DE KOPERMIJN

CAMPUS FRANCIS WELLESPLEIN.

Ze dringt uw huis binnen en bezit een antiquariaatsfaam. De kopermijn van Belgacom. Het ouderwetse koper troeft voor sleuteltoepassingen de nieuwerwetse glasvezel af. De onderneming ADSL & Remote Access is een pionier. Heeft dr. Martin De Prycker het ei van Columbus gevonden bij Alcatel Bell? Zijn baas, Julien De Wilde, beklemtoont gaarne dat het antwoord ja is. Martin De Prycker, een ex van de Universiteit Gent, en professor Vanwormhoudt, leiden vandaag een intrapreneurial company binnen Alcatel Bell. Een bezoek aan de jonge kmo ADSL & Remote Access – 300 medewerkers, geraamde omzet over 1998 4,5 miljard frank, internationaal marktaandeel 30%, eerste winst in 1999 – verloopt kriskrassend door gebouwen, gangen, liften rond het Francis Wellesplein. ADSL & Remote Access logeert op het Zuid als op een campus, het grote Bell koestert de kleine zus.

ADSL & Remote Access is wendbaar, werft zelf aan, bepaalt de eigen producten en heeft een huisteam van veertig marketeers. Toch kapt het niet met Alcatel Bell en ontbreekt een eigen vennootschappelijke vorm, wat zo blijft: “Wij combineren de voordelen van soepel groeien met de ruggensteun van een grote onderneming die routinetaken voor ons verricht, het bedrijfsrestaurant, wagenpark, de verzekerings- en betalingsdossiers enzovoort.”

De intrapreneurial company is geboren uit teleurstelling, getuigt Martin De Prycker: “Nieuwe vondsten werden geënt op oude producten, in beginsel is dat oké. Veelbelovende technologie blijft op die wijze echter vaak een ondergeschoven kind. Bij Alcatel Bell werd bijvoorbeeld de ATM-technologie lange tijd enkel ingepast in de klassieke telefooncentrales. Wij waren al jaren een specialist in die niche en toch holden starters, die voluit konden gaan, ons voorbij. Ideeën worden gemakkelijk kapot gemalen in een grote productie-onderneming. Voor System 12 werkten 5000 ingenieurs aan de programmatuur. Dat leidt tot een bedrijfscultuur met een breed en traag beslissingsmechanisme. Nu creëren we binnenshuis de dynamiek van een starter. We concurreren in de nieuwe niche, die we zelf voor een groot deel schiepen, rechtstreeks met andere starters. Wij hebben ooit zelfs gedacht aan een virtual stock options scheme voor de medewerkers. Het meten van de bijdrage van een ploeg binnen een groter geheel is steeds een uitdaging.”

De telecommunicatie heeft haar eigen boeventaal en jaarlijks ontluiken nieuwe woorden. ADSL is Asymmetric Digital Subscriber Line en onvertaalbaar. ADSL zorgt voor supersnelle verbindingen met het Internet over de klassieke koperdraden: honderdmaal sneller dan langs een analoge modem van 56 kilobits per seconde. Het downloaden met een ADSL-modem vraagt seconden, met een traditionele modem kwartieren. ADSL houdt van elke koperdraad. In Japan functioneert nog koper omwikkeld met papieren isolatie en ook daar stellen zich geen problemen. ADSL is een aanpasbare technologie en kan bijvoorbeeld rendabel ingezet worden in de Derde Wereld. De ADSL-technologie werd in de startfase bestudeerd door Stanford University. Alcatel Bell reageerde als voorloper en vatte een eigen ADSL-programma aan in 1992. Martin De Prycker: “We ontwikkelden op drie jaar een productengamma en bezitten vandaag dertig octrooien.”

Door glasvezelpijpen worden honderdduizenden gegevens meer gepompt in deeltjes van seconden dan door koperdraad. Echter, het kost de uitbater van het glasvezelnetwerk miljarden frank alvorens hij de brede gegevensbanen kan openen. Martin De Prycker: “Wat is de opbrengst, is een hoofdvraag bij elke investering? Bij glasvezel bestaat vandaag een onevenwicht tussen de investeringskosten en de terugverdiencapaciteit. Ik denk aan de hype over bijvoorbeeld video-on-demand. De beelden van video-op-vraag vergen veel gegevenstransport, de klanten voor deze dienst en andere multimediale producten zijn alsnog schaars. ADSL kost de uitbater weinig want hij verhoogt geleidelijk de kracht van een bestaand netwerk en heeft een kleiner commercieel risico.”

De kennis van de ingewikkelde ADSL-chips van Alcatel Bell wordt verkocht aan derden. De ADSL-chip telt 5 miljoen transistoren, de helft van het aantal op de fameuze Pentium. Martin De Prycker: “We verspreiden bewust de nieuwe technologie om de markt te openen en de standaard te worden. Ik verover liever 30% van een grote markt dan 100% van een kleine markt.” Een Alcatel-team van 45 ADSL’ers werkt in Raleigh (VS) en een team van tien in Singapore: “We zoeken steeds nieuwe functies voor de ADSL-producten en verminderen tegelijkertijd de kosten. Vandaag kost de ADSL-modem nog 300 dollar, dat moet snel naar 100 dollar.”

Het eerste product werd de ADSL-multiplexer waarvan er 800 zijn geïnstalleerd, het tweede product de ADSL-modem. In 1995-1996 werd een honderdtal producten van de eerste generatie verkocht; in 1996-1997 25.000 van de tweede (95% export); in 1998 200.000 van de derde. Belgacom test 1000 ADSL-modems in de grote steden; hun verspreiding verloopt als deze van de GSM, eerst in de grootste marktconcentraties, dan volgt de rest van het grondgebied. Compaq stopt einde 1998 een ADSL-kaart in haar highend-pc’s, Intel en Microsoft volgen met de integratie van ADSL-toepassingen in hun waren.

Frans Crols

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content