Eric Kirsch (63) ‘Op de voorgrond treden zou ongepast zijn geweest’
Eric Kirsch is een van de Toshiba-boys die aan het einde van de jaren tachtig de financieringswet ineenstak. Meer dan een jaar geleden werd de bolleboos kabinetschef van Yves Leterme (CD&V). Amper in functie viel de regering. Sindsdien leeft Kirsch elke dag in de virtuele wereld van lopende zaken. “Toch blijft het een aangename ervaring”, zegt hij. “Als secretaris van de ministerraad zit ik letterlijk en figuurlijk in de kern van het politieke beslissingscentrum. Ik ben nauw betrokken bij de agenda van de ministerraad. Weinig mensen volgen zoals ik het beleid over de partijgrenzen heen. Dat is ook zo in lopende zaken.”
TRENDS. Met de val van de regering eind april kwam u relatief snel na uw aantreden in een vreemde situatie terecht.
ERIC KIRSCH. “Niet alleen door de val van de regering en de verkiezingen, maar door de enorm lange formatie. Een uitzonderlijke situatie in onze politieke geschiedenis. Kwam er nog bij dat België in de tweede helft van 2010 het Europees voorzitterschap moest waarnemen. Positief was wel dat er bij alle onderhandelende partijen een consensus bestond om dit alle kansen te geven. De rol van België werd toen ook positief geëvalueerd.”
Een andere uitdaging was het begrotingstraject dat de regering in opdracht van Europa moest uittekenen. Was dat niet wat in het ijle werken? Hoe kan een regering in lopende zaken een budgettair beleid voeren?
KIRSCH. “We werkten met voorlopige twaalfden. Dat begon na een tijd wel een probleem te vormen. Want dat systeem is niet ingevoerd voor lange periodes. Zeker sinds het begin van de jaren negentig, toen over een begroting in haar geheel gestemd werd. Vroeger verliep de stemming departement per departement. Dan gebeurde het weleens dat het driekwart van een jaar duurde voor een begroting werd goedgekeurd. Maar die tijd is voorbij.
“Ik vind het een goede zaak dat we toch een geloofwaardige begroting voor 2011 hebben opgesteld. Het was de gulden middenweg waarbij we rekening konden houden met de positieve conjunctuur en toch niet buiten de regering van lopende zaken konden stappen.”
U bent een van de architecten van de financieringswet van 1988. Tijdens de voorbije formatie werden verschillende nieuwe voorstellen gelanceerd. Nooit zin gehad om u in dat debat te mengen? Of mocht u niet?
KIRSCH. “Ik heb mijn eigen voorstel om een belangrijk deel van de personenbelasting over te hevelen naar de deelstaten uitgelegd aan de studenten van de Gentse professor Carl Devos. Meer kon ik in dit dossier om verschillende redenen niet naar buiten treden. Yves Leterme is in deze formatie nooit aan zet geweest. Ik zou het ongepast vinden als een kabinetschef dan op de voorgrond treedt. De financieringswet is ook een van de neteligste discussies voor de toekomst van ons land. En het gros van mijn tijd gaat naar mijn rol als secretaris van de ministerraad. Zoals al gezegd moet je dan over de partijgrenzen heen werken.”
De regering in lopende zaken moest ook het interprofessioneel akkoord tussen vakbonden en werkgevers bijsturen. Hoe hebt u dat ervaren?
KIRSCH. “Ik zat niet op de eerste rij. Dat was eerder het werk van de sociaaleconomische adviseurs. Yves Leterme heeft zich in dit dossier persoonlijk zeer ver geëngageerd. Via de vele contacten die hij heeft gehad, is de regering uiteindelijk zelf met een ontwerpakkoord gekomen dat door het parlement werd goedgekeurd.
A.M.
” Voor het interprofessioneel akkoord heeft Yves Leterme zich persoonlijk zeer ver geëngageerd”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier