De vermenigvuldiging van een gistfabriek
De gistmaker Algist Bruggeman is de zoveelste Vlaamse parel in buitenlandse, in dit geval Franse, handen. De productie verviervoudigde, en de onderneming in Gent is de specialiteitenkampioen in het concern.
De gist kolkt en schuimt in de vijftien meter hoge fermentoren. De doordringende gistgeur blijft na een bedrijfsbezoek urenlang in de kleren hangen.
Bij de gistproducent Algist Bruggeman in de Gentse kanaalzone klinkt geen onvertogen woord over de Franse moeder Lesaffre & Cie. En dat niet alleen omdat de familiale onderneming uit Rijsel de wereldwijde marktleider is in bakkersgist, met bijna een derde van de totale wereldmarkt. Want vanuit die leiderspositie kreeg Gent het territorium “Noord-West-Europa” (Benelux, Ierland, Scandinavië en het Verenigd Koninkrijk) uitgereikt voor de levering van verse gist.
De Fransen van Lesaffre doen de Vlaamse dochter vooral groeien en bloeien. “Bij de overname in 1988 produceerde Algist Bruggeman 20.000 ton per jaar. In 2010 was het gegroeid tot 80.000 ton. We zitten echt wel aan onze limiet”, schetst de gedelegeerd bestuurder Marc Casier de samenwerking. “Bovendien zijn wij het filiaal in de groep – die wereldwijd 48 gistfabrieken telt – dat zich doelbewust moet richten op speciale gisten. Onze loonkosten behoren immers tot de hoogste van de groep. Ook onze energiekosten zijn hoog, al hebben we de energiekosten per productie-eenheid in vijf jaar met de helft kunnen terugdringen. We krijgen ook steeds meer concurrentie van gistproducenten uit China, Iran, en Turkije. Zij brengen gist op de wereldmarkt van goede kwaliteit, ook al blijft die iets minder dan onze gist. Maar de lonen zijn er veel goedkoper.” Nog een heikel punt is de verkoop op de wereldmarkt in Amerikaanse dollar, die laag staat.
Medicijn
Marc Casier noemt de omschakeling naar gistproductie met meer toegevoegde waarde “een hele omwenteling. We gaan van voeding naar deels farmaceutische producten.” Een rondleiding in de productieafdelingen toont waarom. Alles is er kraakhelder. De fermentoren blinken. “Besmetting via andere stoffen is uit den boze”, zegt Marc Casier. Gent maakt onder meer gisten voor geneeskundige toepassingen voor mens en dier. Die bestrijden bijvoorbeeld diarree door de darmflora te herstellen. Algist Bruggeman maakt ook bijzondere alcoholgisten voor bier, wijn of bio-ethanol. Ook bijzondere gisten op maat van individuele industriële bakkers behoren tot het gamma. “We kunnen die specialiteiten aan met ons goede productieapparaat en de kennis van onze mensen”, analyseert Marc Casier. “Lesaffre heeft sinds 2003 ruim 20 miljoen euro in Gent geïnvesteerd. Speciale gisten vergen een speciale fermentatie. Met droogprocessen en kwaliteitseisen die sommige concurrenten minder goed kunnen naleven. Het zijn allemaal aparte giststammen. Die worden afzonderlijk gegenereerd en ontwikkeld. We verwerken tachtig verschillende soorten gist.” Het maakt van Gent de op drie na grootste gistfabriek in de groep, maar ook de meest complexe. In Rijsel staat de grootste, met een jaarproductie van 180.000 ton. Maar die fabriek spuwt slechts enkele varianten van (droge) gist.
Brood voor China
De specialiteitenmarkt was in 2010 goed voor een tiende van de omzet. Maar ze zal verder groeien. Toch blijft 90 procent van de productie bakkersgist, maar ook die bevat een aantal specialiteiten. Algist Bruggeman ontwikkelde een vloeibare verse gist, met een houdbaarheid van maximaal vier weken. Op die toepassing werd een patent genomen. Vloeibare verse gist is gebruiksvriendelijker.
En ondanks het dalende aantal warme bakkers ziet de onderneming haar afzet niet dalen. “De omzet in de traditionele bakkerij daalt. De warme bakkers vinden heel moeilijk opvolgers omdat het een zwaar beroep is. Nochtans kan je als bakker heel creatief zijn, met een kwalitatief hoogstaand en aangenaam product. Maar er is een verschuiving naar de industriële bakkers. Die maken steeds meer kwalitatief goede producten. De broodconsumptie verplaatst zich van thuis naar buitenshuis. Ook het broodverbruik in restaurants neemt toe. Er zijn andere eetmomenten. Het globale broodverbruik in Europa blijft daarmee stabiel.”
Maar de echte groeimarkt is Azië. Met China en India op kop. De Chinese Angel Group is een zeer sterke groeier, maar voorlopig vooral in eigen land. Elk jaar bouwt ze één nieuwe gistfabriek in eigen land. “Door de stijgende koopkracht schakelen Chinezen en Indiërs over van rijst op brood. Dat ligt moeilijk, want ze telen geen graan, maar rijst. De overheid in Sri Lanka voerde een campagne voor de promotie van rijst. Dat mislukte. Want brood is westers. En Chinezen willen allemaal westers doen.”
Entrepreneur
Maar aan Lesaffre en zijn Gentse dochter biedt de hongerige Aziatische maag alleen groeikansen. Algist Bruggeman ging de voorbije jaren op de overnametoer. Het kocht een extra gistfabriek in Duitsland, ten noorden van Hamburg. In Engeland en Nederland heeft de onderneming verkoopfilialen. “De groep geeft ons dus de kans tot overnames. We mogen zelf markten verkennen. We hebben een bepaalde vrijheid. We kunnen ons entrepreneurschap voort ontwikkelen. Als we met een gefundeerd businessplan komen aandragen, wordt dat aanvaard. Ook al hebben we strikte normen rond budgettering, kasstromen, nettowinst. Die moeten we wel halen.” Algist Bruggeman slaagt daarin. Het rendement op eigen vermogen klokte in 2010 af op 31 procent.
WOLFGANG RIEPL, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER
” Brood is westers. En Chinezen willen allemaal westers doen”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier