‘EEN AANSLAG ZAT ERAAN TE KOMEN’

Alain Mouton
Alain Mouton Journalist

Dat de daders van de aanslagen in Brussel afkomstig zijn uit het misdaadmilieu verbaast criminoloog Marc Cools geenszins. “Voor zulke daden is geld nodig en dat moeten ze ergens halen.” Terroristische cellen gedijen volgens hem ook goed in grootsteden.

Vorig jaar werd in Brussel al een paar keer een aanslag net vermeden. De bloedige aanslagen op de luchthaven in Zaventem en de metro in Brussel kwamen voor de meeste experts dan ook niet als een totale verrassing. Ook niet voor Marc Cools, criminoloog aan UGent en de VUB. “Een aanslag zat eraan te komen. Na de gebeurtenissen van de voorbije jaren in Londen, Madrid en twee keer Parijs, kon je verwachten dat ook België in het vizier van terroristen zou komen. Al lange tijd schommelt het terreurdreigingsniveau tussen drie en vier en dan weet je dat de kans op een aanslag zeer groot is. Als mogelijke doelwitten komen dan eerst de grootsteden in het vizier: Brussel, Antwerpen en Luik. Met dien verstande dat men niet kan inschatten waar en wanneer de daders zullen toeslaan.”

MARC COOLS. “Beter gezegd: een link tussen Frankrijk en België. Die was er met de aanslag in het Joods museum in 2014, waar iemand uit Frankrijk bij betrokken was. En omgekeerd waren verscheidene daders van de aanslagen in Parijs vanuit België vertrokken.

“Wat de aanslagen van vorige week dinsdag betreft, merk je dat een van de kantelmomenten de arrestatie van Salah Abdeslam is geweest, de man die deel uitmaakte van het commando in Parijs. Zijn arrestatie gebeurde op een vrijdag, de dinsdag daarop was er al een aanslag. Is er een oorzakelijk verband? Een eerste mogelijkheid is dat er geen verband is. Dan gaat het om terreurcellen die los van elkaar opereren. De tweede mogelijkheid is dat bepaalde cellen zich geactiveerd hebben omdat ze dachten dat Abdeslam zou spreken en de aanslag verijdeld zou kunnen worden. Mijn persoonlijke visie is dat het tweede denkspoor het juiste is. Maar ik zie de aanslagen niet als een paniekreactie. Die kerels panikeren niet snel. Ze zullen hun plannen versneld hebben.”

In welke mate hebben we te maken met terroristen die verbonden zijn met zware criminele netwerken? De gebroeders El Bakraoui hebben een weinig fraai palmares.

COOLS. “Wie aanslagen pleegt, moet onderduikadressen vinden, heeft wapens nodig en materiaal om bommen te maken, ongeacht of het terrorisme politiek, nationalistisch of religieus geïnspireerd is. Daar is geld voor nodig en dat moeten ze ergens halen. De klassieke leveranciers van wapens vind je in de georganiseerde misdaad. Dan denk ik niet aan de maffia zoals in Italië of Rusland. Wel zijn het vaak spontaan geordende groepen van criminelen die elkaar vinden rond een bepaalde thematiek. De terroristische cellen hebben vaak een link naar georganiseerde misdaad zoals wapenhandel maar ook drugshandel. Georganiseerde misdaad is natuurlijk vaak een grootstedelijk fenomeen.”

Helpen parallelle samenlevingen en economieën in bepaalde Europese voorsteden zoals Molenbeek in Brussel en Saint-Denis in Parijs om zulke groepen te laten gedijen?

COOLS. “Het is geen toeval dat Molenbeek vaak in beeld komt. Het gebrek aan politiek beleid stimuleert de totstandkoming van de subculturen in die wijken. In dat milieu is de link tussen zwarte economie, kleine criminaliteit, zwaar banditisme en religieus geïnspireerd terrorisme perfect mogelijk.”

Is dat geen constante in de geschiedenis van de terreurorganisaties? Kon bijvoorbeeld het IRA in Noord-Ierland niet opereren in een parallelle gemeenschap, de Noord-Ierse katholieke wijken, waar een zwijgplicht gold? Iemand als Abdeslam lijkt op genoeg steun in de eigen gemeenschap te hebben kunnen rekenen.

COOLS. “Ik zie dat in bepaalde voorsteden spontane en informele netwerken ontstaan die op termijn uitmonden in een parallelle samenleving, naast de overheid en de reguliere samenleving. Bepaalde groepen vinden elkaar daar.”

Is dat een proces van lange termijn? Eerst willen de fiscaal controleurs of deurwaarders ergens niet meer komen, daarna mijdt ook de politie die wijken…

COOLS. “Dat is het klassieke concept van de no-gozones. Die zie je ook in de Verenigde Staten en Mexico. Op een bepaald moment verandert een buurt dermate dat de overheid zich eruit terugtrekt.”

COOLS. “Criminologisch onderzoek leert dat het radicaliseringsproces in fases gaat. Dat begint bij radicalisering, ideeën in het hoofd dus. Dan volgt extremisme. Dat is op straat roepen dat uw ideeën de beste zijn. De derde fase is geweld gebruiken om geradicaliseerde ideeën ingang te doen vinden. Het conflict in Syrië is zeker een trigger voor dat moslimradicalisme. Een kleine groep ziet het kalifaat als de heilstaat. Die utopie is de corebusiness van IS.

“Ik zie bij de Syriëstrijders drie groepen. De eerste groep is ideologisch geïnspireerd, politiek of religieus. Dat is niet nieuw in de geschiedenis. Zo gingen in de 19de eeuw de zoeaven voor de Pauselijke Staten vechten. In de jaren dertig vochten de Internationale Brigades tegen Franco in Spanje. De tweede groep zijn de avonturiers. Ze willen stoer doen en zeggen dat ze hetzelfde doen als hun grote voorbeelden. Die mensen willen gehypet worden in sociale media. Een derde groep zijn de psychopaten en de echte criminelen die iemand de keel oversnijden of in brand steken. De eerste groep blijft in Syrië. De avonturiers keren terug en passen zich hier wat aan, maar zijn een risico. De psychopaten blijven ook daar en sneuvelen. Van de IS-beulen die in filmpjes verschenen, hoorde je na een paar weken dat ze in gevechten waren omgekomen. Wat betreft de Syriëstrijders die banden hebben met het criminele milieu hier: het verleden leert dat die banden met de misdaad blijven bestaan.”

Hoe moeten we omgaan met die daders en potentiële terroristen?

COOLS. “We leven in een rechtsstaat. We moeten er dus mee omgaan zoals met andere criminelen: het strafmechanisme erover laten rollen. Ik zie niet veel wat je aan preventie kunt doen. Deradicalisering kan wel helpen. Maar dat is na de feiten. Toch zijn hier al successen geboekt. Mensen worden geconfronteerd met hun gedrag en ze kunnen aan dat radicalisme onttrokken worden.”

Lange tijd is bespaard op veiligheid. Is de grens bereikt?

COOLS. “Ik begrijp de behoefte aan besparingen, maar ik zeg allang dat ze niet op het gebied van beveiliging moeten worden doorgevoerd. Je kunt wel bepaalde taken verschuiven zonder te moeten besparen. Bij de bewaking van kazernes door Defensie zelf kunnen vragen worden gesteld. Dat kunnen actoren uit de private veiligheid ook doen. Ook de politie neemt oneigenlijke taken op, zoals het overbrengen van in beslag genomen goederen. Dat kan eveneens worden uitbesteed.”

ALAIN MOUTON

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content