De architect van de toekomst
“Niets is meer inspirerend dan slechte architectuur.” De uitspraak komt van Vittorio Simoni, architect van Living Tomorrow 3, het innovatieproject dat op 1 maart in Vilvoorde de deuren openzette voor het grote publiek.
Wat hebben Steve Stevaert, Noël Slangen, Alfredo De Gregorio, Armand Schreurs, Dré Steemans en Vittorio Simoni met elkaar gemeen, behalve dat ze ook buiten de provinciegrenzen bekende Limburgers zijn? Vittorio Simoni (53) grinnikt. “We vormden in een ver verleden een vriendenclubje. Café Het Magazijn in Hasselt, eigendom van Stevaert, was onze vaste plek. We richtten een nv op om een soort cultureel centrum te beginnen, maar dat is uiteindelijk niet doorgegaan. Met Dré ben ik nog altijd heel goed bevriend, Steve zie ik af en toe. Iets minder nu hij zijn handen vol heeft met politicus zijn,” vertelt hij.
Zelf heeft Simoni het druk met architect zijn. Hij heeft onder meer het Modemuseum in Hasselt, het bedrijfsgebouw van Kreon in Antrwerpen (in 1998 door Trends verkozen tot Bedrijfsgebouw van het Jaar), het stadhuis van Turnhout, het stadsmuseum in Hasselt, een winkelruimte voor Bikkembergs in Japan en een berghotel in Oostenrijk op zijn curriculum prijken.
Toch mag hij zich geen architect noemen. “Ik heb een diploma binnenhuisarchitectuur, maar ik ben nu bezig met een officiële opleiding aan de Academie van Bouwkunst in Maastricht. Dan mag ik mezelf officieel architect noemen. Binnenkort loop ik stage bij mijn medewerkers ( lacht).”
Logisch nadenken
Vittorio Simoni wil zijn eindwerk in een boek gieten. De Limburgse architect toont de ruwe versie: een lijvige en rijk geïllustreerde turf. Hij wil het belang van logisch denken in de architectuur beklemtonen, zegt hij. “Het artistieke is belangrijk, maar de nadruk op het kunstzinnige aspect van architectuur werkt soms averechts. Bij studenten en jonge architecten zie je constructies die vormelijk interessant zijn, maar totaal niet functioneel. Als docent ( nvdr – Simoni is gastdocent aan de Hogeschool Antwerpen) probeer ik ze duidelijk te maken dat logisch denken enorm belangrijk is voor ze aan een project beginnen. Als je een voordeur voor een hotel kiest, moet je eerst nagaan welk hotel het is, hoeveel mensen er binnenkomen, waar zich de balie bevindt enzovoort. In mijn boek geef ik heel wat voorbeelden van slechte architectuur. Niets is meer inspirerend dan dat. En dan heb ik het niet over stijl, want dat is een persoonlijke kwestie. Het gaat me over dingen waar niet goed over nagedacht is.”
Oog voor detail
De Limburger heeft een voorkeur voor minimalistische lijnen. Strak, maar sfeervol, zo valt zijn uitgepuurde stijl te omschrijven. Zijn werkwijze: inzoomen, oog hebben voor detail, en dan weer uitzoomen. “In een oude woning heb ik onlangs een oude draaitrap vervangen door een nieuwe. Het verwijst naar wat er was, maar er zit een hedendaags element in. Een leek denkt dat die trap er altijd gezeten heeft. Maar iemand die ermee bezig is, merkt dat meteen op. Dat is typisch voor mij. Zo zitten er in de woningen die ik inricht en ontwerp 101 kleine dingen.”
Zijn inspiratie put Simoni uit de meest uiteenlopende zaken. In zijn kantoor in Kuringen houdt hij in enkele vuistdikke mappen alles bij wat hem raakt. “Reizen die ik heb gemaakt, interessante dingen die ik heb gezien, een krantenknipsel van een auto-ongevalletje dat ik had met mijn vriend Dré Steemans, een tekening op een servet die Kamagurka voor mij maakte… alles wat mij emotioneel raakt. Af en toe sla ik die open om wat inspiratie op te doen. Hotels zijn het liefste wat ik doe als architect. Al die uiteenlopende situaties organiseren en vormgeven vind ik fantastisch. Voor mij is dat het nec plus ultra van architectuur.”
Tussen leven en dood
Ook zijn persoonlijke leven speelt een rol in zijn werk. Nog niet zo lang geleden werd Simoni getroffen door het noodlot: zijn zoon Rafaël overleed op 21-jarige leeftijd. Na een epilepsieaanval raakt hij in coma en zeven maanden later verloor hij de strijd met de dood. Simoni ontwierp de grafkist en de grafsteen voor zijn zoon.
“Dat wou ik nog voor hem doen. Ik heb een grafsteen laten maken met 150 stenen blokjes van een paar kubieke centimeter. Er hangt bij het graf een hamertje, zodat bezoekers een steentje kunnen meenemen, als aandenken. Het lijkt voor veel mensen vreemd om zoiets te doen, maar niet voor mij. De dood hoort bij het leven. Je kan geen geluk kennen als je ook niet weet wat miserie is. Op alle vlakken is dat zo. Je kan maar over goede architectuur oordelen als je weet wat slechte architectuur is. We leven op alle vlakken tussen die uitersten. Een pak frieten smaakt soms beter dan een gastronomische maaltijd. Dat is mijn levenshouding.”
Vittorio Simoni, www.simoni.be
Living Tomorrow, www.livingtomorrow.com
Dominique Soenens
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier