Eric De Keuleneer
Het kantoor van Eric De Keuleneer, topman van het Centraal Bureau voor Hypothecair Krediet, is niet echt groot. Het werkblad van zijn bureau daarentegen is zo breed dat hij rechtstaand voorover moet buigen om aan de achterste stapel papieren, formulieren en tijdschriften te kunnen.
Als hij weer gaat zitten, veert zijn groene lederen directiestoel met een plofje mee. Achter hem, rechts van de kapstok waarop zijn baret en wollen mantel hangen, kleurt een kubistisch werk van Jo Delahaut de muur. Eric De Keuleneer, gedelegeerd bestuurder van het Centaal Bureau voor Hypothecair Krediet (CBHK), zegt bewust voor een klein kantoor te hebben gekozen.
“Dat past beter bij wie ik ben en hoe ik denk. Wat niet wil zeggen dat ik niet van ruimte houd. Heel erg zelfs. De deur van mijn kantoor staat altijd open. Omdat ik anders last krijg van claustrofobie. Ik moet mensen heen en weer zien wandelen, geluiden horen, weten dat er buiten deze vier muren nog leven is. Zo open ik ook graag het raam. Omdat ik aan de achterkant zit, valt de geluidshinder gelukkig nog mee. En neem de vergaderruimte. Die ligt vlak naast mijn kantoor. Iedereen die naar die zaal wandelt, moet voorbij mijn deur. Het is mijn manier om de eenzaamheid een beetje op afstand te houden. Want dat is toch een feit waar vrijwel elke bedrijfsleider mee te maken krijgt, denk ik, dat hij in zijn hoge positie het gevaar loopt eenzaam te worden. Ik doe er dus alles aan om dat euvel te voorkomen.”
De Keuleneer wandelt ook graag rond. Beetje rondkijken, praatje slaan. “Misschien daarom dat ik nog altijd les geef aan de Université Libre de Bruxelles ( ULB); omdat het contact met de studenten je verplicht met de voeten op de grond te blijven. Je leert van hen, en zij dwingen jou om systematisch te studeren. Inderdaad. Die stapels syllabi in mijn kast; dat zijn werken van m’n studenten.”
Liefde voor de stad
Ooit behoorde de Wetstraat tot de mooiste straten van Brussel. Totdat ergens halverwege de jaren zestig het ene huis na het andere werd gesloopt om plaats te ruimen voor grote kantoorgebouwen. Die kantoorgebouwen staan er vandaag nog. De Keuleneer: “Als het van projectontwikkelaars zou afhangen, werd alles hier weer opnieuw met de grond gelijk gemaakt. Dat kan toch niet. Want is dat het dynamisme van een bedrijf dat van zijn stad houdt? Om de zoveel jaar naar een moderne buurt verhuizen? Moeten wij nu naar de Noordwijk of naar Schaarbeek station om te bewijzen dat we bestaan? Neen toch. Ik vind dat wij de ruimte die er is, zo goed mogelijk moeten afstemmen op de menselijke behoeften. Het heeft toch totaal geen zin om de Wetstraat te laten verpauperen en ons heil te gaan zoeken in een buurt die zogezegd in is? Daarom hebben wij deze wat ouderwetse kantoren met weinig middelen weer een vleugje eigentijdsheid gegeven. Het parket is geschuurd, er kwamen dubbele ramen, overal hangen strakke gordijnen, de verlichting werd aangepast… Omdat duurzaamheid een deugd is, en een stad respect verdient.”
Vandaag is de hoofdzetel van het Centaal Bureau voor Hypothecair Krediet een van de enige bedrijfspanden met een toegang via de Wetstraat. Een gelijkvloerse verdieping die níet leeg staat, vormt in deze belangrijke Brusselse straat een grote uitzondering.
Eén en al kantoorgebouw
“De Wetstraat is geen locatie van eerste keuze meer. Dat komt door het mensonvriendelijke verkeer, door de veel te smalle trottoirs die maken dat zelfs twee voetgangers elkaar niet kunnen kruisen zonder het gevaar te lopen elkaar letterlijk op de tenen te trappen, door het feit dat de auto en de vrachtwagen meer terrein winnen en de mens terrein verliest. De hele Wetstraat is één en al kantoorgebouw. Nergens wonen nog mensen; op hier en daar een conciërge na. Terwijl dit het hart van de stad is. Op een boogscheut van het koninklijk paleis, met een prachtig park voor de deur. Van alle werknemers die elke dag naar de Wetstraat komen, baalt een groot deel van de verkeersdrukte, het gebrek aan parkeerplaats, het lawaai, de stank en het voortdurend gevaar omver gereden te worden. Ik overdrijf natuurlijk een beetje, maar niet veel. We zijn niet voor niets van start gegaan met een wijkcomité dat pleit voor een leefbare Wetstraat. In dat comité zit onder meer een aantal eigenaren van kantoorgebouwen in de Wetstraat. TotalFinaElf, Fortis, de Europese Commissie ook. Samen pleiten wij voor een echte stadsstraat. Een straat waar weer mensen wonen en waar werknemers tevreden kunnen zijn. Een stad ook waar onze bedrijfsgebouwen weer in waarde stijgen, want de drijfveer van dat economisch belang mag je niet onderschatten. En jazeker, het ziet ernaar uit dat we langzaam vooruitgang boeken. Geloof me. Nog even, en de Wetstraat beantwoordt weer helemaal aan al haar rechten en plichten.”
margot vanderstraeten
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier