De trage wissel van de wacht
China maakt zich behoedzaam op voor een nieuw leiderschap.
Nu ze zich voorbereiden op hun pensioen of semipensioen, voelen de Chinese leiders weinig voor risico’s. Ze willen liefst dat de economische galop, gedreven door stimuleringsmaatregelen, omgezet wordt in een gestrekt drafje met lage inflatie. De moeilijke beslissingen over economische en politieke hervormingen laten ze graag over aan hun opvolgers.
Met de 90ste gedenkdag van de oprichting van de Communistische Partij op 1 juli 2011 brengen dissidenten en progressieve partijleden de oude en onvervulde beloften om het land democratischer te maken te berde. President Hu Jintao heeft daar weinig zin in, al voeren de gematigd progressieven wellicht aan dat uitstel nog gevaarlijker is. Het is zo goed als zeker dat hij aan het einde van 2012 aftreedt als partijbaas, ook al is hij daartoe grondwettelijk niet verplicht. Daarna blijft hij een jaar of twee opperbevelhebber van het leger, maar hij houdt zich niet langer bezig met de dagelijkse besluitvorming.
Hu en eerste minister Wen Jiabao, die in 2012 ook het vast comité van het Politburo verlaat en in 2013 het premierschap moet opgeven, vertonen een grotere risicoaversie dan hun voorgangers toen China tien jaar geleden afstevende op een ingrijpende wijziging van het leiderschap. Op 11 december 2011 viert China tien jaar lidmaatschap van de Wereldhandelsorganisatie (WHO). De toenmalige eerste minister Zhu Rongji stuurde hardnekkig aan op toetreding tot de WHO, ondanks ernstige bezwaren van machtige bureaucratieën die vreesden dat inlandse sectoren zouden worden overspoeld door buitenlandse concurrentie. Buitenlandse zakenlui klagen nu dat Hu en Wen aanzetten tot meer protectionisme en niet tot grotere openheid.
Hun bezorgdheid wordt niet gesust door het nieuwe vijfjarenplan dat in maart aangenomen wordt. Het nieuwe document legt de nadruk op een nieuw economisch groeimodel dat minder afhankelijk is van de export en van energie-intensieve industrie, maar meer van het binnenlands verbruik.
Hu probeert om de Amerikaanse bezorgdheid over de toegang tot de Chinese markt te verminderen tijdens zijn bezoek aan Washington in het begin van 2011. Hoe groot het Chinese wantrouwen over de macht van Amerika ook mag zijn, Hu hoedt er zich wel voor om het openlijk te tonen.
Ook Obama gaat een scherpe discussie uit de weg over kwesties die de Amerikanen zorgen baren, zoals de waarde van de Chinese munt en de militaire ambities van China. Militaire topbesprekingen tussen China en de VS, die door eerstgenoemde opgeschort werden in januari 2010 wegens de Amerikaanse wapenverkopen aan Taiwan, worden de komende maanden waarschijnlijk hervat. De sfeer blijft wel ijzig.
Ook zorgen over Hongkong
Taiwan baart China in 2011 toenemend zorgen nu het eiland zich voorbereidt op parlements- en presidentsverkiezingen in het begin van 2012. China wil erg graag president Ma Ying-jeou herverkozen zien. Maar de tanende populariteit van Ma lijkt weinig baat te vinden bij de blijken van goodwill die China tentoonspreidde sinds hij in 2008 aan de macht kwam. China overweegt het komende jaar een bevriezing of zelfs een afbouw van de raketopstellingen op de kust tegenover Taiwan. Maar politici uit de oppositie in Taiwan vinden dat niet erg overtuigend als er tegelijk geen vorm van controlemechanisme wordt ingevoerd, iets waar China hoogstwaarschijnlijk niet mee instemt.
De 100ste gedenkdag van de opstand die leidde tot de val van China’s laatste keizerlijke dynastie wordt op 10 oktober aan beide kanten van de Straat van Formosa gevierd, maar niet gemeenschappelijk.
China maakt zich in 2011 ook zorgen over de politiek in Hongkong, waar een nieuwe leider het in 2012 overneemt van Donald Tsang. Mogelijke kandidaten zijn Henry Tang, de huidige topambtenaar van het territorium, en Leung Chun Ying, de kabinetssecretaris van Tsang. China is bezorgd dat geen van de kandidaten groot aanzien geniet onder de bevolking, hoewel de kiezers geen zeggenschap hebben. Het wordt nog steeds achtervolgd door de herinnering aan het protest tegen Tsangs bijzonder onpopulaire voorganger Tung Chee-hwa in 2003.
De manoeuvres voor een goede positie in de race naar het leiderschap worden ook in China intenser. Vicepresident Xi Jinping neemt zeker het roer over van Hu en vicepremier Li Keqiang neemt de teugels in handen van Wen. Andere functies liggen nog allerminst vast en dat zal wel zo blijven tot een stuk in 2012.
De auteur is bureauchef Peking van The Economist.
JAMES MILES, ILLUSTRATIE WARD ZWART
China en de VS gaan weer onderhandelen, maar de sfeer blijft ijzig.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier