De goeroe van de hopeloze gevallen

Kinesist Lieven Maesschalck werd beroemd dankzij de succesvolle revalidatie van wanhopige geblesseerde topsporters. Hij heeft intussen een bloeiende groepspraktijk die ook heel wat topondernemers trekt. Maesschalck broedt ook op een Belgische versie van Milan Lab, het prestigieuze gezondheidscentrum van de Italiaanse voetbalclub AC Milan. Misschien het ultieme wapen om onze olympische medailleoogst te verbeteren.

Maesschalck krijgt al jaren gekneusde sportvedetten over de vloer. “De helft van mijn cliënten is secundair, uitgerevalideerd.” Zo kwamen voetbalsterren als Filippo Inzaghi of Andreï Shevchenko hun zweterig herstel verzekeren. Hun voetbaltruitjes met woorden van eeuwige dank sieren de muur van het orthopedisch centrum dat uit zijn voegen barst. Voor voetbalclub AC Milan is Maesschalck nu il mitico, de mythische, anderen noemen hem ongegeneerd hun goeroe. De forse handdruk, die jarenlang spierkneedwerk verraadt, en de commanderende stem missen hun effect niet op grote namen.

“En zeggen dat ik eigenlijk per toeval in de sport terecht ben gekomen”, zegt Maesschalck (44). “Maar er is veel meer dan sport. Die telt voor 20 %, de overige 80 % zijn particulieren.” Zo hebben Maesschalck en zijn team ook heel wat topondernemers en diverse landgenoten met blauw bloed met succes doen revalideren na gescheurde kruisbanden of meniscus- of kraakbeenletsels. Die namen wil hij niet in de media. Maar neem het van ons aan: velen komen prominent aan bod in Trends.

Groepspraktijken

Maesschalck nam in 1988 de praktijk van zijn vader over. “We waren thuis met vijf. Ik liet de praktijk schatten en heb mijn vader uitbetaald.” Twintig jaar later runt Maesschalck een praktijk in Antwerpen – met spectaculair uitzicht op de Schelde – en een in zijn geboorte- en woonplaats Lebbeke. Samen vormen ze Move to Cure, een bedrijfje van twaalf personen, onder wie acht therapeuten, dat wordt geleid door zijn vrouw Isabelle. De kinesisten werken met een statuut van zelfstandige en de administratieve krachten zijn in loondienst.

De cvba Maesschalck and Partners vormt de ruggengraat van die groepspraktijken. Trouwe kinesisten krijgen de kans om na vijf jaar vennoot te worden. “Ik sta aandelen af aan de jonge generatie om de continuïteit te verzekeren en hen aan een vrij lage instapkost te laten participeren in de groei.” Eén vennoot heeft hij al, een tweede komt eraan. Zo’n vennoten behouden hun zelfstandig statuut, maar delen in de winst.

Maesschalck heeft ook een bvba voor zijn buitenlandse activiteiten, Rehab. Zo is hij maandelijks vier dagen in de weer op het Milan Lab, het blessurepreventie- en onderzoekscentrum van AC Milan dat werd uitgebouwd door de Belgische chiropractor Jean-Pierre Meersseman. “Het is wel de bedoeling dat we alle activiteiten ooit samenvoegen. Ik verwijs al steeds vaker klanten door van mijn bvba naar Maesschalck and Partners”, zegt Maesschalck, die wil dat de naam Move to Cure gemeengoed wordt. “De naam Maesschalck moet er ooit uit.” Nochtans wil hij nog graag een jaar of twintig werken. “Ik hoop zo lang mogelijk actief te blijven, maar niet altijd te velde. Dat moet ik afbouwen, want dat is fysiek en mentaal heel zwaar.”

Volgens Maesschalck ligt de toekomst voor kinesisten in samenwerkingsverbanden. “De enkeling heeft afgedaan. In groep werken, biedt grote voordelen zoals gedeelde administratie en gedeelde praktijkruimte. Je kunt je omkadering en permanentie verbeteren. Financieel is het vaak beter geregeld, je profiteert van zaken als websiteontwikkeling en je wordt gecoacht.” Zelf houdt hij evaluatiegesprekken en wekelijkse meetings met zijn kinesisten over de evolutie van de cliënten.

Maesschalck koos ook al heel snel voor één discipline, orthopedie. Schoenmaker, blijf bij je leest, vindt hij. “Vandaag zijn er al veel groepspraktijken met verschillende disciplines. Hier zal je geen manuele therapie of osteopathie krijgen.”

Move to Cure is intussen groot genoeg, stelt Maesschalck. “Men vroeg me ooit een netwerk van satellietvestigingen te vormen, maar ik heb geen zin om manager te spelen. Als je te groot wordt, wordt het te onpersoonlijk. Hoewel cliënten misschien ooit zullen worden geëvalueerd via webcam, maar dat is een andere discussie.”

Milan Lab

Maesschalck is gepassioneerd geraakt door het Milan Lab. “Het is een ongelofelijk platform om mensen uit allerlei disciplines te ontmoeten zoals bio-ingenieurs en topprogrammeurs gestuurd door Microsoft, maar ook bijvoorbeeld een neuro-econoom. Bovendien kom je in contact met de beste universiteiten. Ik ben daar als gastdocent gaan spreken, allemaal toffe dingen.”

“Het is ooit de bedoeling om het lab deels te privatiseren en uit AC Milan te trekken en het concept eventueel te exporteren. En dat kan ook naar België. Daar wordt trouwens al aan gedacht. In België is er zeker plaats voor een soort Milan Lab. Mét Jean-Pierre Meersseman.”

Zo’n lab zou ten dienste staan van allerhande sporttakken en federaties, ter ondersteuning van de trainers. Dat de heisa rond de magere medailleoogst tijdens de Olympische Spelen in Peking dat plan mogelijk een duw in de rug geeft, strijdt hij niet af. Ivo Van Aken, de topsportmanager voor Vlaanderen, is al op bezoek geweest bij Meersseman in Milaan. Alleen zou hier in België zo’n lab niet verbonden moeten zijn met een club, maar moet de kennis worden opengesteld voor iedereen. Maesschalck rekent op medewerking van de Vlaamse Gemeenschap en het BOIC. De wetenschap is er al klaar voor. “We hebben hier ongelofelijk sterke wetenschappers.”

Zo’n project, dat volledig los zal staan van Move to Cure, zal de dagen er niet korter op maken. “Ik een workaholic? Hoe weet je dat? (lacht) Het is een slopende job. Je moet flexibel, sociaal vaardig en psychologisch onderlegd zijn, en kennis hebben van de businesskant.” Naar eigen zeggen krijgt hij eindelijk loon naar werken. “Ik verdien goed mijn boterham ja, maar pas de jongste jaren. De eerste twintig jaar heb ik veel in mijn zaak geïnvesteerd. De marges in de kinesitherapie zijn te klein en dan zit ik al hoger dan de rest. Als je wil gaan voor kwaliteit kost dat allemaal veel.”

En treedt de dochter van elf later in zijn voetsporen? “Ze mag alles doen behalve dit”, klinkt het gedecideerd. We letten even op zijn handen. Die zijn goed verzekerd. “Als daar iets mee gebeurt, is het gedaan.” (T)

Door Bert Lauwers/Foto’s Michel Wiegandt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content