DE NEDERLANDSE VLEESPOT
Heerlen.
KAMPIOENEN VAN PENSIOENFONDSEN.
Hadden we maar pensioenfondsen zoals in Nederland ! Een bijna obligate kreet in elke Belgische discussie over het tekort aan risicokapitaal. De Nederlanders zijn de kampioenen van de bedrijfspensioenfondsen, met naar schatting een slordige 12.000 miljard frank aan vermogen.
Onbetwiste nummer één is het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds, dat de oude dag verzekert van pakweg een miljoen ambtenaren en onderwijzers in Nederland. Het ABP staat voor een belegd vermogen van 195 miljard gulden (eind 1995), bijna het twintigvoud van alle Belgische pensioenfondsen samen. Daarmee is het Nederlandse pensioenfonds van het overheidspersoneel zelfs de nummer twee over de hele wereld.
Het ABP werd per 1 januari jongstleden geprivatiseerd. Het is voortaan volledig vrij in zijn beleggingsstrategie, bepaalt zelf de hoogte van de premies en kan ook andere verzekeringsproducten slijten dan het ambtenarenpensioen. Gedaan met het bedienen van Den Haag op zijn wenken wanneer een nieuwe staatslening de deur uit moet. Het ABP denkt alleen nog aan zijn klanten. Die kunnen immers vanaf 2001 overstappen naar een concurrerend fonds.
“Fundamentele vernieuwingen kunnen alleen langs de weg van dwaasheden,” zo luidt de aparte filosofie van John Neervens, voorzitter van de directieraad van het ABP. Lange tijd actief in het links-radicale vormingstheater werd de bedrijfssocioloog Neervens bij het Sociaal Fonds Bouwnijverheid weggehaald om het ABP om te turnen van overheidsbureaucratie tot performant privé-bedrijf. Vrij van directieven van hogerhand heeft de directie haar beleggingsstrategie voor de komende vijf jaar opgesteld (zie taartdiagram). Aandelen krijgen een groter belang, ten nadele van de vastrentende waarden (vooral staatsobligaties). Thans heeft het ABP 28 miljard gulden belegd in aandelen of 14 % van het totaal vermogen. Tegen 2001 wil de ABP-leiding voor 85 miljard gulden aandelen in portefeuille hebben, of 30 % van de 280 miljard gulden die het fonds tegen die datum rijk zou zijn.
“Het ABP belegde vroeger relatief veel in vastrentende waarden. Dat had te maken met de beleggingsrestricties die ons werden opgelegd. Met een hoger percentage aandelen willen we onze beleggingsresultaten opkrikken. Een procent meer resultaat levert een twee miljard gulden extra-winst. Daarmee kunnen we de premies met 5 % verlagen,” commentarieert Neervens. “Wij zijn geen commercieel bedrijf. De winsten worden doorgegeven aan onze klanten, hetzij door lagere premies, hetzij door hogere uitkeringen.” Het ABP boerde vorig jaar overigens niet slecht, met een return van voorlopig geschat 16,3 % (tegenover een gemiddelde van 14,9 % voor de hele markt van de pensioenfondsen).
Het ABP is een belangrijke speler op de Amsterdamse beurs. “Wij hebben participaties in vrijwel alle grote beursgenoteerde Nederlandse bedrijven,” verzekert Neervens. Investeren in de Nederlandse economie is een doelstelling die het ABP na aan het hart ligt. De beleggingen in Nederlandse aandelen zullen de komende vijf jaar trouwens gevoelig toenemen, van 12 miljard gulden of 6 % van de portefeuille in 1995 tot 28 miljard of 10 % in 2001. De toename is wel minder sterk dan die van de totale aandelenportefeuille. Er zal meer uitgeweken worden naar het buitenland. Neervens : “We willen een overweging van Nederlandse aandelen vermijden.”
Bezorgt het ABP de Nederlandse bedrijven een anker tegen buitenlandse overnames ? “Een stabiel aandeelhouderschap van de Nederlandse ondernemingen is inderdaad onze doelstelling. Maar we stellen ons positief-kritisch op. We vragen voldoende informatie over de strategie, een volledig zicht op het bedrijfsbeleid. We willen een actieve rol spelen in de corporate governance. Zonder zelf aan het roer te staan. Een vertegenwoordiger in het management of de raad van commissarissen zullen we niet opeisen.”
De participaties van het ABP in Nederlandse ondernemingen bleven tot dusver onder de 5 %. “We zijn zinnens daar nu boven te gaan,” zegt Neervens, zonder zich vast te pinnen op concrete percentages. “Het overschrijden van de 5 % impliceert wel dat onze participatie moet gemeld worden,” beklemtoont hij.
In de beleggingsstrategie van het ABP is er ook een potje van 2 miljard gulden gereserveerd voor niet-beursgenoteerde bedrijven, het zogeheten private equity. Overigens is het ABP destijds gebruikt als instrument van economische ontwikkeling van Nederlands Limburg. Na de sluiting van de Limburgse mijnen in de jaren zestig werd de hele ASB-administratie verhuisd van Den Haag naar Heerlen, om daar jobs te creëren.
P&V-GEBOUW IN BRUSSEL P&V is vervat in een vervelende rechtszaak.
JOHN NEERVENS (ABP) Participaties in vrijwel alle grote beursgenoteerde Nederlandse bedrijven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier