De allerslechtste Biënnale
Om de twee jaar wordt de nieuwste Biënnale van Venetië door de critici verketterd als de allerslechtste. En dit keer is dat niet anders.
Neem nu die film die je in het Canadese paviljoen te zien krijgt : een man ligt op een zuiders eiland, buiten westen. Aan zijn kleding te merken, is hij uit een tijdperk afkomstig waarin we nog zoiets als zeerovers hadden. De camera glijdt eindeloos over het prachtige strand waaraan hij aangespoeld ligt. En als de man dan toch ontwaakt, en op zoek naar voedsel gaat, wordt hij bij het schudden aan een kokosboom door een neervallende noot geveld. Zo zitten we weer bij het begin : een man die op een eiland ligt. Buiten westen. En de film gaat eindeloos verder.
Het mag wel tekenend heten voor het niveau van de jongste Biënnale van Venetië dat die overjaarse grap van Rodney Graham als één van de beste bijdragen tot de tentoonstelling geprezen werd. Graham wilde er een verhaal over de geschiedenis mee vertellen, en over het feit dat er nooit echt een stap vooruit wordt gezet. Maar het filmpje zou ook een mooie metafoor voor de Biënnale zelf kunnen zijn. Met elke nieuwe editie slaan de organisatoren zich immers buiten westen. En toch gaan ze onvermoeibaar verder.
Gewoontegetrouw zijn de critici het er ook dit keer roerend over eens : deze 47ste editie van de Biënnale is slechter dan de vorige. En die was op haar beurt al de slechtste. Een en ander heeft met de aftandse formule te maken. Het zwaartepunt ligt nog steeds bij de dertig of wat nationale paviljoenen in de Giardini di Castello, die grotendeels naar eigen goeddunken door de deelnemende landen worden ingevuld. Kunst, die leeft van het doorbreken van grenzen, wordt daardoor gevangen gezet.
Het kipkap-effect van het aanbod in de paviljoenen poogt men steeds enigszins te compenseren met een centrale tentoonstelling. Germano Celant, die pas in januari te horen kreeg dat hij de Biënnale zou moeten leiden, bracht een zeventigtal kunstenaars bij elkaar, op twee verschillende locaties. Samen vertegenwoordigen die kunstenaars drie generaties die de voorbije dertig jaar de kunst in nieuwe banen hebben geleid. Het nieuwe werk van de oudere kunstenaars stijgt zelden boven het verplichte nummer uit. Heel anders is de sfeer bij de jongste generatie. Opvallend veel werken hebben daar met feesten en strandgenoegens te maken. Bij momenten wordt men daarbij met enkele uiterst geslaagde grappen en grollen geconfronteerd, maar eens men is buitengestapt, blijft ook hier de vraag : wat anders dan overleven mag nog de beweegreden achter dezeBiënnale zijn ?
MAX BORKA
Biënnale van Venetië. Tot 9 november. Giardini di Castello. Gesloten op maandag. Inkom : 18.000 lire. Catalogus : 90.000 lire. Info : (00.39)41.521.87.11 of http://www.labiennale.it.
Man op het strand Overjaarse grap van Rodney Graham.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier