De victorieuze nederlaag

Als voetbalploeg Anderlecht aankondigt Club Brugge te zullen verpletteren met 10-0 en slechts met 1-0 wint, is dat een blamage. Maar Anderlecht heeft wel gewonnen. Met het banenplan van minister Onkelinx is iets gelijkaardigs gebeurd.

Vorige week vrijdag, 12 oktober 1999, bereikte de ministerraad een akkoord over een jongerenbanenplan. Het was de hervorming van het door de werkgevers gewraakte Rosetta-banenplan van minister van Arbeid Laurette Onkelinx ( PS). Elk bedrijf met ten minste 50 werknemers moet 3% jongeren aanwerven. Net hetzelfde aantal als in de bestaande stagewetgeving.

Eerst moet geput worden uit de jongeren van minder dan 25 jaar die niet langer dan zes maanden van de school zijn. Als die doelgroep uitgeput is, kan een bedrijf rekruteren uit alle werkzoekenden van minder dan 25 jaar. Lukt het dan nog niet, dan komen alle werkzoekenden jonger dan 30 jaar aan bod. Die regeling zou vooral Vlaanderen meer ruimte moeten geven. In Vlaanderen ligt de jeugdwerkloosheid immers veel lager dan in Wallonië.

Voor elke jongere wordt een lastenverlaging van 80.000 frank per jaar toegekend. Wie boven de 3% gaat, heeft recht op een grotere tegemoetkoming. Uitzonderingen en sancties zijn overgenomen uit de stageregeling. Verschilpunt is wel dat het om contracten van een jaar gaat, in de stagewetgeving werd gewerkt met contracten van zes maanden, eventueel verlengbaar met zes maanden.

Na afloop van de ministerraad klonk er tevredenheid bij de werkgeversorganisaties VBO en NCMV. Minister Onkelinx had in het zand moeten bijten, het ontwerp was trouwens opgesteld door het kabinet van premier Guy Verhofstadt, nadat de relatie tussen Onkelinx en de sociale partners volledig in het slop was geraakt.

Maar kijken we even terug in het verleden. Op een blauwe maandag lanceerde minister Onkelinx het jongerenbanenplan, dat wat later de koosnaam Rosetta-plan meekreeg naar de gelijknamige, succesvolle Waalse film over een werkloos meisje. Bedrijven moesten per schijf van 25 werknemers een jongere aanwerven. Dat komt neer op 4% van het totale werknemersbestand, één procent meer dan in het geldende stagiairesysteem. Dat gaf aanleiding tot heel wat kritiek (zie ook de rubriek Gasten, blz. 156). VBO, NCMV en heel wat individuele ondernemers reageerden ontzet en noemden het plan stalinistisch. De klok leek inderdaad twintig jaar teruggedraaid naar het goede, oude dirigisme uit de tijd dat de Waalse socialist Guy Spitaels nog minister van Arbeid was. Het VBO was bovendien extra geshockeerd omdat het een drietal dagen voor de aankondiging van het plan overleg had gepleegd met minister Onkelinx. De minister had toen in alle talen gezwegen over Rosetta.

Meteen begonnen de werkgevers een guerrilla tegen het dirigistische banenplan. Ze kregen een onderhoud met minister Onkelinx, die aandachtig luisterde en een herschreven ontwerp beloofde. Inmiddels had premier Verhofstadt, op bezoek bij het VBO, beloofd dat het Rosetta-banenplan zoals het was voorgesteld, er nooit zou doorkomen. Het VBO-hoofdkwartier was gerustgesteld.

Nieuwe schok toen Laurette Onkelinx naar buiten kwam met haar herschreven ontwerp. De essentie bleef behouden. Sterker nog, voor bedrijven die niet aan de verplichting zouden voldoen, kwamen er erg zware sancties: een boete van 3000 frank per dag per niet ingevulde baan en bovendien de verplichting nog meer jongeren aan te werven of een beloofde lastenverlaging kwijt te spelen. Het overleg was terug naar af.

Na wat stille diplomatie trok premier Verhofstadt het laken naar zich toe. Hij herwerkte het plan tot wat er vrijdag uit de bus kwam. Een blamage voor Onkelinx? Dan alleszins geen die haar erg overstuur maakte, te zien aan het plezier waarmee ze swingde met jazzmuzikant Toots Thielemans op het verlovingsfeest van prins Filip en (straks prinses) Mathilde.

Onkelinx schijnt de tactiek die haar voorganger en partijgenoot Elio Di Rupo in de vorige regering gebruikte, met succes te hebben herhaald. Di Rupo had er het handje van weg om eerst iets te vragen, en als hij daar een njet op kreeg, na enige tijd het driedubbele te vragen zodat men al blij was dat men hem met het aanvankelijke kon sussen. Zelfs een lepe Jean-Luc Dehaene ( CVP) liet zich meer dan eens vloeren. Naar verluidt kon hij daarover keihard vloeken als hij achteraf vaststelde dat Di Rupo hem te slim was afgeweest.

Misschien moet Verhofstadt ook maar eens hard vloeken. Vergeten we even alle zwaarden van Damocles die de laatste maand boven de werkgevers hebben gehangen en vergelijken we nuchter de stagewetgeving en het nieuwe jongerenbanenplan. Dan blijkt dat er eerder een achteruitgang is. Beide systemen mikken inderdaad op 3%, maar de langere duur van de contracten in het Rosetta-plan maakt het er zeker niet eenvoudiger op. De controle- en de sanctiemechanismen zijn weliswaar overgenomen van de stagewetgeving, maar of de soepelheid waarmee een en ander geïnterpreteerd zal worden even groot blijft, is een andere vraag. Het mag gevreesd worden dat de instructies van Onkelinx aan de RSZ-inspectie er niet om zullen liegen.

Die controle is een essentieel punt, want heel wat bedrijven slagen er vandaag niet in de 3%-norm van de stagiairs te halen. Dat blijkt ook uit een kleine steekproef bij een aantal grote bedrijven (zie kader Bedrijven met problemen). Er heerst dan ook vrees voor de interpretatie van de wet.

Bovendien liepen er nog onder de vorige regering in de Nationale Arbeidsraad ( NAR) besprekingen om de stagewetgeving te versoepelen. Bij de technici in de NAR was er in april 1999 een consensus ontstaan over de versoepeling van een aantal procedures. Zo zouden bijvoorbeeld ook schoolverlaters en interimkrachten met een langer contract in aanmerking komen. Het ontwerp werd echter nooit op de raad besproken door de politiek verantwoordelijken, omdat de socialistische vakbond ABVV niet verder wou praten. Het ABVV was op de hoogte dat er in de inmiddels nieuw gevormde regering een Rosetta-plan op komst was. Het plan zoals het nu voorligt, voorziet wel de schoolverlaters, maar niet de interimkrachten. Zodat ook hier weer geen vooruitgang is, integendeel.

Van deze regering die de flexibiliteit en de vereenvoudiging hoog in het vaandel voert, mocht verwacht worden dat ze de druk op de ondernemingen zou verlichten. Zeker in een dossier waar de druk nu al te hoog is. Het tegendeel is gebeurd. Daarom heeft Guy Verhofstadt verloren en Laurette Onkelinx gewonnen. Zij het met slechts 1-0.

GUIDO MUELENAER

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content