‘Europa is niet perfect, maar we hebben geen andere keuze’

De kromming van komkommers of de grootte van douchekoppen: de EU moet ophouden zich met alles te bemoeien, vindt Rudy Aernoudt. De eeuwige rebel en gewezen Vlaams topambtenaar voelt zich in zijn sas aan de Europese top, maar ziet ook de gebreken. “Europa heeft een sterke leider nodig, met een sterk programma, niet het pompierswerk dat we nu gehad hebben.”

Na afloop van het interview haalt Rudy Aernoudt nog vlug een boek uit zijn kast, en geeft het mee als geschenk. Het is De Duivelszak, een roman die hij in 2012 publiceerde. “Een roman schrijven, het is iets wat ik eens wou doen”, zegt hij.

Bij mensen als Aernoudt is de vraag veeleer wat ze in hun leven nog niet gedaan hebben. Academicus, weldoener, oproermaker, politicus: Aernoudt is het, of is het minstens geweest. Hij is professor aan twee universiteiten. Hij leidde One Laptop Per Child Europe, dat kinderen in arme landen aan goedkope laptops of tablets helpt. Hij diende een klacht in tegen een minister bij wie hij nog kabinetschef was geweest (zie Belhamel op rust). Hij kreeg de bons als Vlaams topambtenaar wegens kritiek op de Vlaamse regering. En hij richtte als Vlaming een Franstalige politieke partij op, LiDé. “Ik wou aantonen dat het onderscheid tussen Vlamingen en Walen geen steek houdt.”

Vandaag is Aernoudt kabinetschef van Henri Malosse, de voorzitter van het EESC of het Europees Economisch en Sociaal Comité. Het is het EU-orgaan dat vakbonden, werkgevers en andere middenveldorganisaties vertegenwoordigt, en beleidsadviezen verstrekt aan de andere Europese instellingen.

Aernoudt zou Aernoudt niet zijn als hij er geen leven in de brouwerij bracht. Het EESC zit in hetzelfde gebouw als het Comité van de Regio’s, dat de lokale en regionale overheden van de lidstaten vertegenwoordigt bij de EU. En vanuit zijn bureau kijkt Aernoudt recht op het Europees Parlement. “Met z’n drieën hebben we gezegd: wij vormen samen de democratische pijler van de EU. Dat betekent ook dat we gaan rationaliseren. Als ik naar de secretaris-generaal van het Europees Parlement ga, moet ik opnieuw de veiligheidscontrole passeren. We sloten een akkoord om te besparen op veiligheidsdiensten, zodat we vlotter bij elkaar geraken. De vertaaldiensten hebben we al zwaar afgeslankt. We richten ook een gezamenlijk documentatiecentrum op voor al onze mensen, want ze zitten vandaag te vaak in de handen van lobbyisten.”

De Europese bureaucratie die zichzelf beter en efficiënter doet werken, het kan dus. Kan de EU ook in de buitenwereld het verschil maken, uit zichzelf? De bankenunie kwam er alleen omdat het niet veel anders kon.

RUDY AERNOUDT. “De EU zou het verschil maken als ze zich zou focussen. Noem eens één domein dat niet door Europa wordt aangeraakt. Dat bestaat bijna niet meer. De kromming van de komkommers, de grootte van de douchekoppen, de richting van glijbanen: de EU houdt er zich allemaal mee bezig. Wie alles doet, kan niet alles goed doen.

“Ik was onlangs in Letland, sinds 2004 lid van de EU. Zegt een jongere daar tegen mij: ‘Wat heeft het lidmaatschap voor ons veranderd? Niet veel. Vroeger was het Moskou, en nu is het Brussel.’ Als samenvatting kan dat tellen.

“Brussel mag geen Moskou bis zijn. Net zoals zestig jaar geleden moet Europa zich opnieuw de basisvraag stellen: wat doen we beter samen, en wat niet? De EU is begonnen met de gezamenlijke bevoorrading van kolen en staal, voor de heropbouw na de Tweede Wereldoorlog. Wat doen we vandaag beter samen? Het bankentoezicht bijvoorbeeld, en ook het energiebeleid. De Europeanen zouden als een blok moeten onderhandelen met de Russen over gasleveringen. Een nationale reflex in zo’n strategische domeinen heeft toch geen zin?

“Ook in het industriële beleid heb je nog die nationale reflex. Als een autoproducent gaat sluiten, zeggen de Duitsers: ‘Niet bij ons’, zeggen de Fransen: ‘Niet bij ons’, en zeggen de Belgen: ‘Niet bij ons.’ Stop daarmee, de EU is één markt. Als we samenwerken, staan we sterker tegenover bijvoorbeeld de Chinese autoproducenten.”

U bent nog secretaris-generaal geweest in de Vlaamse administratie, en was kabinetschef van Vlaamse, Waalse en federale ministers. Wat zijn de verschillen met het Europese politieke bedrijf?

AERNOUDT. “Het grote verschil is de pers. De deadline voor een Vlaams, Waals of federaal kabinet is de krant van morgen, of het internet binnen een uur. Een minister in België wordt gek van een negatief artikel in de pers. Europa voelt de hete adem van de pers veel minder, zodat je op lange termijn kunt werken.

“Het tweede verschil zijn de partijpolitieke spelletjes. Neem bijvoorbeeld de Vlaamse politiek, waar ik tot de liberalen behoorde. Als wij onze visie wilden doordrukken over een thema, dan keken we hoe we de sp.a en de CD&V een hak konden zetten. Of omgekeerd, als de andere partijen gescoord hadden, dan moesten wij ook met iets op de proppen komen.

“Hier dat speelt dat allemaal niet. Ik heb als liberaal nog gewerkt voor gewezen Europees commissaris Erkki Liikanen, een sociaaldemocraat, wars van alle partijpolitiek. Het is nog een reden waarom Europa op lange termijn kan werken.”

Soms is die lange termijn wel erg lang. Het Europees patent bijvoorbeeld heeft dertig jaar gesteggel gekost.

AERNOUDT. “De meeste Europese instellingen waren gewonnen voor patentaanvragen in het Engels. Dat beperkt de vertaalkosten en de rompslomp. Een groep parlementairen bleef echter patentaanvragen eisen in de taal van de lidstaat waar het bedrijf gevestigd is, en dat zorgde mee voor de vertraging. Ik ben een grote voorstander van culturele autonomie, ik vind dat we onze talen moeten verdedigen. Maar wees pragmatisch. Geen enkele burger ligt er wakker van dat een nieuw medicijn van Janssen Pharmaceutica in het Engels gepatenteerd wordt, zolang de bijsluiter maar in het Nederlands is.”

We leren het maar niet, Europeaan zijn.

AERNOUDT. “Sedert het Verdrag van Rome in 1957 hebben we geen grenzen meer, maar mensen denken nog altijd in termen van natiestaten. Als je dat uit de hoofden van de mensen kon halen, geef ik jou onmiddellijk honderden besparingen. Een Europees leger kan bijvoorbeeld hetzelfde doen als de 28 legers van de lidstaten tegen de helft van de prijs. Is het nodig dat alle 28 lidstaten een ambassade hebben in Peru, Israël of zelfs Rusland? Kunnen we niet volstaan met één Europese ambassade? Bereken maar wat het opbrengt: 27 ambassadeurs, 27 chauffeurs en 27 ambassades minder.”

Krijgen we ooit wel een United States of Europe? De verschillen tussen een New Yorker en een Texaan mogen dan groot zijn, die tussen een Fin en een Italiaan zijn veel groter.

AERNOUDT. “Daarmee ga ik totaal niet akkoord. De Amerikanen hebben allemaal de dollar, die geen onderscheid maakt tussen een New Yorker en een Texaan. Ook de euro ziet geen verschil tussen een Fin en een Italiaan. Een eengemaakte munt, een Europees leger, of de gezamenlijke aankoop van aardgas staan culturele diversiteit niet in weg. Je moet van een Fin geen Italiaan willen maken. Die veelzijdigheid is precies onze Europese identiteit.”

Voor een sterk Europa zijn leiders met charisma en gezag nodig. Die zijn vandaag ver te zoeken in de EU.

AERNOUDT. “De gewezen Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger zei het veertig jaar geleden al: ‘Als ik met Europa wil spreken, wie moet ik dan bellen?’ Wie zou hij vandaag moeten bellen? Commissievoorzitter José Barroso? Parlementsvoorzitter Martin Schulz? Of Herman Van Rompuy, voorzitter van de Raad van staatshoofden en regeringsleiders? Dat is het drama van Europa.

“Er moet één baas zijn, de voorzitter van de Europese Commissie. En hij mag geen marionet zijn van de Raad. Europa heeft een sterke leider nodig, met een sterk programma, niet het pompierswerk dat we nu gehad hebben. Dan zou je ook minder mensen van tweede garnituur aantrekken in de EU.”

Zijn Europese leiders van tweede garnituur niet de bedoeling? De grote lidstaten maken de feitelijke dienst uit in EU. Zij hebben geen belang bij een sterke Commissievoorzitter.

AERNOUDT. “Vandaag zijn Commissievoorzitters gewezen premiers van lidstaten en kunnen ze dus geen eigen koers varen. Ik ben een groot pleitbezorger van de rechtstreekse verkiezing van de Commissievoorzitter. Nu kies jij voor een Vlaamse kandidaat voor het Europees Parlement, en heeft de Raad van staatshoofden en regeringsleiders het laatste woord over de aanstelling van de Commissievoorzitter. De Raad moet enkel rekening houden met het verkiezingsresultaat, niet meer. Het is zo ingewikkeld dat mensen er zich niet in terugvinden.

“Hou het eenvoudig en stel de kiezer de vraag: wie wil jij als grote baas van Europa? Zorg voor pan-Europese lijsten, zodat elke EU-burger voor dezelfde man of vrouw kan kiezen. De Amerikanen kiezen hun president toch ook rechtstreeks? Vandaag belt president Barack Obama naar de Duitse bondskanselier Angela Merkel over de crisis in Oekraïne. De Amerikaanse president dient een echte Europese evenknie te bellen: iemand die door alle Europese burgers rechtstreeks verkozen is.”

Als iedere eurocraat zo’n klare taal zou spreken, komt het misschien nog goed met Europa.

AERNOUDT. “Waarom is Europa niet sexy? Niemand houdt van een geglobaliseerde wereld. Mensen hebben de neiging op zichzelf terug te plooien. Maar de bevolking van een aparte lidstaat weegt niks op wereldschaal, zeker niet met de opkomst van nieuwe machten als China en India. Europa is niet perfect, maar we hebben geen andere keuze.

“Het is moeilijk om Europa aan de man te brengen. In de media zie je weinig inspirerende debatten. Daar gaat het meestal over dingen als ruzies rond het lijsttrekkerschap. Klare taal over Europa zou al veel helpen. Jean Monnet, een van de vaders van de EU, legde elke tekst van zijn administratie voor aan zijn chauffeur. Als zijn chauffeur de tekst niet begreep, zond Monnet het document terug naar zijn administratie.”

JOZEF VANGELDER, FOTOGRAFIE DEBBY TERMONIA

“Europa heeft een sterke leider nodig, met een sterk programma, niet het pompierswerk dat we nu gehad hebben”

“Europa moet zich opnieuw de basisvraag stellen: wat doen we beter samen, en wat niet?”

“De EU is één markt. Als we samenwerken, staan we sterker tegenover de Chinese autoproducenten”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content