‘De fraude zal een smet blijven’
Dertig jaar stond Luc Versele aan het hoofd van een Belgische bank. Alles gezien, alles meegemaakt: crisissen, overnames, fraude… En Versele waarschuwt: “Een te snelle rentestijging kan grote problemen voor de banken veroorzaken.”
Luc Versele is de langst zittende CEO van een Belgische bank en de enige die nog de financiële crisis van 2008 heeft meegemaakt. Zijn bank Crelan, ontstaan uit de fusie van Landbouwkrediet en Centea, had daar deel noch schuld aan, maar betaalt nog altijd mee de rekening in de vorm van de zware bankheffingen die de overheid oplegt.
De 62-jarige Gentenaar kan zich daar vreselijk over opwinden: “Ik vind het niet kunnen dat politici de bankheffingen gebruiken als een instrument om hun budgettaire problemen op te lossen. Je zou verwachten dat ze structurele maatregelen nemen om de begroting te saneren. Ondanks de negatieve rente vermindert het overheidstekort bijna niet. Wat zal dat geven als de rente weer begint te stijgen? Straks wordt België opnieuw geconfronteerd met de negatieve effecten van een rentesneeuwbal en een explosie van de schuldenlast.”
Dat de banken een inspanning moeten doen, kan Versele begrijpen, maar dat die inspanning voor de banksector zo hoog ligt en structureel verankerd wordt, kan er bij hem niet in: “Crelan is genoodzaakt 160 mensen te laten afvloeien. Voor een coöperatieve en sociale bank is dat een bittere pil om te slikken. Want zonder de hoge bankheffingen zou onze kostenstructuur aanvaardbaarder zijn en was zo’n harde ingreep wellicht niet nodig geweest.”
Zijn er zaken die u in die dertig jaar aan de top van de bank anders zou hebben aangepakt?
LUC VERSELE. “Niet echt. We hebben een bijna foutloos parcours afgelegd. In 1937 werd het Nationaal Instituut voor het Landbouwkrediet opgericht met een kapitaal van 750.000 euro. In 1992, bij de privatisering, bedroeg het startkapitaal 15 miljoen euro. Vandaag heeft de groep Crelan een eigen vermogen van 1,2 miljard euro. Met de beschikbare middelen zijn telkens de juiste stappen op het juiste moment genomen (zie kader ‘Mijn verdienste is relatief’, nvdr).
“Vorig jaar nog hebben we Keytrade op een ideaal moment verkocht. Daar ben ik best trots op. We hebben een mooie overnameprijs gekregen, die we nu, gezien de marktrentes, wellicht niet meer zouden krijgen. Die middelen kunnen we nu investeren in de digitalisering en de aanpassing van de organisatie van Crelan. Op die manier hebben we de toekomst van de bank verzekerd.”
Wat was de donkerste pagina?
VERSELE. “De fraude waarvan we vorig jaar het slachtoffer waren. Dat heb ik me zwaar aangetrokken omdat ik als CEO de eindverantwoordelijkheid draag. Achteraf bekeken, durf ik te stellen dat de fraudeurs zo professioneel te werk gegaan zijn, dat het bijna niet te vermijden was. De verzekeringsmaatschappij heeft het verzekerde bedrag volledig terugbetaald, wat erop wijst dat er voldoende controle en beveiliging was. Het was een zaak van menselijk falen, en dat kun je nooit uitsluiten. De fraude had wel sneller ontdekt kunnen worden, waardoor de impact minder groot zou zijn geweest. We hebben uiteraard de controles nog een stuk strenger gemaakt.”
U besliste meteen open en transparant te communiceren.
VERSELE. “Het is heel moeilijk als je moet toegeven dat er 70 miljoen euro uit de bank verdwenen is. Maar we hebben er goed aan gedaan direct naar buiten te komen. Gelukkig was er geen geld van klanten verdwenen, het ging om middelen van de bank. En we konden meteen aantonen dat onze solvabiliteit voldoende sterk was om de klap te verwerken. Al bij al is er heel weinig onrust geweest bij de klanten en de kantoorhouders. Die hele historie gaan we wel nog een paar jaren meesleuren in de perceptie van de buitenwereld. Dat zal een smet blijven.”
Waar maakt u zich als bankier het meeste zorgen over?
VERSELE. “De rente-evolutie baart me het meeste zorgen. We zijn de voorbije jaren geconfronteerd geworden met een abrupte daling van de rente naar een historisch laag niveau. Daardoor hebben veel retailbanken kredieten toegekend tegen lage rentetarieven, en die kredieten blijven nog een hele tijd op de balans staan. Onvermijdelijk moet de rente echter ooit weer stijgen. Ik vraag me af hoe de Europese Centrale Bank ervoor zal zorgen dat dat op een geleidelijke, voor de banken verteerbare manier gebeurt. Stel dat de kortetermijnrente snel gaat stijgen, dan moeten de banken de rente op spaardeposito’s optrekken. Het gevaar is dat daardoor een gigantische mismatch ontstaat tussen de portefeuille langetermijnkredieten, die weinig opbrengen, en de kortetermijndeposito’s, die de bank meer zullen kosten. Dat wordt opletten geblazen. Crelan anticipeert daar al op door onder meer de looptijd van de leningen te verminderen.”
Om hun rentegevoeligheid te verminderen, gaan alle banken op zoek naar meer commissie-inkomsten uit de verkoop van verzekeringen en beleggingsfondsen.
VERSELE. “Ook wij doen dat. Daarom is het belangrijk dat Crelan bij meer klanten de eerste bank wordt. Mits onze agenten voldoende competenties kunnen voorleggen, kan dat lukken. In verzekeringen hebben we een nieuw tienjarig contract afgesloten met Fidea, zowel voor leven als voor niet-leven. Dat moet een echt partnership worden om samen producten te ontwikkelen en aan te bieden. In vermogensbeheer bekijken we of we niet meer en intenser kunnen samenwerken met Econopolis.”
Dat gaat dan om meer dan een distributieovereenkomst?
VERSELE. “Voor alle duidelijkheid: er is nog geen beslissing genomen. Maar we verwachten dat de nieuwe regels die de toezichthouder uitwerkt, de inkomsten op de distributie van fondsen of beleggingsproducten onder druk zullen zetten. In de toekomst zal je moeten kunnen aantonen dat de kosten die de bank aanrekent voor de distributie in verhouding staan tot de extra toegevoegde waarde die je aan de klanten biedt. Andere opties zijn zelf een vermogensbeheerder te worden, waardoor je inkomsten kunt innen aan de basis, of een joint venture te sluiten met een assetmanager. Alle opties liggen nog open.
“Ik vrees dat de regelgeving iedereen in dezelfde module duwt, waardoor bepaalde banken toch weer hun klanten in de richting van meer risico’s zullen pushen. Enkel op die manier zullen ze nog een hogere marge kunnen halen.”
Dreigt ook Crelan in die val te lopen?
VERSELE. “Neen. Als coöperatieve bank kunnen wij het ons niet veroorloven zotte dingen te doen. Wij zijn risico-averser dan heel wat andere banken. Daarom hebben wij ook Keytrade verkocht. De klanten van Keytrade zijn bereid meer risico’s te lopen, maar wij wilden niet dat de coöperanten van Crelan zouden moeten opdraaien voor problemen die kunnen ontstaan. Bij Crelan staat alles in het teken van de vertrouwensrelatie tussen de agent en de klant. Dat is de kern van ons model. Het is essentieel dat dat vertrouwen niet aangetast wordt. Keytrade heeft een heel ander model en een totaal andere doelgroep. Een integratie van Keytrade is daarom ook nooit een optie geweest. Het zou ons eerder schaalnadelen opgeleverd hebben.”
Het imago van bankiers is al een hele tijd slecht. Vindt u het nog een mooi beroep?
VERSELE. “Wij hebben een slechte naam, en dat zal wel nog een tijd zo blijven. Ook de politici dragen daarin een verantwoordelijkheid. Zij hebben nooit een goed woord over voor de banken. Elke minister van Financiën had de bevolking kunnen wijzen op het nut van de banken als smeerolie voor de economie. Maar dat past niet in hun verhaal van de hoge bankheffingen. De sector moet nog altijd betalen voor de fouten van sommige grote spelers uit het verleden. Ik stel de jongste tijd vast dat sommige van die spelers dat blijkbaar al weer vergeten zijn (zie kader ‘Ik ben de laatste der Mohikanen’, nvdr).
“Los daarvan is bankier een mooi beroep. Wij stellen mensen in staat hun droom of hun idee te realiseren. Zonder banken zouden bedrijven niet kunnen investeren en particulieren geen huis kopen. Maar het grote publiek moet ook begrijpen dat kredietverstrekking een risicovolle activiteit is, die goed gemanaged moet worden en waarin het al eens verkeerd kan lopen. Waarmee ik niet wil vergoelijken dat er op een bepaald moment veel zaken verkeerd gegaan zijn in de banksector.”
Is het grote publiek ondankbaar?
VERSELE. “Het grote publiek brengt zijn spaargeld naar de bank en vindt dat het daarvoor een te lage vergoeding krijgt. Overal kunnen mensen met een kaart betalen en dat zou allemaal gratis moeten zijn. Terwijl daar wel een hele machinerie achter zit, die de bank veel geld kost. Daarom denk ik dat heel wat spelers in de toekomst naar een meer gemeenschappelijke infrastructuur en backoffice zullen evolueren. De banken zullen genoodzaakt worden meer samen te werken. Die evolutie zal op haar beurt ook weer leiden tot een daling van de werkgelegenheid.”
Er zijn de voorbije jaren al veel banen verloren gegaan in de financiële sector.
VERSELE. “De personeelsafslanking zal onverminderd doorgaan. Dat is vooral een gevolg van de digitalisering. Er komt een volledig nieuwe generatie klanten aan, die op een andere manier wil bankieren. Daartoe moeten de banken zelf verjongen en andere profielen aantrekken. Dat is een van de redenen waarom ik de fakkel doorgeef. Crelan heeft behoefte aan een verjonging van zijn directiecomité. Een 62-jarige als ik heeft niet dezelfde feeling voor het digitale tijdperk als iemand die tien of twintig jaar jonger is.”
Patrick Claerhout, fotografie Hatim Kaghat
“Bankier is een mooi beroep. Wij stellen mensen in staat hun droom of hun idee te realiseren”
“Ik vrees dat de regelgeving iedereen in dezelfde module duwt, waardoor bepaalde banken toch weer hun klanten in de richting van meer risico’s zullen pushen”
“Politici hebben nooit een goed woord over voor de banken”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier