De opmars van de reuzen
De Europese telecombedrijven zijn uit de gratie geraakt bij beleggers. Daar komt mogelijk verandering in als in de sector een consolidatiegolf op gang komt.
In een nog niet zo ver verleden waren de Europese telecombedrijven erg populair bij beleggers voor hun royale dividenden en hun stabiele resultaten. Maar na een opeenvolging van dividendverlagingen — KPN, Telefónica en Mobistar hebben hun dividend zelfs opgeschort — is dat enthousiasme helemaal bekoeld. De noodzaak van grote investeringen in het mobiele 4G-netwerk en in glasvezel, de sterkere concurrentie en de opgelegde verlaging van de gereguleerde tarieven namen de operatoren de wind uit de zeilen. Hun winst daalde en hun schuldenlast — gemeten op basis van de verhouding tussen de nettoschuld en de ebitda — ging fors in de hoogte. Zo moest KPN een kapitaalverhoging van 3 miljard doorvoeren.
Eengemaakte markt
Neelie Kroes, de eurocommissaris die verantwoordelijk is voor de telecommarkt, kondigde onlangs aan dat de mobiele roamingtarieven — de tarieven voor verbindingen met een ander Europees land — over enkele jaren worden afgeschaft. Op het eerste gezicht lijkt dat slecht nieuws voor de operatoren. Toch heeft de sector die plannen vrij goed onthaald, omdat de eenmaking van de Europese telecommarkt veel verbeteringen voor hun concurrentiepositie mogelijk maakt. De nationale regulatoren hoeven fusieplannen tussen operatoren dan niet meer ieder apart te toetsen voor hun eigen markt, omdat het onderzoek alleen op Europees niveau wordt gevoerd.
KPN en Telefónica Deutschland hebben besloten de flexibiliteit van de regulatoren te testen door de fusie aan te kondigen van E-Plus en O2 Germany, de vierde en de derde mobiele operator in Duitsland. In een recent verleden zouden de mededingingsautoriteiten de daling van het aantal operatoren van vier naar drie op zo’n grote markt hebben afgewezen. Het onderzoek naar de fusie van E-Plus en O2 Germany is daarom cruciaal voor de toekomst van de Europese operatoren. Mogelijk kan in de sector zo een consolidatie op Europees niveau op gang komen. Mocht dat gebeuren, dan krijgt de Europese telecomsector op termijn wellicht dezelfde kenmerken als de Amerikaanse, met twee à drie dominerende groepen die worden aangevuld met enkele kleinere of regionale spelers.
Rentabiliteit en waardering
In de Verenigde Staten heeft de daling van het aantal spelers geleid tot een sterke verbetering van de rentabiliteit. De gemiddelde inkomsten per maand per gebruiker bedragen 50 dollar bij Verizon Wireless en AT&T, tegenover 15 à 25 euro in Europa voor vergelijkbare diensten, ook al loopt Europa nog achterop in 4G. Dat verklaart waarom Orange een beurskapitalisatie van nauwelijks 20 miljard euro heeft, zeven keer minder dan AT&T, terwijl het wel meer vaste en mobiele klanten telt.
América Móvil wil duidelijk deelnemen aan de transformatie van de Europese markt. Vorig jaar verhoogde het zijn participatie in KPN en Telekom Austria al tot bijna 30 procent (als het voorbij die grens wil gaan, moet het een openbaar overnamebod uitbrengen). Via KPN kan América Móvil mogelijk een leiderspositie innemen in de Benelux. Die operator is marktleider in Nederland en het nummer drie in België via Base. Het heeft een uitstekende uitgangspositie bij een Europese consolidatie, vooral als we daar Telekom Austria aan toevoegen. Dat bedrijf is de marktleider in Oostenrijk en in verscheidene Oost-Europese landen, waaronder Bulgarije.
Andere mogelijke dominante actoren zijn Deutsche Telekom en Vodafone, die de Amerikaanse markt met een grote buit kunnen verlaten. De 74 procent die het Duitse bedrijf bezit van T-Mobile US, het nummer vier in de Verenigde Staten, wordt gewaardeerd op 25 miljard dollar. De Britse groep heeft 45 procent van de Amerikaanse marktleider Verizon Wireless in handen. Op die participatie, die wordt geraamd op 100 miljard dollar, wil Verizon maar al te graag beslag leggen.
Hoog potentieel en risico
De rentabiliteit van de Europese operatoren zal pas op lange termijn verbeteren. Maar de aandeelhouders worden mogelijk sneller beloond voor hun geduld. Zo verwacht Orange dat het opnieuw hogere resultaten kan neerzetten vanaf 2014, terwijl KPN opnieuw een dividend wil uitkeren vanaf 2015. Tegen de huidige koersen, die dicht in de buurt van het historische dieptepunt van de meeste Europese operatoren liggen, heeft de sector dus potentieel.
In tegenstelling tot enkele jaren geleden zijn telecombedrijven minder interessant voor beleggers die op zoek zijn naar stabiele aandelen en een royaal dividendrendement. Nieuwe verlagingen of schrappingen van het dividend zijn bovendien niet uit te sluiten. Maar telecomaandelen vallen mogelijk wel in de smaak bij beleggers die zoeken naar aandelen waarvan de waarde hoger is dan hun huidige koers.
Niet alle operatoren zullen kunnen profiteren van de verbetering van de vooruitzichten op lange termijn. Sommige riskeren uit de boot te vallen en overbodig te worden. Dat verklaart waarom de telecomsector in Europa een hoger risiconiveau vertoont dan zijn historische gemiddelde.
CÉDRIC BOITTE
In de Verenigde Staten heeft de daling van het aantal telecomspelers geleid tot een sterke verbetering van de rentabiliteit.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier