De Chinezen veroveren de Bordeaux

© Thinkstock

De Bordeaux stelt met gemengde gevoelens vast dat het ene na het andere wijndomein wordt opgekocht door Chinese investeerders. ‘Ik heb liever dat ze bij ons kopen dan in Australië of Argentinië.’

Er heerst rode koorts in de wijngaarden van de Bordeaux. In 2008 werd één wijndomein gekocht door een Chinese zakenman, het jaar daarop twee, in 2010 nog één. Vorig jaar ging de markt plotseling in overdrive, met meer dan tien overnames. Dit jaar waren er al meer dan vijf. ‘De evolutie van de belasting op meerwaarde heeft een aantal transacties versneld’, analyseert een tussenpersoon. Ondertussen zouden onderhandelingen gevoerd worden over een stuk of vijftien overnames. Bij een paar daarvan is een mysterieuze koper betrokken, die in de regio van Blaye ook zou praten over de aankoop van vijf of zelfs zeven wijngoederen.

Eerder werd de Bordeaux overspoeld door Engelsen, Denen en Nederlanders, en later ook door Japanners en Amerikanen. Nu hebben vastgoedmakelaars, specialisten in grondtransacties, zakenadvocaten, wijnhandelaren de mond vol over de Chinese vloedgolf. ‘Historisch bekeken heeft het wijnwezen zich hier ontwikkeld door buitenlandse investeringen in wijngaarden en handel’, zegt Gérard Haushalter, voorzitter van de Conseil interprofessionnel du vin de Bordeaux (CIVB).

‘Spelers van dé economische macht van de 21e eeuw aantrekken, is toch wel stimulerend.’ Stephane Defraine, wijnmaker in Entre-Deux-Mers en voorzitter van die appellation, beaamt dat: ‘Ik heb liever dat ze bij ons kopen dan in Australië of Argentinië. Ze zullen Franse wijn maken, geen Chinese, en aangezien ze een uitstekende neus voor handel hebben, zullen de bordeauxwijnen er wel bij varen.’

Patrick Bernard, voorzitter van de groothandel Millésima, stelt vast dat ‘de investeringen niet naar elders kunnen verhuizen en dat de kopers mogelijkheden openen voor wijnsoorten die niet geweldig verkopen’. Bovendien zijn er in de Bordeaux ongeveer 8000 wijngoederen; op zo’n aantal zijn een paar dozijn eigenaren uit de Volksrepubliek meer een kans dan een bedreiging, klinkt het voor en na. Hun komst zou ook een oplossing kunnen bieden voor het probleem van de namaak dat de wijnmarkt plaagt. De CIVB voert al enkele maanden besprekingen met de AQSIQ, de Chinese autoriteit die over merkbescherming gaat, om de naam ‘bordeaux’ te laten beschermen.

Ideaal wijngoed

Frankrijk flirt de laatste tijd met het protectionisme, maar verrassend genoeg is de hele regio, van de Médoc tot de Libourne, verrukt door de Chinese golf. Die is goed voor de handel (een kwart van alle verkochte flessen belandt uiteindelijk in China of Hongkong), maar ook voor het land. ‘Ze kopen tegen de marktprijs, zonder die te verstoren door te véél te bieden’, legt Hervé Olivier, directeur van de Safer Aquitaine Atlantique, uit. ‘In de ogen van de investeerders is het ideale wijngoed een prachtig huis omringd door een wijngaard, in een lieflijk landschap. Dat komt goed uit, want vele kopers op de alsmaar meer geconcentreerde Bordelese markt zijn wijnboeren die wijngaarden kopen om uit te breiden, maar niet geïnteresseerd zijn in de gebouwen.’

Het laatste grote dossier was de verkoop van Grand Mouëys, een mooi eigendom van 170 hectare in Entre-Deux-Mers. De prijs van de transactie is een goed bewaard geheim. Afgaande op de oppervlakte van de wijngaard (bijna 60 hectare, mooi op het zuiden gelegen), de charme van het achttiende-eeuwse kasteel en de kwaliteit van de infrastructuur moet het iets in de orde van een paar miljoen euro zijn geweest. Koper was Jinshan Zhang, oprichter van de groep Ningxiahong en de belangrijkste producent van qouji-alcohol (gestookt uit de goji-bes), waar de Chinezen dol op zijn.

Verkoper Michael Bömers, telg uit een koopmansfamilie uit Bremen, had het landgoed in 1989 verworven. ‘Niemand in mijn familie wilde in mijn voetspoor treden’, zegt de toekomstige ex-wijnbouwer rustig. ‘Drie jaar geleden besloten we te verkopen.’ Er was interesse uit Duitsland, de VS en Groot-Brittannië, maar door de crisis verliep de verkoop niet zo vlot. ‘Jinshan Zhang was de professioneelste van allemaal’, vertelt Bömers. ‘Het heeft een vol jaar geduurd, want we kregen deskundigen op alle gebieden over de vloer: wijnstokken, wijn, tuinen, kasteel, uitrusting, financiën…’ Behalve geld is tijd de belangrijkste troef van Chinese investeerders. Om zijn kasteel te vinden, bracht Jinshan Zhang zesmaal een week door in de wijngaarden van de Bordeaux, waarbij hij circa veertig eigendommen bestudeerde. ‘In de Médoc bezochten we op één dag vier wijnhuizen’, herinnert Li Lijuan zich, de energieke vertegenwoordigster van de eigenaar op het kasteel.

Tijdens de onderhandelingen werd meteen ook de structuur opgezet om het landgoed in de markt te plaatsen voor een Chinese clientèle, met wijn en oenotoerisme als focus. Architecten buigen zich over een vergroting van het terras en de nieuwe gastenverblijven, Franse tuinen worden uitgetekend, nieuwe etiketten ontstaan onder de pen van een ontwerper, er is al enkele maanden een technisch manager aangewezen die tevoren werkzaam was voor het prestigieuze Château Petrus, en de Chinese chef die het gastronomische restaurant van Grand Mouëys zal bestieren is al aangenomen. En wat het project van de golfbaan met negen holes betreft: dat schiet aardig op.

Schatkamer

‘In de huidige golf van aankopen moeten de grootste klappers nog komen’, verzekert Jean-Luc Coupet. De oprichter van Wine Bankers is dé referentiefiguur op de markt van de wijnbouwtransacties en was adviseur bij de grootste Chinese wijngaardoperatie tot nu toe: tien miljoen euro voor het Château de Viaud, betaald door de Chinese agrogigant Cofco, een van de grootste wijngaardbezitters ter wereld. De domeinen liggen in China, maar ook in Chili. ‘Op dit moment’, legt hij uit, ‘is er evenzeer vraag naar wijngoederen met een grote oppervlakte in bescheiden appellations, voor bedragen van twee tot vijf miljoen euro, als naar kleine eigendommen in prestigieuze wijngaarden, zoals Saint-Emilion en Lalande de Pomerol. Maar we zullen zeker nog een paar iconen van de grand cru’s van eigenaar zien veranderen, als de families die nu nog twijfelen de bereidheid van de kopers zien om langetermijnstrategieën te volgen.’

Het scenario lijkt al vast te staan. Op het schiereiland Verdon in de Médoc, op meer dan 90 kilometer van Bordeaux, ligt het dorp Jau-Dignac-et-Joignac. De 22 hectaren van Laulan Ducos, beplant met cabernet sauvignon en merlot, zijn de schatkamer van de regio. Hier geen imposant kasteel, maar een bescheiden gelijkvloerse woning, en een wijnkelder die er als een magazijn uitziet. Genoeg om Chinese investeerders af te schrikken.

Maar Richard Shen wist wat hij wilde: een wijngoed, geen bouwgrond. Shen, eigenaar van een keten van juwelierszaken (300 winkels), ontwikkelde een passie voor wijn en heeft ambitieuze plannen: ‘We bouwen een distributienetwerk van Franse wijnen uit in de grote provincies van China, zoals Jiangsu, Anhui, Sichuan en Peking. Dat telt al dertig winkels en groeit nog steeds. We zullen er twee soorten producten tegelijk aanbieden: de Winery Wine Series en de Family Wine Series. De eerste zijn die van Laulan Ducos, met alle traditionele kwaliteiten van de médocwijnen, topproducten die in beperkte hoeveelheden worden geproduceerd. De andere lijn zal wijnen aanbieden uit diverse Franse regio’s: Bordeaux, Côtes-du-Rhône, enzovoort.’ Sinds de koop gesloten werd, in de lente van 2011, werden meer dan 140 nieuwe grote wijnvaten gekocht (tegen ongeveer 600 euro per stuk). Volgende stap: een volledig nieuwe wijnkuip.

Bij Latour-Laguens, in 2008 gekocht door de Groep Longhai, werd de hele wijnkelder gerenoveerd, met pneumatische pers, een klimaatregelingssysteem en een roestvrijstalen bassin van bij Lejeune in Bordeaux. Uitsluitend topkwaliteit. In de wijngaard zijn percelen opnieuw beplant. De investering bedraagt ongeveer 300.000 euro, op een wijngoed waarvan de aankoopprijs in de buurt van 1,5 miljoen euro lag.

Respect

Kwatongen hier wijzen erop dat sommige wijngoederen die de Chinezen aankochten een naam dragen die verdacht hard lijkt op die van grand cru’s, zoals Haut-Brion (Haut-Brisson) en Latour (La Tour Saint-Christophe, Latour-Laguens). Een aandachtige wijnkenner merkte bovendien op dat Chenu-Lafitte pas de tweede wijn van het chateau Mille Secousses is, maar dat het in China storm kan lopen voor alles wat ‘Laffite’ heet. Hoe dan ook: hier lacht niemand nog met patserige Chinezen die in witte limousine arriveren en plechtig contracten ondertekenen op zwaar geposeerde foto’s. De toon is zakelijk, serieus, respectvol.

De cijfers spreken voor zich: China is de toekomst van de Bordeaux. Philippe Raoux stelt het elke dag vast. Om de ontwikkeling van zijn Winery te bekostigen, een enorm commercieel-toeristisch-cultureel wijnproject dat hij in de Médoc heeft opgezet, verkocht hij het afgelopen jaar het kasteel van Viaud aan agrogigant Cofco, eigenaar van het toonaangevende Chinese wijnmerk Great Wall. Raoux werd bevriend met vertegenwoordigers van de koper en van zijn handelspartners.

Het gevolg was dat de omzet van zijn handel met China door het dak ging: ‘Drie miljoen euro vorig jaar, en over de eerste twee maanden van 2012 zitten we al aan vijf miljoen.’ Er staat zelfs een joint venture in de steigers voor de oprichting van een keten van vijftien winkels in China. In 2011 groeide de Chinese markt uit tot de eerste exportbestemming van bordeauxwijnen. Er werd bijna 436.000 hectoliter verscheept, voor een bedrag van 334 miljoen euro.

Bij die cijfers zou je die van Hongkong nog kunnen optellen (100.000 hectoliter, 348 miljoen euro). ‘De consumptiemarkt voor wijn gaat volop open. De logische evolutie is dat Chinese zakenlui eigendommen aankopen, al was het maar om een regelmatige aanvoer veilig te stellen’, zegt Stéphane Toutoundji, een oenoloog die optreedt als adviseur van verschillende door Chinezen aangekochte wijndomeinen. ‘Er is met name een zeer snel stijgende vraag naar grotere kwaliteit op hun binnenlandse markt: ze willen uiteraard echte bordeaux drinken.’

Onder de investeerders vind je estheten zoals de Taiwanees Peter Kwok, over wie het verhaal gaat dat hij voor elk van zijn kinderen een wijngoed wilde kopen, maar ook mensen zoals de actrice Zhao Wei, die nu aan het hoofd staat van een klein landgoed in Saint-Emilion, en rijke dichters die zichzelf op 15.000 kilometer van huis trakteren op een mooi eigendom voor de prijs van een studio in Hongkong. De meesten zijn echter actief in de wijndistributie.

De Haichang-groep, die in de Gironde eigenaar is geworden van vele wijngaarden, bouwt in Dalian, een stad met zeven miljoen inwoners in de buurt van Peking, een enorme ‘Wijnstad’, een themapark gewijd aan de verering van Bacchus. Geïnspireerd door Saint-Emilion zal Wijnstad wijnproeven combineren met een evocatie van de wereld van de wijn, wijngaarden, gastronomie, luxe onroerend goed en, uiteraard, handel, want haar voorraad van een duizendtal namen zou tegen de 20 miljoen flessen lopen. Al deze nieuwe ‘Bordelezen’ mikken op de Chinese klant, de toerist of de wijnliefhebber.

Tijd om te oogsten Sinds de verkoop van Château Richelieu in 2009 werd op de plaatselijke markt niet één fles meer waargenomen van de gelijknamige wijn. Bij Laulan Ducos werd de integrale productie van 2008 naar Azië verscheept. De 150.000 eerstkomende flessen zullen dezelfde kant opgaan, net zoals die van Grand-Mouëys: ‘Door de voorraden te verkopen, kunnen ze een deel van de transactie financieren. Andere kopers zouden dan weer met alles blijven zitten, bij gebrek aan distributiekanalen. Daar is de klant echt in het voordeel’, maakt een tussenpersoon zich vrolijk. Te meer omdat bij de heersende prijszettingen de winstmarges heel aardig zijn, ondanks een invoerbelasting van 45 procent.

De productie van Chenu-Lafitte, verkocht met de zeer kunstige etiketten van Lamont, wordt aangeboden tegen grand-cruprijzen: 838 yuan voor de ‘Lamont Honour’ 2005, of ongeveer 100 euro per fles, terwijl hij in Frankrijk zo’n vijftien euro kost. En wat te denken van de ‘Laurier’ 2007, een doorsneebordeaux, die voor 980 yuan (115 euro) in de Chinese rekken ligt? Het is blijkbaar wat het prestige van bordeauxwijnen in China mag kosten, voor professionals en particulieren. In mei werd de vijfde editie van Vinexpo gehouden in Hongkong, de Aziatische versie van de door Bordeaux uit de grond gestampte mondiale wijnbeurs.

In juli was er in Dalian het Wine & Dine Festival, het eerste in zijn soort in China, georganiseerd samen met Haichang, waar meer dan zestig Franse firma’s present waren. ‘Dat is het resultaat van het werk dat we al meer dan tien jaar in China verrichten, waar we contacten hebben gelegd met zowel de officiële instanties als privépartners’, zegt Peter Goguet, directeur van de kamer van koophandel en industrie van Bordeaux en initiatiefnemer van de genoemde evenementen. ‘Het Chinese bureau, opgericht om de integratie van nationale wetten en internationale regelgeving te ondersteunen, heeft zo de hand gehad in een tiental transacties.’

Zowel voor de stad als voor de regio is het tijd om te oogsten. De luchthaven van Bordeaux-Mérignac, afgestemd op A380-vliegtuigen, hoopt een intercontinentale lijn te openen voor het langeafstandstoerisme, en de hotelketen Mandarin International is de mogelijkheid aan het bestuderen om een luxehotel (vijf sterren) neer te zetten op de oevers van de Garonne. Bordeaux blijft dromen van China

Christian David

Partner Content