Empain-Schneider. De vloek van de farao

Ging het imperium van de familie Empain tenonder aan een ordinaire familieruzie ?

Of speelden andere krachten, zoals de Franse geheime diensten, een rol ?

Na het uiteenvallen van het Belgische imperium Empain in het begin van de jaren tachtig, heeft zowat iedereen die ermee in aanraking kwam, er zijn handen aan verbrand.

De Westvlaamse zakenman Leo Van Tuyckom kwam met de NCMV-holding Electrorail (ex-Empain) in het vaarwater van minder onbesproken figuren als Leon Deferm. Deferm vervult niet alleen een prominente rol in het Agusta-verhaal, maar behoorde (samen met Baron Edouard-Jean Empain overigens) ook tot het milieu rond de schimmige zakenman (onder meer wapenhandelaar) Faidor Félix Przedborski. Het Brugse stadsbestuur raakte met het hotelprojekt ‘t Pandreitje en de betrokken vastgoedonderneming Imsay ei zo na verwikkeld in het netwerk rond Giancarlo Paretti, de zakenman met “Italiaanse konnekties” die in 1987 poogde Electrorail over te nemen. Enkele jaren later voelde de Napolitaanse maffia zich geroepen hetzelfde te doen. En Didier Pineau-Valencienne, in april ’93 door de Franse pers uitgeroepen tot L’honnête homme de l’industrie française, kwam twee maanden later in de Belgische nor terecht wegens aandelentransakties rond Cofibel en Cofimines. Samen met de Fransman werd Valentino Foti gearresteerd. Diens holding Fimo nam ooit de gewezen Empain-tussenholding PB Finance over en werd genoemd als witwasmachine van de Cosa Nostra.

FAMILIERUZIE.

Hoe kon de derde grootste holding in Frankrijk (na Paribas en Suez) op twintig jaar tijd aan zo’n einde komen ? Volgens een nazaat van stamvader Edouard Louis-Joseph Empain (1852-1929) is het verdwijnen van de groep “het gevolg van een resem familieruzies”.

Deze Empain, technisch tekenaar, creëerde een internationale toponderneming aktief van Rusland tot Argentinië op het vlak van (tram)vervoer en elektrifikatie. Zo werd de metro van Parijs gefinancierd met aandelen, verspreid door Banque Empain, en gebouwd door andere filialen zoals Acec.

Empain kreeg steun (en een baronstitel) van Leopold II omdat hij, niet de Société Générale bijvoorbeeld, behoorde tot de pioniers van de Belgische koloniale expansie.

Ook deed Empain gefascineerd door het land van de farao’s in het midden van de Egyptische woestijn de miljoenenstad Heliopolis herrijzen op de plaats van het mytische Baälbek. Hij ligt er begraven in het familiemausoleum van “zijn” basiliek.

Na zijn dood rezen er moeilijkheden tussen zijn jonge (na het huwelijk gewettigde) zonen Jean (1902-’46) en Louis (1908-’76). De laatste trok zich na een tijd terug uit de familieholding Electrorail.

Na Jeans dood huwde zijn Amerikaanse weduwe, een gewezen naaktdanseres, met Edouard François Empain (1914-’84), de oom van hun negenjarig zoontje Edouard-Jean (1937), om het uiteenvallen van de groep te beletten. Deze laatste bouwde een (nog bestaande) doolhof van vennootschappen rond de groep met het doel die zo in te palmen.

De jonge “Wado” Empain verijdelde de coup in de jaren vijftig. Hij kon ook het Franse Schneider en Framatome overnemen (1973). Dit tot woede van het Franse establishment. Framatome was immers de grootste atoombouwer van Europa. Empain weigerde, ondanks de druk van president Valéry Giscard d’Estaing, de Franse nationaliteit. “Toen Wado van de trap van het Elysée afdaalde, kruiste hij Didier Pineau-Valencienne, die hem werd opgedrongen als direkteur-generaal van zijn groep, ” aldus een ex-medewerker van de baron.

KOMPLOT ?

Over de ondergang van het herdoopte Empain-Schneider doen vreemde verhalen de ronde. Sommigen noemen de gokwoede van de baron, die ettelijke miljarden van zijn vroegere fortuin (ooit op 5 miljard frank geschat) zou hebben verspeeld, de hoofdoorzaak van de mislukkig. Maar één tesis, onder meer van gewezen Empain-medewerkers, een familielid en een Brusselse rechter, spreekt van een “komplot van de Franse geheime dienst om de groep over te nemen”. Volgens een intimus zou de ontvoering van de baron (1978) zijn opgezet “om hem en zijn groep te destabilizeren”.

Vast staat dat de overname van Empain-Schneider in 1981 (omzet : 300 miljard frank) door een konglomeraat rond Paribas werd gepland door Gérard Eskénazy (Paribas) en zijn boezemvriend Didier Pineau-Valencienne, in Frankrijk gemeenzaam DPV genoemd. DPV (“Atilla” volgens de baron) werkte toen bij Rhône-Poulenc onder Jean Gandois. (Gandois speelt volgens het dagblad Libération een sleutelrol bij de Franse ekonomische spionage. Ook bemiddelde hij bij de Belgische overheden om het aanhoudingsmandaat tegen DPV op te heffen.)

Wat te denken van de komplotteorie ? Een intimus van de baron : “De kernmacht is voor Frankrijk een erezaak, zoals de huidige commotie rond de atoomproeven bewijst. Voor een staat die er niet voor terugdeinst een Greenpeace-schip op te blazen, is zo’n operatie-Empain peanuts. “

HBR

“WADO” EMPAIN BIJ EEN TENNISMATCH Werd zijn ontvoering opgezet door de Franse geheime dienst ?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content