Een vliegende start-up

De drie jonge entrepreneurs van Gatewing koppelen bescheidenheid aan branie. Hun onbemande vliegtuigjes wekken de interesse van kleppers als DEME en Lhoist.

Met een 3D-brilletje staren we naar een digitale foto op een breedbeeldscherm. De kwaliteit is verbluffend, elke oneffenheid in het landschap ontrolt zich met een realistische precisie voor onze verbaasde ogen. Op het scherm zien we een luchtfoto genomen vanaf middelgrote hoogte door een onbemand vliegtuigje van Gatewing, de nog prille technologiestart-up van Maarten Vandenbroucke, Peter Cosyn en Maarten Van Speybroeck. De late twintigers timmeren sinds het begin van 2008 aan hun bedrijfje, al gebeurde de feitelijke oprichting pas in de zomer van vorig jaar.

Vanuit een onbemand vliegtuigje of UAS (Unmanned Aircraft System) fotografeert Gatewing elke locatie op vraag. Via zelf ontwikkelde software worden die fotobeelden omgezet in accurate digitale modellen, die een alternatief zijn voor de bestaande topografische landmeting. “We zijn ervan overtuigd dat er een enorm potentieel is voor zulke professionele diensten met onbemande vliegtuigjes”, zegt Maarten Vandenbroucke. Dat blijkt ook uit enkele proefprojecten die de jonge ondernemers vandaag hebben lopen met internationaal gerenommeerde bedrijven als DEME, Lhoist en Wienerberger. Ook de Haven van Antwerpen, Jan De Nul en Sibelco toonden al interesse.

Voor die bedrijven maakt Gatewing digitale 3D-landschappen die kunnen worden gebruikt voor de planning en opvolging van de ontginning van gebieden, of in het geval van DEME om schattingen te maken van de opgespoten gebieden. Voor een grote speler in de agro-industrie onderzoeken ze de toepasbaarheid van hun systeem voor het opvolgen van plantages in Afrika en Zuidoost-Azië. Hiermee staat het Gentse Gatewing mee in de frontlinie van een mogelijk nieuw tijdperk in de verzameling en verwerking van topografische data. Wereldwijd zijn er slechts enkele bedrijven actief in dit specifieke domein, voornamelijk in de Scandinavische landen, de VS en Canada.

Een doctoraal idee

Het idee ontsproot uit het doctoraat van Peter Cosyn. Van Speybroeck was daarbij al betrokken als thesisstudent. In het voorjaar van 2008 haalden ze er Maarten Vandenbroucke bij – die de nodige commerciële flair bezit – en toen kreeg het embryonale idee vorm. Toch drukten ze niet meteen het gaspedaal in. De drie brainstormden en overlegden, schijnbaar zonder haast, maar vooral omdat ze goed wilden afbakenen waar het commerciële potentieel zit.

In september 2008 rolde businessplan nummer drie uit de printer. Daarbij kregen ze onder andere de hulp van Filip Aelvoet van Condor Finance, een platform opgezet door Voka om entrepreneurs te begeleiden bij financieringsvraagstukken. Cosyn en Vandenbroucke zijn ook lid van Bryo en hebben elkaar via dit kanaal leren kennen. Bryo is het Voka-netwerk van jonge ondernemers dat jongeren met ondernemersbloed inspireert en in contact brengt met de bedrijfswereld. Voorts maken ze ook gebruik van de kennis en ervaring die het Leuvense SO Kwadraat heeft met hightechstart-ups.

Voor de prille opstart konden de mannen van Gatewing rekenen op de finan- ciële steun van hun families in de vorm van een renteloze lening. De Vlaamse IWT-steun voor een kmo-innovatiestudie en een kmo-innovatieproject was tevens welkom. “We hadden aanvankelijk niet zo’n grote kapitaalbehoefte”, zegt Vandenbroucke die zijn baan bij Newtec opzegde voor de opstart. “De grootste vaste uitgave die we hebben, is de huur van onze kantoren. Voor de rest houden we het zo bescheiden mogelijk.”

Onlangs sloten de ondernemers nochtans een nieuwe, private lening af om de groeiende kosten te dekken. “We willen nog niet aankloppen bij de traditionele durfkapitaalfondsen”, zegt Vandenbroucke. “We voorspellen een kapitaalinjectie in 2010 of 2011. We konden ook terecht bij onze huisbankier BNP Paribas Fortis voor een eerste investeringskrediet.” Voor de financieringsgesprekken en andere strategische keuzes wordt het drietal bijgestaan door Guy Haemers, van Haemers-Drappier & Partners, die zich na een carrière bij Bekaert inzet voor de begeleiding van enkele start-ups.

Het businessmodel omschrijft Gatewing als systeemontwerper en integrator van veilige UAS-oplossingen voor de civiele markt. Om voldoende voeling te houden met de noden van de markt, blijven ze zelf ook serviceprovider voor het maken van fotokaarten en digitale hoogkwalitatieve terreinmodellen. “Daarmee surfen we tussen de bestaande spelers als Eurosense, Aerodata en de klassieke topografische bedrijven, die hoofdzakelijk werken voor de overheid”, zegt Vandenbroucke. “Gatewing combineert die twee businessmodellen. De kwaliteit van onze beeldmaterialen is zeker evenwaardig aan die van de grote spelers, maar wij zitten met een lage overheadstructuur. We richten ons voor de digitale hoogtemodellen voornamelijk op de privébedrijven actief in de mijnbouw- en baggerindustrie; voor de geofoto’s mikken we op de agro-industrie.”

Even belangrijk voor het businessmodel is wat Gatewing niet wil doen: geen militaire systemen en ook geen bewakingsopdrachten. Sinds begin dit jaar werkt Gatewing aan een aantal proefprojecten. “Momenteel free of charge, al investeren die bedrijven wel door tijd en personen vrij te maken voor de begeleiding van de projecten.”

Eigen vliegtuig bouwen

Gatewing staat zelf in voor het ontwerp en de bouw van het autonome vliegtuig en alle bijkomende programmeer- en configureerwerk. “Met onze huidige prototypes kunnen we enkele vierkante kilometer per vlucht opmeten, afhankelijk van de gewenste beeldresolutie.” Het Gatewing-vliegtuig weegt niet meer dan 1,5 kilo maar is toch erg robuust, performant en veilig door zijn structuur en design. Hoewel veel kennis in huis aanwezig is, geloven de drie dat partnerships noodzakelijk zijn. “Voor de meeste componenten van het totaalsysteem proberen we samen te werken met andere ondernemers.”

Een tijdelijk obstakel zijn de vergunningen voor de vluchten binnen vele Europese landen. De wetgevende instanties zijn veelal nog niet bekend met de commerciële toepassingen van UAS en voor elk project dient dus een testprojectvergunning aangevraagd te worden. “Die administratie vergt tijd, maar lijkt positief uit te draaien. Zeker in de beginfase zullen we case per case vergunningen moeten aanvragen voor het tot een algemeen vergunningsbeleid komt.” Cosyn kan deze zaken van erg nabij opvolgen doordat hij zitting heeft in de Europese raden die de richtlijnen voor dit soort aangelegenheden opstelt. “Die beperking lossen wij op door onze commerciële pijlen ook te richten op projecten in gebieden waar de wetgeving vrijer is; zoals de Arabische of Afrikaanse landen. Sommige Europese landen, zoals Nederland en Duitsland, hebben wel al een duidelijker wettelijk kader.”

Het drietal beseft dat ze in een typische nichemarkt actief zijn, maar dan wel eentje met hoogtechnologische, snel evoluerende inhoud en een hoog potentieel. “Afhankelijk van de marktvraag moeten we ons businessmodel bijsturen. Alle marktstrategieën van data-acquisitie en dataverwerking tot de verkoop van UAS-toestellen en het geven van opleidingen aan klanten, liggen ter studie op tafel.”

Na één jaar heeft Gatewing zijn eerste belangrijke langetermijncontract afgesloten en staat het op het punt een tweede contract af te sluiten om metingen te gaan uitvoeren voor het Maasvlakte 2-project. Dat is de uitbreiding van de Haven van Rotterdam die door twee Nederlandse baggerfirma’s wordt uitgevoerd.

Door Lieven Desmet/Foto’s Thomas De Boever

Het Gatewing-vliegtuig weegt niet meer dan anderhalve kilogram, maar is toch erg robuust, performant en veilig door zijn structuur en design.