een haast extatische Lucretia die een dolk onder haar priemende borsten plant – spiegelen zich in de klinisch-pornografische glasramen die Wim Delvoye verwerkte in een kapel uit staal.
Cranach en Delvoye, twee kunstenaars die van zaken weten. Ze maken niet alleen beelden, ze runnen een business. Cranach rationaliseerde zijn schilderijen- en prentenfabriek. Hij was een van de eerste kunstenaars die zijn werk signeerde met een merkteken: een kronkelend slangetje.
Delvoye staat aan het hoofd van een kmo die verscheidene productielijnen tegelijk uittest, modellen bijstelt en in de markt plaatst. Van zijn naam maakte Wim Delvoye een logo à la Walt Disney, met wie hij niet alleen de initialen, maar ook een fascinatie voor sprookjeskastelen deelt. Voor zijn bekendste productielijn, de kakmachines of Cloaca, ontwikkelde Delvoye een hele batterij logo’s die flirten met sterke merken als Mister Proper, Channel N°5, Ford en Durex.
Tussen 1510 en 2010 stond de klok niet stil. Een opeenvolging van religieuze, politieke en industriële revoluties en crisissen scheiden de kunstenaars uit Wittenberg en Gent. Cranach en zijn assistenten maakten nog ambachtelijk werk voor kerkelijke en politieke opdrachtgevers. De studio Delvoye integreert the state of the arttechnieken uit de industrie en doet een beroep op computerprogramma’s, technici en andere specialisten. Delvoyes wervelwindsculpturen waren voor het digitale tijdperk simpelweg ondenkbaar en onuitvoerbaar.
Net als Andy Warhol het hem voordeed, past Wim Delvoye de logica van industrie en ondernemerschap toe op de kunstwereld. Maar hoe zit het met de omgekeerde beweging? Laten captains of industry zich in tijden van crisis voldoende inspireren door de creativiteit van kunstenaars?
De jongste jaren zetten de Europese instellingen sterk in op Cultural and Creative Industries (CCI’s). Tal van studies legden het economisch potentieel van de culturele en creatieve industrieën bloot: ze dragen bij tot 2,6 procent van het bbp van de EU en stellen meer dan 5 miljoen mensen te werk. Facts and figures waar de Europese Commissie graag mee uitpakt in het Groenboek Het potentieel van culturele en creatieve industrieën vrijmaken.
Om dit potentieel efficiënt aan te boren, zou de liefde wel van twee kanten moeten komen. Tussen 2007 en 2013 zal de EU 147 miljard euro investeren in ICT. In diezelfde periode heeft de EU minder dan 3 miljard veil om het potentieel van de CCI’s aan te spreken… By the way, stoelt het succesverhaal van Apple net niet op een culturele kijk op creativiteit? Onder het motto think different steken ze menige Aziatische en Europese concurrent de loef af.
Terug naar het Groenboek: “Voor Europa en andere delen van de wereld betekende de snelle introductie van nieuwe technologieën en de stijgende mondialisering een drastische overstap van de traditionele verwerkende industrie naar diensten en innovatie. Fabrieken worden langzaam vervangen door creatieve gemeenschappen die hun vermogen om te verbeelden, te creëren en te innoveren als bouwsteen gebruiken.”
Autofabrikant BMW bleef niet bij de pakken zitten. In Leipzig ontwierp toparchitecte Zaha Hadid het hoofdgebouw. Fabrieken ogen als musea. Hadids gebouw straalt niet langer industrieel bandwerk uit, maar de kracht van design en verbeelding. Met de definitieve sluiting van de Opel-Antwerpen staan straks heel wat vierkante meters braak voor een op kennis, creativiteit en cultuur gestoelde economie.
Paul Dujardin, Directeur-generaal van het Paleis voor Schone Kunsten
Net als Andy Warhol het hem voordeed, past Wim Delvoye de logica van industrie en ondernemerschap toe op de kunstwereld.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier